Antwoord VoerVergelijk.nl
Een dagtocht van 4-6 uur is nogal wat anders voor je paard qua rug- en beenbelasting dan een uurtje trainen per dag. Voor zo’n trektocht is het dus wel verstandig om te trainen, waarbij je de trainingsduur bij lage intensiteit rustig aan opbouwt. Qua voeding is het eveneens verstandig om je paard voor te bereiden. Je kunt de tijd die hij op de wei doorbrengt inkorten met de tijd die je extra rijdt, en voer op stal genoeg ruwvoer bij. De extra energie die is benodigd voor zo’n trektocht is klein (mits je het voornamelijk bij stappen houdt, uiteraard) en je hoeft dus niet veel extra te voeren. Heeft je paard moeite met verandering van omgeving en is hij snel gestresst, dan kan wel extra voer nodig zijn.
Bij arbeid van zo’n lage intensiteit is vooral ruwvoer van belang en de tijd die hij krijgt om ruwvoer te eten. Het eten van een kilo ruwvoer kost namelijk veel meer tijd (ca. 40 min) dan het eten van een kilo krachtvoer (ca. 10 min). De ruwe celstof in ruwvoer wordt in de darmen omgezet in vetzuren die je paard goed kan gebruiken als energiebron. Verder houdt ruwvoer de pH in de darm op peil (wat van belang is in stresssituaties zoals een veranderende omgeving) en geeft het je paard een voldaan gevoel.
Qua hoeveelheid voer hoeft er dan misschien niet veel te veranderen, maar omdat je zoveel uren onderweg bent, is het wel verstandig om van tevoren over voermomenten na te denken. Als je 4 tot 6 uur per dag onderweg bent, is het belangrijk dat je paard de overige uren over ruwvoer kan beschikken. Hooi of voordroog (wat je thuis ook voert) op stal, of gras op een weiland. Lees meer over de minimale behoefte aan ruwvoer. Tijdens de rit kun je je paard ook laten grazen als je bijvoorbeeld rustmomenten inbouwt. Voer krachtvoer het liefst zoveel mogelijk op dezelfde tijd als dat je normaal gesproken voert. En geef indien mogelijk hetzelfde krachtvoer als thuis. Sommige stallingsplaatsen bieden een all-in formule aan, maar probeer zo min mogelijk onnodige veranderingen in het rantsoen door te voeren.
Een ander aandachtspunt is water. Zeker wanneer de buitentemperatuur hoog is, moet een paard voldoende beschikking hebben over fris water. Bij flinke inspanning of hoge temperaturen kan de behoefte aan drinkwater oplopen tot 50 liter per dag. Het is absoluut af te raden om een paard uit plassen of poelen te laten drinken. Het water in plassen of poelen is stilstaand water en hierin liggen gevaarlijke ziektekiemen en parasieten op de loer. In het ergste geval zelfs de dodelijke blauwalg. Een paard laten drinken uit meren, beken en sloten is beter, maar niet zonder risico. In veel beken en sloten is de belasting met landbouwgif en meststoffen zeer hoog. Ook kan dit water ziekmakende stoffen zoals ammonium, nitraat, nitriet of hoog kiemgetal E. colli bevatten.
Lees meer over water voor paarden.
Marike Jacobs, voerconsultant VoerVergelijk.nl