Van: De Paardenkrant
Aan: Gert van den Hoorn (jonge paarden-beoordelaar en instructeur), Gerdine Maree (amazone), Nico Witte (handelaar en hengsteneigenaar)
Al jaren klaagt het Nederlandse kamp op het WK jonge dressuurpaarden in Verden over de jurering op dit door Duitsers geregisseerde evenement. Vooral het feit dat de juryleden geen ervaring hebben met het beoordelen van jonge dressuurpaarden is ons een doorn in het oog. Maar de FEI stuurt nog steeds Grand Prix-juryleden uit landen zonder fokkerijtraditie naar het WK in Verden. Een FEI-kampioenschap met een jury die niet tegen z’n taak is opgewassen is niet serieus te nemen. Moeten we dit door-en-door Duitse evenement niet eens gaan boycotten?
Van: Gert
Neen! Boycotten is geen optie. Het is een prachtig en veelzijdig evenement dat de moeite waard is om aan deel te nemen of te bezoeken en tevens om het KWPN-paard in de schijnwerpers te zetten.
De juryleden proberen echt wel de juiste volgorde te verkrijgen. Daar ligt het probleem niet. Maar met name de formule waaronder het kampioenschap verreden wordt moet veranderen.
Niet de netst gereden proef moet het hoogst gewaardeerd worden, de kwaliteit die het paard heeft voor de dressuursport moet prioriteit hebben. Het zal iedereen duidelijk zijn dat het voor de Grand Prix-juryleden geen alledaagse kost is om jonge paarden-rubrieken te beoordelen.
Bovendien wordt er door deskundigen uit de diverse landen soms behoorlijk verschillend tegen kwaliteit aangekeken. We hoeven alleen maar naar de stap te kijken om dat te bevestigen. Overigens heeft onderzoek uitgewezen dat het Nederlandse inzicht op dat punt nog niet zo verkeerd is. Hoog tijd dus voor een aantal veranderingen en niet in de laatste plaats verandering van locatie. Nederland lijkt mij een perfect alternatief.
Van: Gerdine
Dat dit jaar in Verden het nodige te wensen overbleef met betrekking tot de jurering, is een feit. En natuurlijk; wanneer wij met een wereldkampioen huiswaarts keerden, hadden we mogelijk minder commentaar op de jurering gehad.
Het jureren van een wedstrijd voor jonge paarden moet per definitie niet alleen aan Grand Prix-juryleden worden overgelaten; africhters van jonge paarden moeten ook in de beoordeling betrokken worden. Van enige consequentie in de beoordeling was dit jaar geen sprake. Wat bij de ene combinatie gezien werd als een splinter in de vinger, was bij de andere als een balk in het oog. Dit was duidelijk zichtbaar in de uitslag van de zesjarigen, waar het een complete Duitse aangelegenheid betrof. De nummer twee had het kampioenslint moeten dragen. Hiermee liep de jurering spaak en kan de suggestie worden gewekt dat andere belangen invloed kunnen hebben op een dergelijk evenement.
Met boycotten verliezen we ons recht van spreken. De handen ineen slaan met andere landen, voor het WK-jonge paarden om de twee of drie jaar een alternatief evenement opzoeken en een breder jurycorps vormen wellicht een oplossing!
Van: Nico
De juryleden in Verden zijn gerespecteerde Grand Prix-juryleden, die hun sporen in de beoordeling van een Grand Prix-proef hebben verdiend. In de jury zouden echter naast een FEI-jurylid ook een jonge paarden-scout en een deskundige op het gebied van het trainen van jonge dressuurpaarden moeten zitten. De samenstelling van de jury moet écht anders worden, anders blijven we zitten met deze onvrede onder ruiters, eigenaren en begeleidingsteams.
Vlijtig en correct stappende paarden kregen in Verden hetzelfde cijfer voor stap als paarden met een hele grote stap die linksachter nota bene twintig centimeter korter stapten. Ik heb ook veel paarden slecht zien galopperen wat dan echter niet in de beoordeling tot uiting kwam en die dan toch tussen de 7 en 8 voor galop kregen.
Maar om nou zo’n kampioenschap te boycotten. Nee, ik vind het spelletje veel te leuk om er niet aan mee te doen. Het is zinloos om in je eentje een actie te beginnen om het jurykorps te veranderen.
