Van: Paardenkrant-Horses.nl
Aan: Wim ten Pas (professioneel paardenopfokker), Frenk Jespers (dressuurtrainer en paardenhouder) en Machteld van Dierendonck (gedragsdeskundige)
Volgens DLV Advies lopen paarden die niet gewend zijn aan weidegang en sociaal contact de meeste risico’s. Daarom zou naar de mening van DLV Advies groepshuisvesting de standaardvorm van huisvesting moeten zijn, ook voor sportpaarden. Wat vind je van dit advies?
Van: Wim
Tot een bepaalde leeftijd ben ik een voorstander van groepshuisvesting. Voor jonge paarden is groepshuisvesting ideaal. Toen wij vijfentwintig jaar geleden begonnen met de opfok hebben we wel gemerkt dat kleine groepen met paarden slecht functioneerden omdat paarden onderling erg dominant en gemeen tegen elkaar kunnen zijn. Doordat we de groepen groter maakten, gaf dat enorm veel rust. Bovendien werd de ruimte waarin de paarden kwamen te staan veel groter.
Naarmate paarden ouder worden functioneren zij moeilijker in groepshuisvesting. Dat kan alleen als paarden gewend zijn geraakt aan de groep. Als onze fokmerries in de zomer met elkaar in de wei hebben gelopen, verloopt dat redelijk. Desondanks moet ik onze fokmerries in de winter soms uit elkaar halen omdat bepaalde paarden uit de groep worden verstoten of heel dominant worden.
Het voorstel om sportpaarden verplicht in groepshuisvesting te houden is waanzin. Het normale boerenverstand lijkt wel te verdwijnen. Zo snel je paarden met ijzers bij elkaar in de groep gaat zetten, loop je veel meer risico. Omdat sportpaarden regelmatig uit de groep moeten worden gehaald en weer teruggeplaatst worden, zou er continu onrust zijn, met alle gevolgen van dien. Dat gaat niet. Daarbij is er écht een groot verschil tussen de huisvesting van toppaarden met bloed of een groep Haflingers.
Van: Frenk
Het is goed als paarden in de opfokperiode in groepshuisvesting worden gehouden. Ik vermoed dat dat in zijn algemeenheid gebeurt. Het is wel verstandig om maatregelen te nemen op het moment dat er onder de paarden bepaald gedrag ontstaat waardoor ze elkaar kunnen verwonden. Bijvoorbeeld wanneer paarden ouder zijn geworden. Anders kunnen bepaalde paarden echt de dupe worden. Ik loop juist de meeste risico’s op blessures of verwondingen als ik mijn sportpaarden bij elkaar in een groep zet. Dat is de ervaring die ik heb opgedaan in de vijfenveertig jaar dat ik actief ben met paarden. Ik ga dat risico niet aan. Ik wil niet zeggen dat sportpaarden niet met een maatje bij elkaar kunnen staan. Je moet zorgvuldig bekijken of sportpaarden zich prettiger voeler als ze bij elkaar in de wei of in de paddock staan. Dat is per paard verschillend. Voor de sport is het essentieel dat mijn paarden goed in hun vel zitten. In de Oostvaardersplassen heb ik paarden in de winter weleens honger zien lijden in groepsverband. Als paardenliefhebber vind ik dat erg om te zien. Zo schijnt dat in de natuur te gaan, maar ik zou er alles aandoen om dat te voorkomen.
Van: Machteld
‘Ethological needs’ zijn die gedragingen die, als ze (chronisch) niet uitgevoerd kunnen worden, tot (sterk) verminderd welzijn leiden. De belangrijkste drie gedragingen voor moderne paarden zijn (24 uur per dag): permanent mogelijkheid tot sociaal contact; semi-permanent toegang tot ruwvoer, liefst in combinatie met vijf tot tien kilometer vrije beweging. Dit zou de norm moeten zijn voor ieder sport- of recreatiepaard. Helaas is dit voor de meeste paarden niet zo, maar er zijn wel tientallen opties hoe hier wel aan kan worden voldaan.
Groepshuisvesting is daar één – overall – oplossing voor, maar het is een langdurig proces om nieuwe (zelfs sociaal opgegroeide) paarden te integreren en er blijft altijd een risico op conflicten. Dit kan dus alleen mits er niet te veel wisselingen zijn, er een goed introductieprotocol gevolgd wordt én de ruimte goed ingedeeld is. Dat is dus niet handig bij paarden die veel moeten presteren, bovendien zijn voor hen individuele voeding en verlagen van infectierisico ook belangrijke voorwaarden. In een box is er een hoger risico op stress, koliek of beenproblemen.
