Pagina 9 van: Paardenkrant 11 – 2021

vragen over rhinopneumonie
Als een rhino-uitbraak voorkomt kort na het vaccineren zou dat een gevolg kunnen
zijn van stress die ontstaat door het enten. Dan zorgt de stress ervoor dat het virus
in een drager weer actief wordt.
» Kijk het webinar gratis terug op
www.horses.nl/webinarrhino
Wetenschappelijk interessant
Hoe vreselijk de uitbraak van rhinopnuemonie in Valencia ook is, het kan ook
iets opleveren. Deze situatie is namelijk uniek en levert de wetenschap informatie
op die zij op een andere manier niet kan verzamelen. Hoogleraar Inwendige
Ziekten Paard Marianne Sloet: “Het is heel belangrijk dat de FEI de informatie
over het wel of niet gevaccineerd zijn van de paarden en hun eventuele ziekte-
verloop boven tafel krijgt en deelt met onderzoekers. Het gaat om 752 paarden
in Valencia, waarvan een deel wel en een deel niet gevaccineerd was. Hoeveel
paarden van beide groepen hadden koorts, hoeveel kregen er neurologische ver-
schijnselen en hoeveel kwamen er te overlijden? Met deze aantallen levert dit
informatie op waar we echt conclusies uit kunnen trekken over het belang van
vaccineren.” Marianne Sloet heeft bij de FEI aangedrongen op het verzamelen
en openbaar maken van deze gegevens.
woensdag 17 maart 2021 | 9VETERINAIR
volstaan met goed handen wassen en
reinigen van eventueel instrumenta-
rium voor je naar een volgend bedrijf
gaat.
Wanneer er op een bedrijf een uit-
braak van een besmettelijke ziekte
heerst, dient verregaande hygiëne te
worden gehandhaafd, vergelijkbaar
met het betreden van een varkensbe-
drijf. Dus handen wassen, eventueel
douchen (haren!), schone kleren en
schone schoenen/laarzen.
8. Hoe lang overleeft het virus op
kleding en handen? Helpt een ont-
smettingsbak voor schoenen of is
dat overdreven?
Het overleven van virusdeeltjes op
kleding en materialen varieert enorm
en kan volgens literatuurgegevens
variëren van enkele uren tot 35
dagen, al neemt de hoeveelheid virus
binnen enkele dagen al fors af en
hangt het tevens samen met de aard
van de besmette materialen, de om-
gevingstemperatuur, de blootstelling
aan UV (zonlicht), de relatieve voch-
tigheid enzovoorts. Het is vooral be-
langrijk om je te realiseren dat het
virus dus ook indirect overgedragen
kan worden. Verder moet men er ook
aan denken dat desinfecteren alleen
zin heeft na grondige huishoudelijke
reiniging. Desinfectantia werken al-
leen als al het vuil eerst goed is ver-
wijderd. Desinfectiebakken kunnen
een goede toevoeging zijn, maar al-
leen als ze goed schoongehouden
worden en iedereen schoeisel draagt
waarmee men voldoende diep in
zo’n bak kan stappen.
9. Ik heb begrepen dat 50-60 procent
van de paarden (latent) rhino mee-
draagt. Hoe verhoudt zich dat tot
uitbraken? Zijn latente dragers
minder vatbaar? Maakt het niet uit?
We weten dat paarden die in het
bloed antilichamen tegen het equine
herpes virus hebben eerder met het
virus in contact zijn geweest. Het
virus kan zich dan ergens in het li-
chaam (in lymfeknopen, in verspreid
lymfeweefsel, in zenuwknopen of el-
ders) ‘verstopt’ hebben. Dit is bij het
levende dier niet aan te tonen. Dit
virus kan vervolgens, bijvoorbeeld
onder stress-omstandigheden, weer
actief worden. Er zijn geen gegevens
die aantonen of dragers wel of niet
minder vatbaar voor rhinopneumo-
nie zijn.
10. Als paarden al antilichamen
tegen rhinopneumonie hebben,
moet je dan nog enten?
Heel veel paarden zullen wel wat an-
tilichamen tegen rhinopneumonie
hebben, maar het gaat erom dat er
voldoende antilichamen zijn en dat
ook de cel-gebonden afweer vol-
doende op niveau is. Antistoffen zijn
relatief makkelijk te meten, maar
voor veel virusinfecties is er geen
duidelijke relatie tussen antilichaam-
niveaus en bescherming en speelt de
celgebonden afweer (die veel moei-
lijker te meten is) een veel belangrij-
kere rol. Vervolgens hangt wel of
niet ziek worden ook samen met de
infectiedruk (de hoeveel virus die
aanwezig is rond het paard, bijvoor-
beeld door zieke paarden die het
virus uitscheiden). Een gevaccineerd
paard heeft meer antistoffen tegen
het virus en zal dus minder kans
lopen om ziek te worden en als ze
dan wel ziek worden, zijn ze meestal
minder ziek en scheiden dan door-
gaans ook minder virus uit.
