Ga naar hoofdinhoud

Gesleutel

Foto Lonneke Ruesink
De column van collega Marjet Bosma over het vrijblijvend geadviseer van de Sectorraad Paarden zette mij aan het denken. Deze tijger – voorzien van een kunstgebit uit grootvaders tijd – laat zo nu en dan een kattebelletje op het paardenvolk los. Welk advies mogen we hierna van de Sectorraad Paarden verwachten? Nu de selecties voor de VSN Trofee voor de deur staan, zou dat het verzoek kunnen luiden om het met 3,5-jarige paarden onder het zadel toch vooral kalm aan te doen.

Om met Marjet te spreken: het is ijdele hoop, maar ik zou zeggen: verbied in elk geval alle competities voor zéér jonge dressuurpaarden. De Prinsenstad Dressuur, de VSN Trofee, de hengstencompetitie voor vierjarigen en uiteraard de Pavo Cup voor deze leeftijdsgroep: wég ermee.

Stel dat ik onverhoopt als jong, talentvol dressuurpaard terugkeer op dit ondermaanse. Dan loop ik een groot risico om op een veulenveiling al gescout te worden. Door iemand die natuurlijk ook wel ziet dat datgene wat ik kan (mooi lopen) gelijk op de eerste de beste wedstrijd al tot winst leidt. Dus moet ik er als driejarige – of ten laatste als vierjarige – al aan geloven. Het beeld van het goedgaande, volleerde dressuurpaard dat met een dragend achterbeen en de door de FEI gevraagde oprichting door de baan gaat, is algemeen bekend. En ik moet daar dan aan voldoen.

Het vervelende van de wedstrijden waar ik als zeer jong dressuurpaard aan mee zou moeten doen, is dat iedereen dat ideaalbeeld voor ogen heeft. Niet alleen de juryleden, maar ook mijn eigen eigenaar en ruiter. Die zien heus wel dat een paar van mijn leeftijdsgenoten met succes in het ideaalbeeld gesjord zijn. En dus kunnen ze met mij niet achterblijven.

Geen jurylid ter wereld zal aan mij welke Trofee of Cup dan ook geven, als ik conform mijn zeer jeugdige leeftijd beweeg. Want heb ik een goed achterbeen, dan wreekt zich dat in de aanleuning. En is mijn aanleuning mooi voor elkaar, dan vindt de jury mijn achterbeen niet oké. Dus wordt er in bijna alle gevallen aan mij gesleuteld. Terwijl ik gewoon rechtuit in het bos op eigen benen moet leren lopen. Langzaam moet zien te dealen met het feit dat mijn hoofd en hals veel zwaarder wegen dan mijn staart.

Kijk, en daarom wil ik eventueel wel als springpaard terugkeren op aard. Dan moet ik nóg zien uit handen van tricksers te blijven, maar de kans is dan veel groter dat ik zo’n beetje op mijn eigen manier mag lopen.

Dirk Willem Rosie, hoofdredacteur ([email protected])
Deze column verscheen dinsdag 24 oktober in De Paardenkrant.

11 reacties op “Gesleutel

  • paardenfokkerij-olympus

    Volkomen mee eens Dirk Willem!
    Als je weet dat het bekken van een paard pas uitgehard is op vijfjarige leeftijd en de groeischijven van de rugwervels ten behoeve van de lengtegroei, zich tussen de zes en de acht jaar pas sluiten, dan is het zeker in oprichting presenteren van jongere dieren respectloos ten opzichte van het paard.
    En inderdaad zou je van de SRP op dit vlak zeker actie verwachten.
    Men kent mijn stelling dat driejarige paarden gewoon nog een jaartje in de wei horen en vierjarigen alleen nog maar voorwaarts neerwaarts gereden horen te worden met het oog op het zwakste lichaamsdeel van een paard , n.l. de rug. De rug is van oorsprong niet geschapen om gewicht te dragen. Dus zijn rugproblemen talloos bij paarden.
    Merkwaardig fenomeen is dat sinds invoering van de de chipverplichting het aantal rugproblemen enorm gestegen is. Verdiep je je in transegrity dan is dat plotseling niet meer dan logisch.
    Sjaak Hoedjes