De norm kan ook heel goed worden bereikt door andere inrichting en management. Bijvoorbeeld gedeeltelijk open tussenwanden, tijdens eten en rusten elkaar zien en eventueel interacteren, handige slowfeeders, individuele uitlopen.
Deze Info@ verscheen donderdag 21 juli in De Paardenkrant. Geen abonnee van De Paardenkrant? Sluit dan hier een (online) abonnement af.
Poll

Ik kan de berichten van beide heren ondanks hun ruime ervaring echt niet volgen. In mijn ogen mag groepshuisvesting juist wél de norm worden. De norm = normaal/gemiddeld. De meeste paarden kunnen echt prima in een vorm van groepshuisvesting gehouden worden. Daar zullen ze juist beter van worden. Ook sportpaarden. Je houdt altijd uitzonderings- situaties. En daar moet je ook een oplossing voor vinden. Maar de norm, de grote gemene deler, 80%, is dat paarden heus in een groep gehouden kunnen worden en echt veel meer vrije beweging ze juist goed zou doen. Dát moet dan ook de standaard worden. En dan zorg je ook voor alternatieven. Maar dan alleen voor je handelspaarden die maar even blijven, je paarden met een ‘kronkel’, je paarden die meerdere dagen achtereen weg zijn voor een internationaal concours etc etc. Voor die 20% zorg je voor een alternatief. Nu is het juist andersom. Alle faciliteiten zijn gericht op die 20% en dát mag van mij veranderen. Zouden de paarden ook best fijn vinden.
Norm: Dikke van Dale :
regel, richtsnoer, de toestand die voor categorie personen of zaken de gewone is of waarnaar zij zich kunnen richten of moeten richten.
Die laatste twee woorden zijn nu juist dikwijls de woorden waarop overheidsinstanties hun beleid bepalen. En dat kan verstrekkende gevolgen hebben.
Daarom is het ook belangrijk om te weten waarom een bedrijf als DLT dit onderzoek heeft uitgevoerd en in opdracht van wie, met welke motivatie, en hoe was het onderzoek gekaderd.
Gezond boerenverstand gebruiken. En nu juist dat valt niet in normering te kaderen. En helaas verdwijnt dat boerenverstand in de paardenwereld zeer snel, of is het misschien ook de groep die juist wat minder van zich laat horen.
Mevrouw Heleen: u kunt de berichten van beide heren niet volgen, maar zou het niet zo kunnen zijn dat beide heren hun mening uiten op grond van hun heel lange ervaring? En misschien zou het wijs zijn wanneer we in het algemeen eens wat aannemen als meningen gestoeld zijn op ervaring.
Mevrouw Paulien:
“Norm: Dikke van Dale : Regel, richtsnoer, de toestand die voor categorie personen of zaken de gewone is of waarnaar zij zich kunnen richten of moeten richten.”
groepshuisvesting kan toch prima het gewone zijn waar men zich naar kan gaan richten. Niet ieder paard in elke situatie hoeft dan verplicht zonder pardon in groepshuisvesting. Maar de meeste wel. Iets om naar toe te werken over de jaren heen.
En nee, ik leg mij niet zonder pardon neer bij de ervaringen van een ander. Ze dragen wat problemen en uitzonderingen aan en ik geloof op basis van hun ervaring best dat die er zijn. Daar kun je ook prima oplossingen voor bedenken. Maar om die reden hoef je nog niet van de hand te doen dat er voor veel paarden ook betere opties zijn dan individuele huisvesting. Sterker nog, dat die voor meer dan 50% van de paarden een prima optie kam zijn. Niet morgen, en niet overal maar wel in veel meer gevallen dan nu aan de hand is.
mevrouw Heleen,
Het is prima wanneer men de paarden in groepshuisvesting wil houden, daar ben ik ook niet op tegen en voor sommige groepen (en ook hun eigenaren) zal dit een goed alternatief zijn. Echter: ik val over het woord NORM. Het mag nooit een regel worden die als algemeen gangbaar opgelegd zou kunnen worden.
Er zijn vele wegen die naar Rome leiden, maar ik zal zelf niet direkt weer een eigen pad aan gaan leggen, ik zigzag wel over de verschillende wegen. Tot nu toe leidt dat tot een prima resultaat me gezonde paarden die bovendien vrij oud worden. Als sportpaarden kunnen ze dikwijls niet bij elkaar, maar als de merries na hun sportleven verder gaan als fokmerrie kunnen ze dagelijks in de groep buiten lopen. Het zijn dus van appels peren geworden en die kun je niet met elkaar vergelijken. Juist daarom moet groepshuisvesting geen norm worden.
