Pagina 3 van: Paardenkrant 1 – 2022

door Mirjam Hommes
O
ver het vertrek van R ob Ehrens is al veel gezegd en
geschreven. Iris Boelhouwer, technisch directeur bij
de KNHS, noemde als één van de redenen voor het
wijzigen van de koers, dat het NOC * NSF eist dat er
in Parijs medailles gewonnen worden. L ansink: “ Mijn
eerste doel is natuurlijk dat we ons kwalificeren voor
Parijs. En tja, ze kunnen natuurlijk altijd medailles eisen, maar in
onze sport ben je afhankelijk van meerdere factoren. Je hebt een
heel goed paard nodig, mens en dier moeten allebei in orde zijn en
goed samenwerken. Alles moet op het juiste moment samenvallen.
Eén zwakke schakel of een foutje en dan is het voorbij. Ik zou trou-
wens direct tekenen voor de resultaten die R ob heeft behaald in zijn
periode als bondscoach.”
Echte Nederlander
“ Ik heb er toch wel even over nagedacht of ik bondscoach wilde
worden. De KNHS heeft mij benaderd na het vertrek van R ob, maar
op zich heb ik werk genoeg en het was mij in eerste instantie ook
niet helemaal duidelijk hoeveel tijd het zou gaan kosten. Maar het
allerbelangrijkste vond ik hoe de ruiters er over dachten. De bond
is toen eerst met de ruiters gaan praten en pas daarna zijn ze weer
verdergegaan met mij. Ik wil graag iets terugdoen voor de Neder-
landse paardensport. Ik woon al 24 jaar in België, maar ik voel me
nog steeds helemaal Nederlander. Ik lees elke dag De Telegraaf en
ik kijk naar de Nederlandse televisie.”
Acht à negen ruiters
De kersverse bondscoach over zijn team: “ Ik denk dat we in Neder-
land momenteel een groep van acht à negen ruiters hebben die we
kunnen inzetten voor het landenteam. Als ik naar alle wedstrijden
kijk die door het jaar heen op het programma staan, dan heb ik die
mensen ook allemaal nodig. We hebben in Nederland heel goede
ruiters en goede paarden, maar ik moet iedereen inzetten om uit-
eindelijk met een stel fitte paarden aan de kampioenschappen deel
te kunnen nemen.” Vooral het Wereldkampioenschap in Herning in
augustus is belangrijk voor L ansink: “ Als we de Olympische kwali-
ficatie dit jaar al kunnen afdwingen, dan zou dat wel wat rust geven.
Dat betekent dat we in Herning bij de eerste zes moeten zitten. An-
ders hebben we in 2023 op het EK nog een kans om ons te kwalifi-
ceren voor Parijs 2024.”
Puzzelen met de planning
De planning voor 2022 is nog niet af. L ansink: “ Het is op dit mo-
ment nog niet duidelijk waar we precies naartoe gaan, want voor de
R olex landenwedstrijden moeten de uitnodigingen nog komen. We
moeten dus nog even afwachten of we daar übe rhaupt mogen star-
ten.” L ansink hoopt op een startplaats in L a Baule, waar Nederland
de afgelopen jaren vaak van de partij was. “ Zeker met corona is het
lastig, je kan bijna geen planning maken. Dat geldt ook voor de rui-
ters en voor de opbouw naar grote wedstrijden. Nu is Basel alweer
uitgevallen en van Bordeaux is de datum onzeker. Ik ga binnenkort
met alle ruiters samen zitten, iedereen moet zijn zegje kunnen doen.
Als iemand bijvoorbeeld kiest voor etappes van de G lobals, dan zul-
len we dat van tevoren overleggen. Zo weten wij ook waar we aan
toe zijn. Ik vind het persoonlijk heel belangrijk om met frisse com-
binaties aan de start te komen op een kampioenschap. Dat is mijn
doel. Niet met paarden die de maand daarvoor twee of drie keer een
vijfsterrentournooi gelopen hebben. Natuurlijk zijn grote wedstrij-
den zoals de G lobals fantastisch voor ruiters en eigenaren en heel
lucratief bovendien. Maar je moet wel bedenken dat zo’n wedstrijd
heel veel ‘ horsepower’ kost, zeker als je maar één toppaard hebt. In
een klein land als Nederland moeten we daarom keuzes maken als
we willen presteren op kampioenschappen.”