  • marjet bosma

    Ik ben het er ook mee eens maar miste in de column de onderbouwing. Er zijn voldoende wetenschappelijke onderzoeken waarin staat beschreven waarom je een jong paard de kans moet geven op eigen benen te laten lopen. Dat heeft inderdaad met de ontwikkeling van het skelet te maken en het sluiten van groeischijven. Dat weten de stamboeken en heren/dames juryleden ook (als het goed is) maar het kan geen kwaad ze keer op keer op de feitelijke (wetenschappelijke) ondervindingen te wijzen. Dat maakt een column alleen maar sterker. Vooralsnog is het geld nog altijd het belangrijkste motief om (dressuur)paarden zo jong mogelijk in het ideaalbeeld te prepareren.
    In de eerste alinea van de column wordt de waarheidsbevinding enigszins geweld aangedaan. Ik heb namelijk geen kunstgebit. Wat betreft de ouderdom van mijn tanden: ik vermoed dat Rosie met enige telepathische eigenschappen behept is. Ja, mijn eerste kleinkind is op komst. En ja … ik ben oud, net zo oud als mijn gebit. Het stamt dus letterlijk uit grootmoeders tijd (niet grootvaders!). Over de term ‘kattebelletjes’ laat ik me verder niet uit. Het is aan de lezer om te beoordelen of een column wel of niet aanslaat.

  • Meta van Oosten-Nieuwenhuyzen

    Tja…maar tegenwoordig wordt met jonge veelbelovende dressuurpaarden de basis gewoon overgeslagen,omdat de ruiters(Z) hun eerste wedstrijd met dit dier starten op M-niveau,dus er wordt gelijk veel van het dier verwacht.Doel is snel naar de Z en dan verkopen voor veel geld!De toekomstige eigenaar,vaak een ruiter die zelf niet of nooit dat niveau zal bereiken,verwacht dan heel wat van het dier,wat vaak tot grote teleurstellingen leidt,voor zowel het dier als de ruiter.Vaak wordt de gehele kast met hulpverleners open getrokken en in de ergste gevallen wacht het dier “de eeuwige jachtvelden, nog VOOR dat hij het zesde levensjaar bereikt heeft (voor sommigen een welkome zegen)
    Bij het woord “vroeger”zie je sommige jonge ruiters de ogen verveeld naar de hemel richten….
    Maar in mijn opinie deden de oude klassiekers het nog niet zo slecht .Voorbeeld hiervan is bv. de Spaanse rijschool.
    Quote:Als jonge hengsten met 4 jaar worden aangewezen voor gebruik in de Hofreitschule, staat hen een lange opleidingstijd te wachten. Pas na zo’n 8 jaar (plm. 12 jaar oud) bereiken ze het hoogste niveau, waarna een jarenlange verfijning en verbetering plaatsvindt. Door de zorgvuldige opbouw kan een paard lang mee: hengsten van 25 in de rijschool zijn geen uitzondering. Alleen de hengsten met de beste prestaties en afstamming mogen op oudere leeftijd terug naar de stoeterij in Piber om als dekhengst te dienen.
    De oefeningen met tot doel het beheersen van het Gehele “Skala der Ausbildung” vergen JAREN van training!
    http://nl.wikipedia.org/wiki/Spaanse_rijschool

  • meta van Oosten-Nieuwenhuyzen

    En wat ik ook zo apart vind ,is dat de ene vier jarige bijna 11 maanden ouder is dan de andere,maar beiden zijn per 1 januari voor de registratie vier jaar?!