En wat maakt die fokmerries dan zo anders dan de sportpaarden? Als het goed is heeft een fokmerrie een zelfde bloedvoering, anders kan ze geen sportpaarden geven.
Overigens ben ik het er helemaal mee eens: Het moet en hoeft geen regel te worden voor 100% van de paardenpopulatie. Maar het mag wel heel veel gewoner worden dan het nu is. De standaard dus waar je van af wijkt als dat nodig is ipv dat huisvesting in groepen de uitzondering is. En dat mag best tijd kosten. Het hoef niet ineens en ook niet morgen.
Het welzijn van het paard zou voor IEDER paard voorop moeten staan. Mijn sportpaarden zijn 365 dagen in een groep, de jaarlingen en tweejarigen zijn steeds samen met ouder merries en ruinen, soms ook een volwassen hengst. De paarden zijn onder elkaar zeer sociaal en kennen hun plaats in de hiërarchie, doordat de veulens in de groep opgroeien krijgen ze vertrouwen en voldoende aandacht van soortgenoten. Ze worden erg handig in de motoriek doordat er veel gespeeld wordt, blessures zijn er nagenoeg niet doordat hun spieren nooit “koud) zijn. Nagenoeg nooit ziek, al meer dan 20 jaar geen paard met koliek, nagenoeg geen luchtzuigers. De belangrijkste waarneming is dat de paarden geestelijk zeer uitgebalanceerd zijn, tevredenheid stalen ze uit, daar profiteert het paard en de ruiter enorm van, zijn leven lang. Het is een andere benadering, mijn paarden bevestigen ieder dag opnieuw dat ze zich in de gemengde groep het meest op hun gemak voelen.
Klinkt allemaal mooi maar wat doen we met de hengsten dan? Waar moeten we de ruimte vandaan toveren en het geld als de ruimte er is? Of wordt het straks allemaal gesubsidieerd?
Stefan, misschien kunnen we DLV zover krijgen om een proef te doen bij Glock. Dan zetten we Undercover, Voice, Johnson, Ambria en demspringpaarden van Gerco in een groepsstalling. Kijken wat er gebeurt, we doen niet alle paarden, want als het verkeerd gaat hebben die jongens niets meer te rijden.
Ik geloof wel in groepshuisvesting, maar dan moet je het beoordelen als een kudde. Ook daar gebeuren vreselijke dingen maar dat is echt natuur. Wordt,gesubsidieerd door de overheid en dan mag het wat kosten.
Ik vind de vraagstelling niet duidelijk.
Gaat het hier nu om paarden die als sportpaard gefokt zijn (zie het commentaar van Huub Valkenburg), of gaat het hier om paarden die aktief zijn in de wedstrijdsport?
25 jaar terug kijken kunnen we niet meer,daar we andere paarden hebben gefokt met teveel temperament.Ga eens te rade en doe onderzoek bij opfok stallen.Kijk eens hoeveel procent uitval er is,door een klap.
Mijn ervaring met het wegzetten elk jaar van 4-6 veulens is,dat het bij de hengsten vaker beter gaat dan bij merries.Uitzonderingen zijn er altijd,bij de hengsten komt de baas wel vlug boven ,ik praat dan tot 2,5 jaar .Oudere paarden kan bijna niet meer samen,in elk geval mijn sport paarden staan naast mekaar in weiland,om verschillende redenen,a)de kwaliteit en prijs laten het niet toe dat iets met deze paarden in de wei mag gebeuren.B)ondeling contact hebben ze in de wei en in de stal.c) laat je ze te lang bijmekaar heb je meer problemen met uit mekaar halen.Wim heeft grotendeels gelijk.Oudere paarden zou geen probleem moeten zijn.
Maar WAT IS HET WEER VOOR EEN DISCUSSIE,IK VOLG MIJN GEVOEL AL 30 JAAR GELUKKIG PAS EENTJE GEHAD MET MINDERE GOEDE AFLOOP.HELEEN JOUW VERHAAL KAN NIET,DAT HET STANDAARD WORDT,WANT DAN ZIJN ALLE MEIDEN DIE GESPONSERD WORDEN DOOR PAPA,DE DUPE WANT DIT ZIJN GEEN PAARDENMENSEN MEER ,MAAR MODE MENSEN.EFFE PAARD RIJDEN NIET UITSTAPPEN,DAN MET DE TEL BEZIG EN VRIEND OF VRIENDIN WEG.
MIJN VISIE IS JONG SPUL ZOVEEL MOGELIJK BUITEN ,GAAT HET MET MEKAAR DOE IK ZE BIJ MEKAAR,BIJTEN EN SLAAN DAN UIT MEKAAR IS KLAAR.