Eigenaren ondersteunen
F itte paarden op de kampioenschappen krijgen, betekent voor L an-
sink ook overleg met de eigenaren en eventueel ook steun. “ Je hebt
mensen nodig die de sport willen ondersteunen, maar eigenaren
moeten ook het gevoel hebben dat ze gewaardeerd worden en iets
terugkrijgen. Ik begrijp ook dat je een paard verkoopt als je een
twaalfjarige hebt waar je veel geld voor kan krijgen. Zo’n eigenaar
kan je geen ongelijk geven, de meeste mensen zouden hetzelfde
doen. Maar als je met een goed plan komt en eventueel een vergoe-
ding via het N.O.P. of SF N, dan is er misschien meer mogelijk en
kun je zo’n paard langer voor Nederland behouden. Daarbij blijft
het natuurlijk ook zo, dat je als eigenaar van een goed paard met een
goede ruiter ook door het jaar heen wel geld kan verdienen. Mo-
menteel missen we in Nederland een echte wereldtop-combinatie. In
het verleden hebben we dat wel gehad, maar op het moment is zo’n
combinatie niet voorhanden. Om de kans te vergroten dat zo’n com-
binatie zich binnenkort wel aandient is het overleg met de eigenaren
en afstemmen van de planningen ook heel belangrijk.”
Uitbreiding kopgroep
L ansink houdt zijn ogen open voor jong talent: “ Hopelijk kunnen
er nog wat jonge ruiters en nieuwe paarden aansluiten. Ik ken heel
veel paarden en combinaties, maar ook ik heb niet alles in het vizier.
Bovendien kijk ik nu met een andere bril, zelfs al ken ik al veel
mensen van de wedstrijden. Het Nederlands kampioenschap vind ik
ook een interessant moment om te kijken wie er aankomen. Jonge
combinaties en nieuwe paarden zou ik graag willen inzetten op de
driesterren landenwedstrijden, zodat we samen ergens naartoe kun-
nen werken.” Dat iedereen tegenwoordig met eigen trainers werkt,
vindt L ansink prima. “ Het belangrijkste zijn de resultaten, of die nu
linksom of rechtsom behaald worden. Bij overleg is iedereen gebaat,
twee mensen zien meer dan één. Als ik zie dat je een andere aanpak
tot een beter resultaat kan leiden bij een combinatie, dan kan je daar
volgens mij altijd over praten.”
»Voor reacties uit het veld, kijk op Horses Premium:
www.horses.nl/reactiesuithetveld.
Horses Premium is gratis voor Paardenkrant-abonnees.
INTERVIEW woensdag 5 januari 2022 | 3
Jos Lansink: ‘Ik heb er wel even over nagedacht’
ERM ELO – Jos Lansink is de opvol-
ger van Rob Ehrens als bondscoach
van de Nederlandse springruiters. D e
zevenvoudig Oly mpiër ( vier keer voor
Nederland en drie keer voor België)
heeft zin in zijn nieuwe functie en is
nuchter over de uitdagingen die voor
hem liggen. “ Het allerbelangrijkste
vond ik hoe de ruiters over mijn even-
tuele aanstelling dachten.”
“We hebben in Nederland heel
goede ruiters en goede paarden,
maar ik moet iedereen inzetten
om uiteindelijk met een stel
fitte paarden aan de kampi-
oenschappen deel te kunnen
nemen”, aldus de kersverse
nieuwe bondscoach Jos Lansink.
FOTO WWW.ARND.NL
‘Lansink moderner’
In een artikel dat op zondag 2 januari in NRC
te lezen was, zeggen meerdere ruiters dat Jos
Lansink een modernere aanpak heeft dan zijn
voorganger. Kritiek op Ehrens was er wel, maar
bereikte de voormalig bondscoach kennelijk
nooit. Maikel van der Vleuten vertelt dat col-
lega’s zich soms bij hem beklaagden, maar:
“Ik wilde me er niet mee bemoeien.” Ehrens
zou te weinig de vinger aan de pols hebben
gehouden, mede omdat hij geen fan is van
de Global Champions Tour. Die wedstrijden
volgde hij vrijwel uitsluitend via livestream.
Daarmee had hij geen zicht op onder meer de
warming-up en de staat waarin een paard ná
een zware proef de ring uitkomt. Frank Schut-
tert wijst er in het artikel op dat er de afgelo-
pen jaren veel is veranderd in de springsport.
Lansink zou beter met die nieuwe werkelijk-
heid om kunnen gaan dan Ehrens. De KNHS
zegt dat er is voorgesteld om een assistent
voor de bondscoach aan te stellen, maar
Ehrens ontkent dat. Als ondersteuning voor
Lansink worden de taken van teammanager
Ad Wagemakers nu waarschijnlijk uitgebreid.
Hij zal vaker wedstrijden bezoeken en zo als
extra paar ogen gaan fungeren.