Pagina 10 van: Paardenkrant 16 – 2021

door Geert Bouius
Mevrouw Roelofje van der Wal
vertelde in 2009, ze was toen 95
jaar, in een interview hoe Frits in
Friesland kwam. “In de oorlog was
er weinig te beleven en richtte een
aantal paardenliefhebbers een rij-
vereniging op. Wij hadden geen
eigen paard en dus ging mijn man
Willem op zoek naar een rijpaard
en kwam tot mijn ontzetting thuis
met een bonte, die ook nog eens
hengst was. Voordeel was wel dat
het een mak paard was. Weliswaar
met tuigpaardgangen, ongeschikt
om onder het zadel te rijden!”
Omdat vrienden en kennissen zei-
den dat Van der Wal Frits moest
uitbrengen op concours, maakte hij
zich het mennen en concoursrijden
eigen. Het duo debuteerde in 1946
op het concours van Oldeberkoop
bij de nieuwelingen en pakte gelijk
de overwinning. Frits was toen al
geen hengst meer want hengsten
mochten destijds niet meedoen aan
wedstijden.
Veel uitstraling
Als vader van bonte Frits staat Pro-
tector te boek. Zijn kleur dankt hij
aan zijn moeder, een dochter van
de bonte Koekoek (Griedel x Ci-
ciero III). De 1,60 m grote Frits
liep voor de venterskar in Gelder-
land toen Willem van der Wal hem
kocht. Hij had van nature veel uit-
straling en wist op concours pre-
cies wat er van hem verwacht
werd. Zodra hij muziek hoorde en
het publiek applaudisseerde,
maakte hij zich een keer zo groot.
Voor die tijd beschikte hij over een
luxe exterieur en een mooi hoofd.
Waar Frits in zijn beginjaren voor-
namelijk regionaal in de Noorde-
lijke provincies werd uitgebracht,
toog Van der Wal in 1948 voor het
eerst naar Utrecht. In de limiet-
klasse met 25 deelnemers versloeg
Frits alles en iedereen. Twee jaar
later, in 1950, was hij al startge-
rechtigd in de open klasse en deed
daar gelijk mee in de top. De con-
currentie bestond in het Noorden
vooral uit Julyna van stal Spijker-
vet uit Steenwijk, Ultramarin van
Velstra uit Marssum, Zadonis van
Berghuis uit Leegkerk en grootheid
Gelrus van Hemmes uit Gronin-
gen. Op de wedstrijden in Midden-
Nederland kwamen daar Zampa
van Stehouwer uit Dubbeldam en
Jancko van Van der Touw uit Den
Haag bij. In de strijd om het Neder-
lands kampioenschap in Zwolle
werd Frits vijfde, achter Zampa,
Gelrus, Jancko en Pandoer van
Cees Damen.
Pas in juli
Overigens kwamen Van der Wal en
Frits altijd pas in juli voor het eerst
op concours. Dit vanwege de
werkzaamheden die Van der Wal
eerst te doen had. Hij was namelijk
landbouwsmid en had het tot juli
heel druk met reparaties van hooi-
bouwmachines die in de hooi-
maand juli ingezet moesten
worden. Alleen wanneer het kam-
pioenschap vroeg in het seizoen
was, moest Frits zodoende wel-
eens verstek laten gaan.
Twee keer overrijden
In 1952 werd het kampioenschap
eenspannen verreden op het feest
van het Gronings Ontzet op 28 au-
gustus in het Stadspark. De favo-
rieten voor de titel waren Hemmes
met Gelrus, Mellema met Pet van
Beerta, Van der Touw met Jancko,
Westendorp met Waldo en Ebert,
eveneens van stal Hemmes. Bonte
Frits had tot dan toe nog niet veel
laten zien en was volgens velen
geen titelkandidaat. Toch werden
Willem van der Wal en Frits kam-
pioen. Frits was volgens de aanwe-
zige pers heel best, ging perfect in
de voorhand, alleen zijn orenspel
was zuur. In de voorlopige opstel-
ling stond Piet van Beerta voorop
en Frits tweede. De eerste vijf
reden een standshow voor de volle
tribunes, waarbij het publiek dui-
delijk voorkeur had voor Frits.
Toch stond hij weer tweede achter
Piet van Beerta waarna de jury nog
steeds verdeeld was en de eerste
twee nogmaals in actie wilde zien.
Waar Piet van Beerta’s energie op
was, werd Frits alleen maar beter,
maakte geen enkele misstap en
bleef constant in een mooie stel-
ling. Onder een orkaan van applaus
besliste de arbiter dat bonte Frits de
nieuwe kampioen was.
De daaropvolgende jaren liep Frits
altijd mee in de kopgroep en pakte
regelmatig een overwinning mee.