  • Dirk Willem Rosie

    Beste Marjet,
    Het feit dat het skelet pas op zevenjarige leeftijd helemaal ‘af’ is houdt gelukkig niet in dat we dan pas met paarden kunnen beginnen te trainen. Voor mij is de ontwikkeling van het skelet dus geen reden om me teweer te stellen tegen kampioenschappen voor zeer jonge dressuurpaarden. De onderbouwing hiervoor staat volgens mij in de column: jonge paarden, waarvan het gewicht voor zestig procent op de voorhand rust, moeten (als er een Trofee te verdienen valt) in zeer korte tijd gesloten, in oprichting en met een lichte aanleuning gaan lopen. Een goed africhter met de blik op de hogere dressuursport doet zoiets niet. Maar als er wat te winnen valt…
    En dan die tijger met het oude kunstgebit en z’n kattebelletjes. Het spijt me dat ik niet heb kunnen voorkomen dat jij je hiermee zou associëren. Ik doelde uiteraard op de Sectorraad en z’n vrijblijvende adviezen.

  • Desiree

    Amen Dirk Willem!
    Het is eigenlijk zo voor de hand liggend. Waarom snappen de mensen dit nou niet?

  • connie bulsink

    Helemaal mee eens maar bedenk dan wel dat een jong talentvol springpaard of eventingpaard ook al te veel te verduren krijgt ondanks het feit dat hij of zij nog niet volgroeit is.
    Dus laten we alle cups voor jonge paarden maar meteen afschaffen.

  • Laura

    super geschreven, en echt de waarheid, heb laatst een Pavo cup voor 4 jarigen van dichtbij meegemaakt: commentaar op de protocollen gelezen: moet meer bergop, moet meer verzameld, moet meer op achter!
    Dirk Willem, je hebt helemaal gelijk, weg met die wedstrijden voor 3 1/2 en 4 jarige paarden, het is niet voor niets dat de gemiddelde leeftijd van paarden in Nederland 7 jaar is, je moet je rot schamen als je zo’n kleuter al aan zulke wedstrijden mee laat lopen…..Een rijpaardnummer is een betere voorbereiding, dan kunnen de paarden tenminste nog lange lijnen rechtuit lopen en als ze niet over het tempo gejaagd worden kunnen ze daar nog leren in balans te gaan lopen…beetje vergelijkbaar met een buitenrit…..

  • H. Paerels

    Als eigenaren van paarden hun verantwoordelijkheid niet nemen, wat moet er dan gebeuren dat er eindelijk wel iets gaat veranderen?
    Een mentaliteitsverandering is niet zo eenvoudig. Dat komt pas op het moment dat wij weer goede voorbeelden krijgen voorgeschoteld, van bovenaf.
    Daar maar niet op wachten, althans niet hier in Nederland.
    Wordt het niet hoogtijd dat de verantwoordelijke organisaties ter verantwoording worden geroepen?!
    KNHS en het KWPN bijv.?!
    Zo lang 3-jarigen uitgebracht mogen worden op wedstrijd en zo lang men de lat zo hoog legt bij de Jonge Paarden-rubrieken zullen er altijd mensen zijn die “wel even zullen laten zien” wat hun jonge paard in huis heeft, inclusief een of ander zweefdrafje. Mensen “met naam” voorop.
    Juryleden jureren níet naar wat ze zéggen dat ze zullen jureren.
    Sommige (oud-)juryleden durven zelfs te beweren dat de paarden “zo natuurlijk worden voorgesteld”.
    Was dat maar waar!
    Degenen die paarden zouden moeten beschermen voor dit soort zaken zijn er zelf hoofdschuldig aan dat dit kan gebeuren.
    Zo triest.