De enige mogelijkheid om het jurykorps te veranderen is het evenement een keer in een ander land te laten plaatsvinden. Dan kan het organiserend comité een ander jurykorps samenstellen. Bijvoorbeeld in Ermelo, Denemarken of in het Franse Compiègne. Dat zou een hele verbetering kunnen zijn.
Deze [email protected] verscheen 21 augustus 2013 in De Paardenkrant
Poll
Laden ...
Wat flauw van “de redactie v/d paardenkrant”. Een evenement boycotten. Grand Prix-juryleden zijn perfect in staat om zo’n proef te jureren. Maar er 1 of meer africhters van jonge paarden aan toevoegen zou een goede zaak zijn. Maar uit welk land gaan die dan moeten komen? Laat ons hopen voor de dressuursport dat de jury op het EK in Herning op dezelfde manier jureerd als hun collega’s in Verden.
Spanning, afstraffen!!!
Te kort i/d hals, afstraffen
Slechte aanleuning, afstraffen
Bergaf lopende paarden, afstraffen
enz….
En aan de FEI verantwoordelijke in de paddock !!! Hard optreden tegen rollkur (hyperflexie) aub.
Zie ook de reacties, o.a. van één van de juryleden zelf, op http://www.horses.nl/opinie/te-genant/.
Met begrip voor de ontgoochelde verliesers, toch kan ik ook enig begrip opbrengen voor het idee, waarbij het FEI een nog betere screening zou kunnen toepassen bij de selectie van de jury voor jonge paarden, hier zou men ook de nationale federaties kunnen raadplegen om zo een experten team te kunnen samenstellen (the right man at the right place). Zoals reeds vermeld is er in verschillende landen onvoldoende betrokkenheid tussen fokkerrei en dressuursport. Laat ons vooral niet vergeten dat dit soort wedstrijd gaat om: het potencieel als toekomstig dressuurpaard en de africhting stand op basis van leefteid en volgens de normen van het dressuurscala. Goed bewegende paarden moeten ook voldoende geschiktheid en correctheid in de opleiding vertonen, waarbij de proef de tool is binnen de opdracht om deze geschiktheid te waarnemen en te evalueren.
Een vervolgartikel op de snee van het mes in verband met het WK jonge paarden Verden had ik verwacht.(zie twee voorgaande ertikels)
In HEMELS NAAM NEDERLAND BOYCOT HET WK jongepaarden NIET.Er aan denken is bijna reeds verkeerd.
Geef uzelf de naam niet een slechte verliezer te zijn.(soms heb ik wel eens dit gevoel,sorry)
Er moeten ergere feiten bekend zijn om een evenement te boycotten dan het niet eens zijn met de jury.De klager over de jury is meestal de verliezer,vraag is heeft die verliezer wel gelijk?Volgens mij in vele gevallen niet.Daarbij ligt het probleem niet hoofdzakelijk bij de jury zelf.(Behalve bij moedwillig favoritisme).Er is geen duidelijkheid vanuit het FEI en daaren boven hebben alle bekende paardenmensen in Nederland ook nog hun zeg in de media (meestal tegenstrijdig en veel gespekt met achtergrondbelangen) dat het bijna onmogelijk wordt voor de jury een onbediscuteerbare uitslag neer te zetten.Fundamenteel moet er duidelijkheid komen met eenvoudige niet te misverstane richtlijnen.Slecht gedefinieerde niets zeggende richtlijnen waar je alle kanten mee uit kunt dienen de jury niet.Waarom zet het FEI dit niet op punt? By the way,nu pleiten Gert,Gerdine en Nico ook om het WK jonge paarden niet altijd in Verden te houden.Waarom is dit niet vroeger geopperd? Blijkbaar zou er geen enkel ander land zijn kandidatuur stellen of een bidbook(DWR) indienen.Waarom vindt het FEI dit normaal? Waarom dient het grote dressuurland Nederland en anderen niet elk jaar een bidbook in???? Fundamenteel en structureel moeten de puntjes op de i komen,geen achtergrondbelangen ,alleen in het belang van de dressuursport. VR GR EC
Het is toch wel opvallend dat de Nederlanders altijd gaan klagen als ze het eremetaal niet meer winnen. Ik ben niet op het evenement geweest en kan verder dus ook geen beoordeling geven over de jurering.
