Van: Paardenkrant-Horses.nl
Aan: Rob Ehrens, Leopold van Asten, Wout-Jan van der Schans
Maar liefst tien Nederlanders hebben dit jaar een teamplek veroverd in de Global Champions Tour, die groter is dan ooit. Zestien teams van zes ruiters strijden in twintig wedstrijden om de prijzenpot van meerdere miljoenen. Terwijl er dit jaar ook een EK en de gebruikelijke landenwedstrijden op het programma staan. Kwestie van een goede planning maken, zegt Frank Schuttert. Maar valt dit nog wel te combineren?
Van: Rob

Ja, dat kan. Het zal alleen niet makkelijk zijn. Het hangt voor een groot deel af van de bereidheid van de ruiters en de eigenaren. Het gaat om de inzet die ze willen tonen voor het land. Als dat niet gebeurt, wordt dat een moeilijk verhaal. Om in het Nederlandse team te kunnen komen, horen de ruiters zich te committeren via een deelnemersovereenkomst van de KNHS. Je kunt alleen niemand dwingen om daaraan mee te doen en dat willen wij ook niet. Het is nu gewoon een kwestie van goed communiceren en managen om te kijken of we toch nog combinaties kunnen vinden tussen de redelijk drukke Global Champions Tourwedstrijden die zich willen inzetten voor de landenwedstrijden en de voorbereiding richting het Europese kampioenschap. Het nadeel is de kwantiteit aan wedstrijden die worden georganiseerd en het aantal dat er misschien nog bij gaat komen. Daar kan het paard straks de dupe van worden. Als de ruiters en de eigenaren dat goed in de gaten houden, en niet alleen naar de euro’s kijken, dan lukt dat. Hier ligt voor ons nog werk.
Van: Leopold

Dat ligt eraan in welke positie je verkeert. Als je maar één toppaard hebt, kun je niet alle wedstrijden rijden. Zoals Frank al zegt; het is heel belangrijk om een goede planning te maken en op tijd duidelijkheid te hebben over welke wedstrijden je gaat rijden en met welke paarden. Normaliter rijd je ook andere wedstrijden in dat jaar. Het maakt dus geen verschil of dat een GCT-wedstrijd is of een vijfsterrenwedstrijd. Een feit is wel dat het prijzengeld van de GCT nog steeds stijgt en er veel GCT-wedstrijden zijn. Vorig jaar waren er zeventien GCT-wedstrijden en nu twintig, daarom zit er ook één extra ruiter in het team, dat nu uit zes ruiters bestaat waarmee je een betere verdeling kunt maken. Op elke GCT-wedstrijd mogen van elk team drie ruiters aan de start verschijnen, dus ook daarin kun je een planning maken. Het is belangrijk dat je die planning goed kunt combineren met landenwedstrijden en het plan richting het EK. Ik ben een sportman, dus ik ben trots als ik voor het land mag rijden. De sport ondergaat een positieve ontwikkeling. Door de GCT-wedstrijden komt de verhouding van de onkosten en het prijzengeld meer in evenwicht. Afgelopen december waren de Global Champions Playoffs nieuw in onze sport en dat was één groot spektakel. Het was heel aantrekkelijk voor het publiek om naar te kijken en dat is uiteindelijk ook heel belangrijk voor onze sport!
Van: Wout-Jan

Voor die ruiters is het hartstikke mooi dat ze de kans krijgen om aan de GCT mee te doen, dan zijn ze verzekerd van een aantal startplaatsen op het allerhoogste niveau, waar het meeste prijzengeld valt te winnen. Bij de landenwedstrijden is het van tevoren lang niet zeker of je wordt opgesteld voor het team. Als je een paard tot je beschikking hebt dat op dat niveau goed meedraait, kan ik me voorstellen dat de GCT jouw eerste keuze is. Ik hoop daar volgend jaar ook weer mee te rijden. Bij de GCT is er gedurende het concours opbouw. Afgelopen week liepen ze op donderdag een 1,50 m.parcours op tijd, waar al behoorlijk wat prijzengeld mee te winnen viel, en vrijdag hadden de meesten een dag rust. Zaterdag was er een 1,55 m.-parcours. Als je dan de beschikking hebt over twee paarden, kun je het ene paard in de eerste proef rijden en het andere paard in de tweede proef. Jouw beste paard hoeft in principe maar één keer te lopen. Wanneer je aan de landenwedstrijd meedoet, moet je voor veel minder geld, twee dikke rondjes rijden. Als jij of jouw collega-ruiters niet goed presteren, verdien je weinig prijzengeld. En dan wordt er ook nog een Grote Prijs verreden. Je paard moet dus vier zware proeven lopen. Ik heb de landenwedstrijden altijd met plezier gereden, maar ik vraag me wel af of de deelnemende landen wel met hun sterkste team verschijnen. Het ligt aan de ruiters waar hun prioriteiten liggen en of ze over meerdere paarden beschikken.
Deze Info@ verscheen woensdag 6 maart in De Paardenkrant. Nog geen abonnee? Sluit dan hier een (online) abonnement af.
Poll

Als het goed zit ,is het de eigenaar van het paard die bepaalt hoeveel maal zijn paard(en) moet(en) aantreden in wedstrijden. Die verantwoordelijkheid zit alleen bij hem. Ook is het zijn plicht ervoor te zorgen dat zijn paarden behandeld worden zoals het hoort. Dus als een paard uitgebuit wordt ligt de fout bij de eigenaar en niet aan de kalender. Het antwoord op de vraag is dus neen,of zou neen moeten zijn.De praktijk echter toont of volgt in vele gevallen deze logische redenering niet.Jammer.vr gr EC