Ga naar hoofdinhoud

Bijles

Wereldkampioen Don Martillo met Ann-Christin Wienkamp Foto: Jessica Pijlman / www.madebyjessy.com
Heel lang was het WK voor jonge dressuurpaarden een lachfilm. Waarbij Grand Prix-juryleden zich er niet voor schaamden om dingen te doen waar ze geen ervaring mee hadden. We waren al een beetje gewend geraakt aan gekke uitslagen met erg brave en soms doodnormale paarden op het mondiale podium.

Zouden de FEI-juryleden de afgelopen maanden in trainingskamp zijn geweest? Of is de fokkerij zo enorm vooruit gegaan dat we inmiddels veel goede paarden kunnen voortbrengen die níet lastig, kijkerig of ADHD zijn. Dan hoef je van al die goede paarden alleen nog maar de best voorgestelde bovenaan te zetten.

Governor en Henkie

Ik denk dat de juryleden van de FEI zich inmiddels wat serieuzer met de beoordeling van jonge paarden zijn gaan bezighouden. En ik weet zeker dat de fokkerij enorm vooruit is gegaan. Alleen worden die betere jonge dressuurpaarden momenteel niet in Nederland geboren. Van het WK in Ermelo zijn me eigenlijk alleen de KWPN’ers Governor en Henkie bijgebleven.

Eindelijk volwassen

Als sportief concept is het WK eindelijk volwassen geworden. Er werd vorige week goed gejureerd. Begrijpelijke uitslagen met helder commentaar. Dat is eigenlijk alles wat een dressuurwedstrijd nodig heeft, maar ik zweer ’t je: de wedstrijd waaraan de FEI een officiële wereldtitel verbindt had tot voor kort geen acceptabel sportief concept.

‘Minor’ of fundamenteel

Alleen over de ‘submission’ ontstond afgelopen weekend wel eens discussie. Fundamentele fouten als herhaald kantelen en andere structurele problemen in de aanleuning werden bij een goed paard wel eens als ‘minor’ beoordeeld, terwijl andere paarden dan stevig werden afgestraft.

Duitsland en Denemarken

Juist doordat deze internationale competitie veel meer duidelijkheid had gekregen en we allemaal konden zien wat de bedoeling was, bleek des te meer dat Nederland een probleem heeft. De fokkerij is enorm vooruit gegaan, maar meer in Duitsland en Denemarken dan bij ons. Die goed bewegende, als dressuurpaard gebouwde paarden met een fijn en coöperatief karakter komen méér uit andere fokgebieden dan van het KWPN.

Hoog niveau

Maar ook de KNHS kreeg bijles in eigen huis. Het technische niveau van paardrijden is op het WK zeer hoog, het vergt enorm veel gevoel en vakmanschap om een jong paard op deze competitie voor te bereiden. Om te zwijgen over de lastige omstandigheden en de moeilijkheidsgraad van de proef waarin de onderdelen elkaar als in een mitrailleurvuur opvolgen.

Wake-up call

Wij hebben niet genoeg kundige ruiters die zich erop toeleggen om de kwaliteiten van een jong paard in harmonie te tonen. We kregen klop, niet alleen van Dorothee Schneider, maar ook van haar compleet onbekende landgenotes. De tweede editie van het WK in Ermelo was een pittige wake-up call voor de fokkerij én de rijkunst in Nederland.

Dirk Willem Rosie, hoofdredacteur

[email protected]

Reageren? Dat kan hier.