11. Zijn er bijwerkingen bekend
van/na het vaccineren? Zo ja
welke en hoe groot is de kans dat
mijn paard daar last van krijgt?
Op dit moment zijn er geen meldin-
gen van ernstige bijwerkingen van
het vaccin van Zoetis of Boehringer.
Echter, iedere injectie geeft de kans
op een reactie. Doorgaans is dit alleen
een lokale reactie (bult) op de plaats
van de injectie en heel, heel soms een
‘anafylactische’ reactie. Denk er aan
dat op dit moment (12 maart, red.) de
vaccins niet leverbaar zijn. Een en-
kele dierenarts heeft nog wat.
12. Ik heb verhalen gehoord van
een rhino-uitbraak na het enten.
Hoe groot is het risico dat dat ge-
beurt?
Equine herpes virus is een virus dat
gewoon in Nederland aanwezig is.
Ook kan een paard drager zijn. De
kans dat het vaccin zelf rhinopneu-
monie veroorzaakt is nihil. De op dit
moment beschikbare rhino-vaccins
zijn namelijk geïnactiveerde vac-
cins, dus daar zit geen levend virus
in. Als er bij het vaccineren van een
hele stal veel stress optreedt kan het
virus in een drager weer actief wor-
den. Bovendien komen er geregeld
uitbraken voor en dus ook wel eens
direct na het vaccineren. Dan was de
uitbraak dus eigenlijk al begonnen
en zaten paarden in de zogenaamde
incubatietijd, de tijd tussen contact
met het virus en de eerste ziekte-
symptomen. De suggestie ontstaat
dan dat de uitbraak door de vaccina-
tie komt, terwijl het vaccin nog niet
eens de kans gehad heeft om zijn
werk te doen. Denk aan de bescher-
ming die pas echt goed optreedt en-
kele weken na de tweede COVID-
19 vaccinatie.
13. Kunnen jullie meer zeggen
over de zin of onzin van vaccine-
ren? Bijvoorbeeld van een 5-jarige
paard dat hoogstwaarschijnlijk al
jaren drager is van het virus?
Vaccineren heeft niet zoveel zin voor
individuele dieren. Als men wil vac-
cineren dan moet dat voor alle paar-
den op een bedrijf. Voor
rhinopneumonie geldt dat een basis-
vaccinatie nodig is van twee injecties
met vier weken er tussen en daarna
iedere zes maanden. Drachtige mer-
ries moeten op de vijfde, zevende en
negende maand van de dracht wor-
den gevaccineerd. Het is dus niet
verstandig per paard te bepalen of
vaccineren wel of niet zinvol is. Dat
geldt precies zo voor influenza. Bij
een ziekte die door muggen wordt
overgebracht zoals westnijlvirus is
vaccineren van individuele dieren
wel zinvol, want die ziekte gaat niet
van dier naar dier.
Verder moet men zich realiseren dat
vaccineren niet beschermt tegen de
neurologische vorm van rhinopneu-
monie. Hoeveel bescherming de vac-
cinatie daar biedt zal hopelijk blijken
uit het onderzoek dat de FEI gaat
doen met alle gegevens uit Valencia.
Dan wordt hopelijk duidelijk of ge-
vaccineerde paarden nu wel of niet
in het voordeel waren (zie kader).
14. Kunnen de experts een voor-
spelling doen van hoe de komende
tijd er uit gaat zien? Hoe lang ver-
wachten jullie dat deze uitbraak
gaat duren en hoe lang zullen we
de gevolgen hiervan merken?
Ook de KNMvD heeft geen glazen
bol. Pas als duidelijk wordt hoe de
infectie onder de springpaarden en
hun stalgenoten zich nu verder ver-
spreidt in de komende weken, kan
gekeken worden wanneer wedstrij-
den in dat segment van de sport
eventueel weer kunnen starten. De
FEI neemt hierover voor de topsport
de beslissingen.
De belangrijkste les die van de uit-
braak in Valencia moet worden ge-
leerd is dat paarden die reizen
dagelijks getemperatuurd moeten
worden (liefst twee keer daags als
onderdeel van de verzorging) en dat
bij geringe verhoging (boven 38,2
oC) een paard direct apart moet wor-
den gezet. Natuurlijk moet men met
een paard met koorts ook niet op pad
gaan.
Op een concours is het raadzaam om alle paarden twee keer daags te tempera-
turen. Bij koorts dient ieder paard direct geïsoleerd te worden.
Wanneer er op een bedrijf een uitbraak van een besmettelijke ziekte heerst,
dient verregaande hygiëne te worden gehandhaafd. Desinfecteren heeft echter
alleen zin na grondige huishoudelijke reiniging.
‘Het is heel belangrijk dat de FEI de informatie
over het wel of niet gevaccineerd zijn van de
paarden en hun eventuele ziekteverloop boven
tafel krijgt en deelt met onderzoekers’
‘Vaccineren heeft niet zoveel zin voor individu-
ele dieren. Als men wil vaccineren dan moet
dat voor alle paarden op een bedrijf’