Het is echter wel zo dat de jaren dat Hans Peter Minderhoud won met onder andere Rubels en Florencio en Emmelie Scholtens volgens mij met Bretton Woods je geen een Nederlander hoorde klagen.
Flauw hoor om dan nu ineens te praten over boycotten van zo’n wedstrijd.
Deze oproep lijkt mij nogal hypocriet, naar mijn mening zijn ondersteuners en ook de voorstellers ervan nogal slechte verliezers! Hoe was de naam van de hengst, gereden door Ingrid Klimke, die jaren geleden het WK in Verden won, is dat niet die hengst die tijdens de OS goed presteerde onder Helen Langehaneberg en nu ook wederom op het EK schittert? {uw redacteur schrijft het grootste bewegingstalent ter wereld, terecht} Uit welk land hebben we ooit Florencio gehaald, waar kwamen o.a. Flemmingh en Gribaldi {en vele andere hengsten} vandaan. Het is zeker zinvol om goed na te denken over hoe er moet beoordeelt worden. Daar hoort onder andere bij of het ethisch wel correct is dat er zo vroeg zoveel van jonge paarden gevraagd word. Iedere keer stel ik opnieuw vast dat het om de knikkers/goud gaat en niet om het paard, triest maar waar. Gelukkig geven alle drie geïnterviewden en de eerste 3 reacties daarover duidelijkheid.
U neemt zich het recht voor om te censureren, het lijkt mij als redactie zinvol om dat ook binnenshuis toe te passen, het is niet de eerste keer dat velen, waaronder ik, vraagtekens hebben bij uw stellingen.
Volgens mij heeft niet iedereen hier het goed begrepen. De paardenkrant heeft niet gezegd dat er een boycot moet komen maar een scherpe stelling willen formuleren waar deze experts op moesten antwoorden, dit dus om de discussie los te maken.
Volgens mij is er een grote nuance tussen opruien en een discussie losmaken. Je kunt er natuurlijk een mooie uitleg aan geven echter, het blijft wat het is!
Het domste wat je kan doen. Moet je dan ook de olympische spelen boycotten , Parsifal te laag beoordeeld, en het Europees kampioenschap, weer Parsifal wat te laag volgens Rosie. Nederland toont zich een slecht verliezer met deze negatieve commentaren op jury`s die Nederland niet vooraan zetten. Dit werkt voor toekomstige evenementen enkel tegen Nederlandse ruiters en paarden en daar is niemand bij gebaat.De Nederlandse paarden maakten in Verden hun reputatie waar van geweldige dravers met een matige stap en een erg scherp karakter. Blijkbaar vind men dat niet overal geweldig.
Eddy Crul, als ik het mij goed herinner, is er in 1999 een jonge paardenkampioenschap gehouden tegelijkertijd met het EK in Arnhem … Het evenement is daarna naar Verder verhuisd. Er zou iets voor te zeggen zijn om de locatie te laten rouleren en dan zou Ermelo een goede kandidaat moeten zijn. Boycotten van dit kampioenschap is uiteraard niet echt slim, het is en blijft toch een mooie etalage voor je fokkerij en zo slecht komt men er toch niet uit. We hebben de afgelopen jaren prachtige sucessen behaald, en ‘what goes up, must come down’ ofwel soms zit het mee, soms wordt je twee … volgende keer beter en als je vindt dat er op een bepaalde manier beoordeeld wordt en je wilt toch echt winnen, dan zul je de manier waarop je je paard voorstelt in die specifieke omgeving moeten aanpassen … en daar valt dan ook weer op te trainen. Daar is het nu eenmaal een jurysport voor. Niet zeuren dus, maar rijden.
Het gaat hier niet om de rubriek “Bestgaande Rijpaard”, maar om het beoordelen van de natuurlijke aanleg van mogelijke dresuurpaarden in de toekomst voor de sport.
Het gaat er m.i. om dat men vakjatten op de jurystoelen heeft zitten. Een vakjat kan zowel GP als Jonge Paarden rubrieken jureren.
Dhr. Ghislain Fouarge is zo iemand (verwijzend naar een eerdere stelling).
Een vakjat zal weten hoe een jong paard in opleiding voorgesteld dient te worden en dan kom je op basis en nog eens basis. Dezelfde basis die men terug dient te zien in de GP!!
Daar zou het m.i. om moeten draaien en dat is nu juist vaak precies datgene wat door menig “jonge paarden- specialist” (met grote naam) wordt overgeslagen!
