Wanneer Alwin Schockemöhle de laatste keer op een paard heeft gezeten kan hij zich niet herinneren. Wel weet hij zeker dat hij nooit meer op een paard zal zitten. “Rijden heeft het nodige van mijn lichaam gevraagd. Ik zou de hele dag over mijn gebreken kunnen praten, maar laten we dat niet doen. Mijn leven gaat nu iets langzamer, maar met 80 mag dat.”
Teamgoud als 23-jarige
Schockemöhle mag dan vergeten zijn wanneer hij de laatste keer op een paard zat, de gouden tijden met onder andere Hans-Günter Winkler (met Halla) en Fritz Thiedemann (met Meteor) heeft hij nog helder voor de geest. Als broekie van 23 mocht hij rijden op de Olympische Spelen van Rome. Daar won het Duitse team goud.
Goud met een korset
Zestien jaar later won Alwin Schockemöhle individueel goud in Bromont (Canada) met Warwick Rex. Vanwege enorme pijn aan zijn rug, reed hij daar zijn gouden rit met een korset. “Anders was het niet gegaan”, zegt Schockemöhle nu. “Het parcours was enorm zwaar. Maar ik wist dat ik met Warwick het enige paard had dat werkelijk alles kon springen. Die kon over twee meter, hoog, breed, steil, dubbel, alles. Daarom was ik aan het einde ook de enige met twee foutloze ronden. De nummer 2 had 12 strafpunten. Dat zegt alles.”
Schockemöhle wilde naar eigen zeggen altijd winnen. “Maar in Bromont was de enige keer dat ik van tevoren had gezegd: dit ga ik winnen.”
Drafsport
Vanwege gezondheidsproblemen hing Schockemöhle zijn rijlaarzen twee jaar later aan de wilgen. Maar de paardensport zei hij geen vaarwel. Hij ging verder in de drafsport. Hij staat te boek als fokker van meer dan 500 dravers, waaronder de derbywinnaar Sunset Lane en Abano As, die in 2013 de Prix d’Amérique won. “Die overwinning van Abano As was voor mij net zo belangrijk als mijn eigen Olympische medaille.”
Nu heeft Schockemöhle nog zes dravermerries en een paar werknemers. Fokkerij wordt nog bedreven op het bedrijf, maar paarden worden niet meer getraind.
Zwarte tijden
Maar het geluk lachte Schockemöhle niet alleen toe in zijn leven. Hij had hartproblemen en lag daardoor zes weken in coma. Paarden uit zijn stal werden vergiftigd. Dopingaffaires. Een overval in maart 2002. Daarbij werden Alwin en vrouw Rita geslagen, vastgezet en werden 100.000 euro en juwelen buitgemaakt.
Ruzie met Paul
Alwin Schockemöhle leefde lange tijd in onmin met zijn acht jaar jongere broer Paul. Dat begon in 1976. Toen eiste Paul met juridische middelen dat Alwin – Duitslands beste ruiter van die tijd – zich zoals ieder ander kwalificeerde voor de Olympische Spelen. Dat had Alwin niet gedaan omdat zijn paard destijds een virus had.
“Dat is lang geleden”, zegt Alwin nu. “Mijn relatie met Paul kan niet beter op dit moment.”
Media-aandacht
Tot slot beklaagt Alwin zich in het interview over de media-aandacht voor de paardensport. “Vroeger was er veel aandacht voor de paardensport, was het vaak op tv en werd over dressuur- en springen veel verslag gedaan. Nu is dat niet meer. En als er al iets over te melden is, is het vaak negatief.”
Bron: Welt.de
Dat doet me deugd.
In de tijd dat ik bij Paul Schockemohle werkte was er een strikt beleid dat de mensen van stal Paul geen contact mochten hebben met die van stal Alwin, en vice versa.
Was wel een mooie tijd want toen reed de nog jonge Ludger Beerbaum bij Paul en Franke Sloothaak bij Alwin. Nadat hij ’s avonds klaar was bij Alwin kwam dan Franke bij Paul ook nog wat paarden springen.
Vond ik als jong broekie destijds een genot om te zien.
Uiteraard gold voor Franke die regel van geen contact niet want iedereen is gelijk alleen de een een beetje gelijker dan de ander. 😉