Wel kwamen er steeds meer jonge
en betere tuigpaarden de open
klasse versterken en nam de oudere
garde afscheid. Het deerde de erva-
ren Frits niet. Het leek of er geen
sleet in zijn bewegingen en energie
kwam.
Zuiver en regelmatig
In het kampioenschap van 1953
werd hij vijfde, in 1954 en 1955
derde. Het seizoen van 1956 begon
voor Frits pas op 11 juli in Heeren-
veen, waar hij gelijk derde werd.
Het nationale kampioenschap werd
op 1 september in Kampen verre-
den en Frits ging daar als een klok.
Volgens de media was Frits zeer
zuiver en regelmatig in zijn bewe-
gingen. Melvira van Platvoet had
haar dag niet en ook Robin van As-
sink was niet goed genoeg. Bento
van Schraauwen, Kurassier van
Mellema, Hendrik E van Offringa
en Goudfazant van Westendorp
waren geen favorieten. Na de eer-
ste omloop liet de jury alle negen
deelnemers desondanks overrijden
om tot de juiste kopgroep te
komen. J.W. van Dijk met Alfred,
P. van der Touw met Jancko en
Willem van der Wal met Frits
moesten uiteindelijk uitmaken wie
kampioen moest worden. In de
alles beslissende finale werd Alfred
te snel gereden waardoor hij te veel
foutjes maakte. Jancko ging als
nooit tevoren, maar de beide jury-
leden gingen voor Alfred en Frits,
waardoor de arbiter de keuze
mocht maken en terecht koos voor
Frits. Frits kwam het beste tot zijn
recht als hij volledig ontspannen
was. Hij liep dan feitelijk helemaal
op eigen benen.
Laatste overwinning
De seizoenen daarna bleef Frits
meedoen met de besten en kon hij
mede dankzij zijn uitstraling mak-
kelijk meekomen met de jonge
garde. Hij won elk jaar wel één of
twee wedstrijden en eindigde vaak
top drie. Hoewel hij de laatste jaren
steeds minder wedstrijden liep,
bleef hij de lieveling van het pu-
bliek.
Zijn laatste overwinning behaalde
hij in 1966 in Groningen waar hij
de open klasse voor niet kampi-
oensgerechtigde paarden won.
Frits werd zowel door mevrouw
Van der Wal als dochter Goukje in
het damesnummer gereden en
samen met zijn zoon Freddy
vormde hij een opvallend twee-
span.
Entertainer
Willem van der Wal had ook een
passie voor het circus en vrijheids-
dressuur. Zodoende leerde hij Frits
ook allerhande kunstjes. Frits kon
op een ton staan, steigerde op com-
mando en kon een zakdoek opha-
len. Hij werd een soort entertainer,
want als er visite kwam, maakte
Frits steevast een rondje door de
keuken. Ook ging Van der Wal met
hem naar bruiloften en partijen om
de feestvreugde te verhogen.
Afscheid
In 1967 namen Willem van der Wal
en de 25-jarige Frits onder een da-
verend applaus van het publiek af-
scheid op Indoor Friesland. Frits
was meer dan twintig jaar een sie-
raad op de concoursen geweest.
Man en paard mochten nog drie
jaar van hun pensioen genieten.
Eerst overleed Frits en een half jaar
later volgde Van der Wal.
Terug in de tijd: sieraad bonte Frits
MUNNEKEBUREN – Bonte
Frits, een grootheid uit de ge-
schiedenis van de tuigpaar-
densport, werd geboren in
1942 en genoot van 1946 tot en
met 1967 nationale bekend-
heid. Eigenlijk leeft bonte Frits
nu nog steeds voort, velen van
de huidige tuigpaardgeneratie
weten namelijk wie hij was.
Samen met zijn eigenaar, de
hoefsmid Willem van der Wal
uit het Friese dorpje Munne-
keburen ten zuidwesten van
Wolvega, vormde bonte Frits
een twee-eenheid tot de dood
hen scheidde. De zwartbonte
Frits was destijds niet alleen
een opvallende verschijning in
het dorp, maar ook op de con-
coursvelden was hij al heel
snel de lieveling van het pu-
bliek.
woensdag 21 april 2021 | 10UIT DE OUDE DOOS
‘Frits werd een soort entertainer, als er visite
kwam maakte hij steevast een rondje door de
keuken’
Als outsiders wonnen Frits en Willem van der Wal in 1952 het kampioenschap eenspannen, dat verreden werd op het
feest van het Gronings Ontzet. Mevrouw Van der Wal nam in de ereronde plaats op de wagen en hield de gewonnen Mar-
tinitoren omhoog.
Bonte Frits kon zich tot op hoge leeftijd meten met de jongere garde.