De natuurlijke bewegingen van menig kwaliteitspaard worden tegenwoordig dusdanig gemanipuleerd tot iets kunstmatigs dat je deze jonge paarden o.m. in een rare zweefdraf met hoog voorbeen door de baan ziet gaan (agv een “ingedrukt gaspedaal en aangetrokken handrem”).
Inderdaad, deze ruiters zijn “handig” en begrijpen dat er snel een resultaat neergelegd moet worden in de baan.
Dat wil echter niet zeggen dat zij ook deskundig zijn.
Het is immers geen toeval dat we zo ontzettend weinig van die ooit zo veelbelovende jonge paarden nog terugzien; veelal uitgerangeerd, stuk of in de staak, knarsentandend met een vastgesnoerde sperriem omdat anders de tong buitenboord komt of over het bit.
De vaak geweldige, van nature aanwezige bewegingen van het paard dienen “bewaakt” te worden voor de toekomst.
Alleen dan kunnen ruiter en paard in harmonie gaan.
Daar ligt m.i. een taak voor een deskundige jury.
Helemaal eens met H. Paerels!!!
Boycotten? Ik zou zeggen: vooral doen. De beste manier om je ongelijkheid en onsportiviteit worldwide te promoten.
De FEI-juryleden hebben heel duidelijk de FEI-regels gerespecteerd en hebben de paarden, die wel aan deze potentiële (fysiek en mentaal) dressuurvoorwaarden voldoen, conform geplaatst.
Nog maar kort is Rosie er achter dat het Nederlandse plaatje van de instabiele, hoogbenige en sensibele dressuurpaarden met de lange voorbenen niet de ideale GP-paarden zijn.
>>Lange tijd dacht ik dat het met dressuurpaarden en hun fokkerij iets anders gesteld was. Ik schreef vroeger zelf ronkende zinnen over langbenige, naar boven gebouwde paarden. Maar toen hadden Valegro en Uthopia hun medailles nog niet gewonnen. En wilde ik de kortbenigheid van Contango en Ferro het liefst meteen weer wegfokken. Nu begrijp ik dat je de ongelijke voorvoeten die voortvloeien uit langbenigheid weg moet fokken.<<
http://www.horses.nl/opinie/een-rolex-of-een-swatch/
Niettemin zijn er intussen duizenden paarden gefokt die aan wel deze modegril voldoen en die dan toch niet de lauweren brengen die aanvankelijk zo voor grijpen lagen.
En die Nederlandse dressuurpaarden met hun zwaaiend voorbeengebruik leggen het nu af tegen de paarden die wel over tactmatige bewegingen en de daaruit voortvloeiende balans beschikken.
Als de helft van de ingeschreven paarden het bovendien wegens mentale problemen laat afweten, kan men zich beter eens gaan afvragen wat men op dit terrein beter zou moeten gaan doen in plaats van een grote polderbroek aan te trekken.
De Nederlandse trainers van jonge dressuurpaarden zouden zich voorts eens moeten gaan afvragen of je bij een zadelpresentatie van een dressuurpaard het bit tot aan de neusriem moet optrekken. Dat is nu niet bepaald bevorderlijk voor de gewenste ongedwongen nageeflijkheid op GP-niveau.
@Nico Witte
Als paarden linksachter 20 cm korter stapten dan staat er kennelijk nog een deel van die paarden in Verden! De stap is een viertempi gang waarbij het paard te allen tijde vier gelijke passen moeten maken om de massa in zijn geheel te kunnen verplaatsen. De ruimte van de stap dient derhalve dus ook over alle vier de passen te worden beoordeeld. Ook de zogenaamde bergopwaartse galop, waarbij de bovenlijn niet meer horizontaal en dus niet in balans blijft, is voor een GP-paard buitengewoon nadelig en breekt zich altijd bij de verzamelde oefeningen op. Denk alleen eens even aan een appuyement in de galop.
Er valt dus nog best het een en ander te evalueren alvorens men de FEI-juryleden aan de Nederlandse modegrillen denkt te moeten onderwerpen.
Geachte heer Karel De Lange,
Sta mij toe dat ik mij persoonlijk tot u richt om een vraag te beantwoorden waarvan ik het antwoord op internet(FEI site) niet vind.
