Ga naar hoofdinhoud

Koopjesavond

Merrie met pasgeboren veulen
Foto Annet Piek
Vorig jaar brachten de meeste veilingveulens in elk geval nog hun geld op. Kosten eruit, beetje winst, prima. Dit jaar loopt het anders. De crisis heeft kennelijk zodanig toegeslagen dat het niet langer vanzelfsprekend is dat veulens, die nota bene tot de elite van hun jaargang behoren, het geld opbrengen dat ze aan dekgeld, veterinaire begeleiding en het houden van hun moeder hebben gekost.

De veulenveiling Dronten had ruim vijftig goede veulens geselecteerd, waarvan zeker de helft verlieslatend werd verkocht. Goede, veelbelovende veulens (waarvoor een mooie catalogus met foto’s en een professionele website met filmopnames zijn gemaakt) waren niet in staat om het geld terug te brengen dat ermee gemoeid was om ze op de wereld te zetten. Wat is dan de marktwaarde van die duizenden veulens die níet voor een veiling zijn geselecteerd en die precies evenveel geld hebben gekost?

Wenselijk is deze situatie zeker niet, maar dramatisch zou het pas zijn als er geen vraag meer was naar goede sportpaarden. Als de economische situatie bij het fokdoel belabberd zou zijn. Nu stagneert wel degelijk ook de vraag naar ‘groene’ talenten, meer en meer wordt naast talent ook scholing van een paard gevraagd. Maar nog steeds worden de beste paarden alleen maar duurder.

Fokkers doen hun werk steeds beter. De fokwaarden van de populaties spring- en dressuurpaarden nemen elk jaar toe. Maar op die lauweren kan een fokker tegenwoordig niet rusten. Hij moet zich bij elke aanparing afvragen wat hij met het product daarvan gaat doen. Direct verkopen? Dan ben je – uitzonderingen daargelaten – met een erg dure hobby bezig. Het alternatief is aanhouden, opfokken en laten opleiden voor verkoop. In veel gevallen de enige optie, als tenminste de fokker zijn werk goed heeft gedaan én als zijn financiële polsstok ver genoeg reikt.

Dit zijn hoe dan ook tijden om eerst te bezinnen en daarna pas met fokken te beginnen. En het zijn gouden tijden voor opfokkers en handelaren die dankbaar tegemoet komen aan de kennelijke wil van fokkers om coute que coute van hun goede producten af te willen. Het was koopjesavond in Dronten.

Ik was erbij en vond het voor deze fokkers zielig noch onrechtvaardig. De fokkerij heeft met universele economische wetten te maken. Als de markt om goede, opgeleide sportpaarden vraagt, lever dan geen veulens of ongetrainde jonge paarden af. Fok alleen topveulens als je ze zelf kunt opfokken en aan de man kunt brengen. Fokkers moesten zich altijd al richten op de sport, nu moeten ze letterlijk op zoek naar ruiters. Dit zijn tijden waarin sport en fokkerij elkaar meer dan ooit nodig hebben.

Dirk Willem Rosie, hoofdredacteur ([email protected])
Deze column verscheen dinsdag 18 september in De Paardenkrant.

2 reacties op “Koopjesavond

  • Marcel Hekerman

    De conclusie van dit verhaal is voor veel fokkers geen prettige.Ik ben het echter met de schrijver eens dat het pas echt vervelend zou zijn als er geen toenemende vraag naar echt goede sportpaarden zou zijn.De aangedragen oplossingen zijn reeel maar wellicht niet meteen eenvoudig toepasbaar voor een fokker die de stallen vol heeft. Toch denk ook ik dat het roer om moet. Het probleem is waarschijnlijk niet tijdelijk en ook niet alleen aan de crisis te wijten.De markt is structureel veranderd. De 7 jarige die er over kan is goud waard terwijl de tijden dat zelfs een fijn Z paard zijn opleiding terug verdiende definitief achter ons liggen.

    Opfokken, maar zeker opleiden kost veel geld. Het is dus zaak dat je weinig missers hebt en deze tijdig onderkent.Weinig missers begint met veulens uit merries(en dus niet merrielijnen,of stamnummers) waarvan minimaal 1 op 4 kinderen 1.40m of meer kunnen springen.Deze merries zijn dun gezaaid maar ook weer niet echt zeldzaam.
    In ons land is het probleem echter dat we pas voldoende zeker weten dat een merrie zo goed fokt als ze minimaal 15 jaar oud is.Dit ook omdat we geen serieuze extra informatie op grond van een eigen echte sportcarriere hebben.
    Het probleem is dus niet zozeer dat ze er niet zijn, maar dat we ze te laat ontdekken en geen maximale kans geven.
    In Begie en Frankrijk zijn er meer fokkers, en zeker niet alleen Joris de Brabander,welke over dergelijke merries beschikken en dit ook al vroeg weten. Dit door de combinatie van een eigen sportcarriere en de toepassing van embryotransplantatie.Deze fokkers/eigenaren verkopen ondanks de extra kosten voor Embryotransplantatie ook nu elk correct en normaal ontwikkeld veulen met winst. Een goed merrieveulen houden zij echter ook met plezier al dan niet samen met een serieuze opleider aan. Opnieuw combineren ze dan letterlijk fokkerij en sport en dit met statistisch gezien een goede kans op rendement.
    Ik had zojuist nog een beginnend Belgisch Fokker aan de lijn die dit met twee recent gekochte topmerries volgend jaar gaat toepassen en informeerde naar onze mogelijkheden.

  • vicky de Groot-Iglesias

    Volgend jaar krijgen wij geen veulens, we hebben onze merries niet gedekt.
    Wel hebben we vorig jaar al besloten dat alles wat we voorlopig fokken, zelf opfokken.
    Dus in 2013 kunnen er weer 2 merries gedekt worden !!!
    En toch hebben wij ook wel een veilingtopper gehad.
    Wij kunnen dus niet anders als het volkomen eens zijn met Dhr. Rosie

    Want wat is er nou eigenlijk mooier als de veulens die je met zoveel passie gefokt hebt ook groot te zien groeien !!!!!!

    Groeten van Vicky de Groot-Iglesias

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.