Pagina 19 van: Paardenkrant 11 – 2021
Beste Teus,
Bedankt. Ik zie dit als een groot
compliment. Leuk dat je deze Ket-
tingbrief doorgeeft aan mij. Ik wil
dan ook graag verder gaan op jouw
verhaal over hoe ik met jonge, ta-
lentvolle paarden omga. Ik denk dat
het vooral begint met een goede
basis, zowel bedrijfsmatig, als wat
betreft het management en de basis
van het opleiden van een jong
paard, waar jij het eerder over hebt
gehad. Ik heb vanaf mijn ponytijd
bij het familiebedrijf van mijn
vader gereden.
Een kijkje nemen
Toen ik twintig was, besloot ik in
overleg met mijn vader om eens er-
gens anders een kijkje te gaan
nemen in de paardensport. Om mijn
ervaring uit te breiden. Dit heb ik
een jaar met heel veel plezier ge-
daan en in dat jaar heb ik ook heel
veel dingen kunnen leren. Wat ik nu
nog steeds meeneem in mijn eigen
stal. Ik vond het heel erg leuk om
naar de ‘zon-touren’ in Spanje te
gaan. Dat zou voor mezelf eerlijk
gezegd een dure trip zijn geweest.
Ik heb veel kilometers kunnen
maken in Spanje. Daardoor heb ik
veel ervaring opgedaan met het rij-
den van heel veel verschillende
paarden. Ik reed voor een grote
handelsstal waar veel paarden wer-
den gekocht en verkocht. Ik moest
ook vaak mee om paarden uit te
proberen. Als daar een paard bin-
nenkwam, moest ik er soms na
twee dagen al mee op concours. Ik
ben daardoor handiger geworden.
Door voor een baas te gaan werken,
ben ik ook zelfstandiger geworden.
Toch ben ik weer voor mezelf be-
gonnen op ons familiebedrijf in
Soest, waar ik alle middelen en de
juiste mensen om me heen heb, die
mijn stal tot een succes maken.
Zoals je weet heeft mijn vader een
pensionstal en hij organiseert ook
evenementen. Mijn broer Mitch
heeft zijn eigen handelsstal, M.L.
Sporthorses, en ik heb ook mijn
eigen handelsstal.
De tijd nodig
Ook denk ik dat ik een heel sterk
team vorm samen met mijn vader,
die altijd naast me op de grond
staat, meekijkt en mij traint. Mijn
vader heeft me ook altijd geleerd
om in een paard te blijven geloven,
ook als hij een keer een periode wat
minder is. Juist bij jonge paarden is
het zo dat ze soms even een terug-
val hebben en er daarna weer beter
uit komen. Geef gewoon niet gelijk
op en probeer een paard de tijd te
geven en de juiste hulp om te ver-
beteren.
Veel mensen denken als ze een jong
paard vanaf hun derde jaar hebben
en het zes jaar oud is: oh, wat heb
ik hem lang, het moet sneller! Nee,
talentvolle jonge paarden hebben
echt de tijd nodig om te rijpen en
daar hoort echt een goede basis bij.
Wat al begint bij het zadelmak
maken. Veel mensen denken dat ie-
dereen met lef dat wel kan. Maar ik
vind, evenals jij, dat dat stuk – om
het rustig te doen – vaak vergeten
wordt.
Zelf maak ik niet zadelmak. Mijn
vriend Koen Loomans, die een
eigen stal in Voorthuizen heeft, doet
dat met veel rust en regelmaat en
rijdt de paarden netjes aan. Ik heb
ook wel paarden gereden waar hij
nog maar twee keer op had gezeten,
omdat ik het paard dan zelf aan-
reed. Het fijnst is het echter als
Koen dat doet, omdat mijn systeem
heel goed werkt in combinatie met
hem. Nadat de paarden zadelmak
zijn gemaakt, stap ik er vanaf
drieënhalf of vier jaar oud op, als ze
goed zijn aangereden en BB lopen.
Op elkaar ingespeeld
Ik vind de combinatie tussen het
sporten, het opleiden en de verkoop
van talentvolle jonge paarden heel
erg leuk. Je ziet bij de jonge paar-
den zoveel ontwikkeling en het
leert je echt om te luisteren en kij-
ken naar hoe zo’n paard zijn ont-
wikkeling doormaakt. En dat doen
ze allemaal op hun eigen manier. Ik
vind het fijn om een paard eerst te
leren kennen, thuis te trainen en een
plan te maken. Ik heb echt wel het
gevoel nodig bij een paard.