Waar kan ik de specifieke richtlijnen voor het beoordelen van jonge dressuurpaarden vinden in het FEI reglement?Zijn er wel apparte richtlijnen voor jonge paarden?
Ik wil nml met zekerheid uitzoeken of de juryleden de proef moeten beoordelen,dus punten geven op wat zij op dat moment zien of dat zij punten moeten geven op wat het jonge paard in huis heeft voor de toekomst.
met dank bijvoorbaat vr gr EC
@Eddy Crul
Beste Eddy,
Ik heb hier al ettelijke keren de “FEI Dressage: Object and general principles” geprojecteerd. Deze regels zijn op elk dressuurpaard, ongeacht het niveau, van toepassing. Onder punt 6 wordt expliciet het niveau van de training benoemd.
Ik zal bovendien onder deze “principles” ook de voorwaarden projecteren waar de ruiter, ongeacht het niveau, aan moet voldoen.
FEI (Fédération Equestre Internationale)
Article 401 – Object and general principles
1. The object of Dressage is the development of the horse into a happy athlete through harmonious education. As a result it makes the horse calm, supple, loose and flexible, but also confident, attentive and keen, thus achieving perfect understanding with his rider.
2. These qualities are revealed by:
2.1. The freedom and regularity of the paces;
2.2. The harmony, lightness and ease of the movements;
2.3. The lightness of the forehand and the engagement of the hind quarters, originating in a lively impulsion;
2.4. The acceptance of the bridle, with submissiveness throughout and without any tenseness or resistance.
3. The horse thus gives the impression of doing of his own accord what is required of him. Confident and attentive, he submits generously to the control of his rider, remaining absolutely straight in any movement on a straight line and bending accordingly when moving on curved lines.
4. His walk is regular, free and unconstrained. His trot is free, supple, regular, sustained and active. His canter is united, light and cadenced. His quarters are never inactive or sluggish. He responds to the slightest indication of the rider and thereby gives life and spirit to all the rest of his body.
5. By virtue of a lively impulsion and the suppleness of his joints, free from the paralysing effects of resistance, the horse obeys willingly and without hesitation and responds to the various aids calmly and with precision, displaying a natural and harmonious balance both physically and mentally.
6. In all his work, even at the halt, the horse must be “on the bit”. A horse is said to be “on the bit” when the neck is more or less raised and arched according to the stage of training and the extension or collection of the pace, and he accepts the bridle with a light and soft
contact and submissiveness throughout. The head should remain in a steady position, as a rule slightly in front of the vertical, with a supple poll as the highest point of the neck, and no resistance should be offered to the rider.
7. Cadence is shown in trot and is the result of the proper harmony that a horse shows when it moves with well marked regularity, impulsion and balance. Cadence must be maintained in all the different trot exercises and in all the variations of trot.
8. The rhythm that a horse maintains in all his paces is fundamental to Dressage.
FEI
418 The position and aids of the rider
1. All movements should be obtained without apparent effort of the rider. He should be well balanced, with his loins and hips supple, thighs and legs steady and well stretched downwards. The upper part of the body easy, free and erect, with the hands low and close together without, however, touching either each other or the horse and with the thumbs as the highest point, the elbows and the arms close to the body, enabling the rider to follow the movements of the horse smoothly and freely and to apply his aids imperceptibly. This is the only position making it possible for the rider to school his horse progessively and correctly.
2. Not only the aids of the hand and the legs but also of the seat are of great importance in Dressage. Only the rider who understands how to contract and relax his loin muscles at the right moment is able to influence his horse correctly.
Dag Karel ,
Wel bedankt,dus geen afzonderlijke richtlijnen voor jonge paarden , behalve dan de marking sheets including directives die bij de proeven van de 5 en 6 jarigen horen. Ik wil gewoon eens voor mijzelf uitzoeken hoe dit zogenaamde WK jonge paarden in Verden zowel op jurering als op de historiek van het evenement in elkaar zit.
Ik wil nml voor mijzelf de vraag beantwoorden is dit een echt WK geschoeid op een deontologisch ( in de zin van het algemeen dressuurbelang dienend ) correct reglement of is dit een financieel commerciele talentjacht georganiseerd en gestuurd door een kleine groep mensen die er het maximum profijt uit halen.Ook ik wil mij niet te veel meer laten belazeren.Nogmaals bedankt en vr gr EC