  • stichting paard in nood

    Uiteraad ook helemaal mee eens. Als ik zie wat voor paarden we krijgen aangeboden als opvang, omdat ze op jonge leeftijd al kapot gereden zijn en het dus “niet meer doen” dan zegt dat alles. Je zou verwachten dat we oude versleten paarden krijgen aangeboden, maar het gros is nog relatief jong en bij doorvragen blijken het vaak ambitieuse eigenaren te zijn die verder wilden in de sport.
    Paarden wiens natuurlijke scheefheid te weinig gecorrigeerd worden en daardoor al snel overbelastingen krijgen. En natuurlijk heeft ook bijna niemand meer de tijd om te wachten tot een paard weer gerevalideerd is, want de wedstrijden gaan immers gewoon door.
    Uiteraard zijn er ook andere eigenaren, gelukkig, maar helaas nog veeeel te veel uit onwetendheid of uit status/financiele redenen gedreven paardeneigenaren die het niet zo nauw nemen. Vandaar dat we ook als stichting niet alleen de stukgereden paarden opvangen en/of bemiddelen, maar ook aan voorlichting doen om mensen bewust te maken van enerzijds de natuurlijke scheefheid/onbalans en anderzijds hoe ze het kunnen verhelpen al dan niet vanaf de grond mocht het paard al kreupel of onberijdbaar zijn.

  • Karel de Lange

    Ik denk dat de volgende quote van Rosie een perceptie is die helaas wijd en zijd onder de moderne paardenliefhebbers als een paradigma een eigen gestalte heeft verkregen.
    “Langzaam moet zien te dealen met het feit dat mijn hoofd en hals veel zwaarder wegen dan mijn staart.”

    Een paard moet en hoeft daar helemaal niet mee te dealen. Dat is een evolutiegegeven. Daar heeft de evolutie nauwkeurig in voorzien door het paard uit de rusten met een skeletmechaniek dat hem in staat stelt om het surplus aan gewicht (60%) op de voorhand op stand perfect naar een 50/50% over de dragende benen in de beweging over te brengen om vervolgens de massa zuiver in balans te kunnen verplaatsen. In vrijheid is een evenwichtiggebouwd paard zonder enige menselijke leerschool prima in staat om zijn gewicht in balans te kunnen verplaatsen. Zo heeft de evolutie dat voor elk zoogdier perfect en “tailormade” gemaakt.

    Het is dus van belang dat wij eerst kijken hoe de evolutie dit skeletmechaniek heeft ontwikkeld en hoe en wanneer het optimaal functioneert en daarop anticiperen alvorens we überhaupt op een paard stappen.

    De logica leert ons dan in elk geval dat een zwaarder wegen van het hoofd en de hals dan de staart niet bepaald wordt opgelost door het paard in de beweging bruut met het hoofd tussen de voorbenen te forceren. Waardoor de gewichtsbelasting op de voorhand niet af- maar fors toeneemt. En dat ook nog met een skelet dat nog lang niet uitgegroeid en volgroeid is. Het valt zelfs aan een paard niet uit te leggen dat deze mishandeling tot een zogenaamd leerproces behoort waardoor hij op termijn beter in balans zal gaan bewegen.

    We moeten dus beginnen met wat de natuur ons gegeven heeft. Hoe en waarom het zo gevormd is en hoe en wanneer het optimaal functioneert. Als we dat eenmaal begrijpen, is het niet moeilijk om vast te stellen dat een paard het best functioneert als wij het door de evolutie gevormde natuurlijke bewegingsproces respecteren, onderhouden en activeren. En daarbij rekening te houden met zijn levensontwikkeling zoals dit door de evolutie gevormd is. Aan die over miljoenen vervaardigde ontwikkeling kunnen nu eenmaal niets versleutelen. Dat is maar goed ook. Pas dan communiceren wij met het paard in zijn taal en op hetzelfde niveau.

    Zie onderstaande link
    http://www.easpstamboek.nl/files/Totilas.pdf

    Bovenstaande reactie voldeed niet volledig aan het criterium van deze website om respect te tonen voor anderen. Daarom is een deel van deze reactie verwijderd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.