Ook als ik een jong paard, dat ik
zelf heb opgeleid, op hoger niveau
rijd, merk ik dat we beter op elkaar
zijn ingespeeld. Ik rijd daarom ook
niet altijd voor de prijzen. Het is
mijn doel om mijn paarden klaar te
maken voor de sport, zodat de basis
er goed inzit. Daarbij is het natuur-
lijk ook goed om je paard af en toe
te leren om sneller te zijn en kortere
wendingen te draaien. Maar geef
hem daarna ook weer de tijd om er-
over na te denken.
Goede afspraken
Ik train paarden voor eigenaren,
heb eigen paarden en paarden die ik
met eigenaren samen heb. Ik pro-
beer daar ook altijd goede afspra-
ken over te maken, zodat het voor
beide partijen een win-winsituatie
wordt. Uiteindelijk moeten we
leven van de verkoop van goede,
talentvolle paarden die ik graag
verder zie ontwikkelen bij goede
ruiters.
Ik vat het op als een compliment
dat ik aanbiedingen krijg van an-
dere stallen. Ik krijg weleens zo’n
leuk aanbod, dat ik er ook echt wel
even goed over na moet denken.
Soms zou het makkelijker zijn om
voor een baas te werken, dan krijg
je ook heel mooie kansen. Toch
lijkt het me niet verstandig om die
stap te maken, dan gooi ik weg wat
ik in twee jaar heb opgebouwd. Het
geeft me ook veel voldoening om
samen met mijn familie te werken
hier in Soest.
Teus, onze families kennen elkaar
goed. Wij wonen dichtbij elkaar en
zitten daardoor in dezelfde wed-
strijdregio. Mijn broer en ik hebben
altijd opgetrokken met jouw kinde-
ren. Jij bent echt één van de grote
paardenmannen hier uit de buurt. Je
hebt altijd goede paarden. Ik kijk er
wel naar op hoe jij dat altijd doet.
Hoger komen in de sport
Zelf probeer ik ook te investeren in
jonge paarden en ik heb twee mer-
ries waarmee ik fok. De paarden
worden steeds beter. De fokkerij
ontwikkelt zich steeds verder,
waardoor het steeds lastiger wordt
om zelf talentvolle paarden aan te
schaffen. Daarom is het ook fijn om
goede mensen achter je te hebben
staan. Mensen die wel financiële
middelen hebben en je daarmee
ook kunnen en willen helpen om
dat stapje hogerop te komen in de
sport. En niet te vergeten: juist de
paarden meer de tijd te willen
geven om zich te ontwikkelen. Het
is ook mijn doel om de jonge paar-
den zo op te leiden en op die manier
hoger te komen in de sport. Dat is
ook de reden dat Bart Bles me te
binnen schoot met betrekking tot
deze brief. Hij is daar het perfecte
voorbeeld van. Hij heeft onder
meer voor dekstation de Haviker-
waard gewerkt.
Altijd geleerd om in een paard te blijven geloven
Beste Bart,
Mijn vraag aan jou is: welke stappen heb jij gezet om door te
breken op het hoogste niveau?
Met vriendelijke groet,
Megan Laseur
De 24-jarige springamazone Megan Laseur uit Soest spreekt
zich in de Kettingbrief uit over het opleiden van jonge spring-
paarden. Wat echt wel een vak apart is. Afgelopen editie ver-
telde paardenhandelaar Teus van den Brink uit het Gelderse
Nijkerkerveen dat Laseur erg gewild is als opleider van jonge
springpaarden en veel aanbiedingen krijgt van grote stallen.
Dit weerhoudt haar er echter niet van om voor zichzelf te blij-
ven rijden. Welke aspecten zijn volgens haar belangrijk in dit
werk? De volgende keer blijven we in de springhoek. Het
woord is dan aan internationaal springruiter Bart Bles.
De Kettingbrief
Teus van den Brink – Megan Laseur – Bart Bles
FO
TO
P
AA
RD
EN
KR
AN
T/
M
EL
AN
IE
B
RE
VI
N
K-
VA
N
D
IJK
woensdag 17 maart 2021 | 19KETTINGBRIEF
Ik heb veel kilometers kunnen maken
in Spanje
Ik krijg weleens zo’n leuk aanbod dat ik er echt
wel even goed over na moet denken