Pagina 21 van: Paardenkrant 16 – 2022

door Mirjam Hommes
In november 2021 besloot de le-
denraad van het Koninklijk Friesch
Paarden Stamboek (KFPS) dat ‘ge-
zondheid’ voortaan bovenaan zou
staan in het fokdoel. Vóór karak-
ter, exterieur en sport. Achtergrond
van deze wijziging zijn de aanhou-
dende zorgen die er bestaan over
erfelijke gebreken binnen het ras
en de soms matige duurzaamheid
van de paarden.
Registratie ontbreekt
Het stamboek weet niet precies hoe
groot de problemen onder de Friese
paarden zijn. Er is geen registratie
van erfelijke aandoeningen en de
sterftecijfers zijn niet compleet.
Ook doodsoorzaken worden niet
doorgegeven. In het KFPS online
fokkerscafé, eind maart, zei de
kersverse voorzitter van de Fok-
kerijraad Tjitze Bouma: “Eigen-
lijk weten we nog veel te weinig
over onze paarden. Als paarden
zijn overleden, dan willen we ook
graag de reden weten. Niet om daar
narigheid over te publiceren, maar
omdat je data wilt hebben. Dan kan
je bijvoorbeeld zien welke lijnen
gemiddeld ouder worden.”
Wegmoffelen
Ook van ziekten in de populatie is
geen overzicht. De indruk bestaat
dat een waterhoofd en dwerggroei
weinig meer voorkomen sinds het
gebruik van de gentesten, maar nie-
mand weet dat zeker. Jarenlang be-
stond er een cultuur van wegmoffe-
len en onder de pet houden binnen
het stamboek, waarbij er alleen
gefluisterd werd over gezondheids-
problemen. Inmiddels lijkt de wind
te draaien. Fokker en voormalig
hengstenkeuringsjurylid Bauke de
Boer is een groot voorstander van
registratie en openheid: “Je moet in
kaart brengen welke lijntjes duur-
zaam zijn en welke zo omvallen.
Natuurlijk moet je in de fokkerij
ook een beetje geluk hebben, maar
ik hoor te veel kommer en kwel.
Wij moeten er met zijn allen voor
zorgen dat je een gezond paard gaat
fokken, dat is een plicht.”
Bindweefselproblematiek
Bindweefselaandoeningen vormen
nu de grootste uitdaging bij Friese
paarden, zo vertellen dierenart-
sen, fokkers en genetici. Marco de
Bruijn, internist bij dierenkliniek
Wolvega: “Ik verzamel sinds jaar
en dag de gevallen van aortaruptuur
die ik tegenkom. Datzelfde geldt
voor slokdarmverwijding. We wer-
ken samen met Universiteit Gent,
Universiteit Utrecht, WUR en de
Universiteit van Kentucky aan ge-
netisch onderzoek naar Friese paar-
den. Sinds een paar jaar zie ik ook
regelmatig maagledigingsproble-
men. De maag rekt dan uit tot het
punt waarop hij zich niet meer kan
ledigen. Dat leidt tot verstopping
of een blokkade van de maag, en
soms zelfs tot een maagruptuur.”
Het onderzoek naar de bindweef-
selproblematiek bij Friezen vindt
momenteel plaats onder de para-
plu van de Amerikaanse Fenway
Foundation. Voormalig KFPS-
stamboekdirecteur en geneticus
Ids Hellinga is daar wetenschap-
pelijk adviseur. Hellinga: “Op dit
moment richten we ons helemaal
op het onderzoek naar slokdarm-
verwijding. Het is een toenemend
probleem, aortabreuken lijken
wat minder vaak voor te komen.
In het verleden hebben we in Ne-
derland en België al onderzoek
gedaan, maar dat liep op niks uit.
De fenotypering is lastig: je ziet
niet altijd dat een paard aan deze
aandoening lijdt. Soms komt het
pas op latere leeftijd naar boven,
we hadden laatst bijvoorbeeld een
achttienjarige merrie die al twaalf
veulens had gehad. Dat is ook het
gevaarlijke van deze aandoening,
lijders kunnen in een extreem
geval zelfs fokhengst zijn. Dit pro-
bleem is mogelijk nog groter dan
eerdere genetische aandoeningen
bij het Friese paard.” Hellinga is
wel voorzichtig optimistisch over
het ontwikkelen van een test: “Ik
heb vroeger wel eens gedacht dat
dit een onoplosbare sudoku was,
maar elke keer als we een familie
toevoegen aan het onderzoek, zien
we dat we dichterbij een oplossing
komen. Ik denk dat we een gentest
voor slokdarmverwijding kunnen
ontwikkelen, maar kan geen uit-
spraak doen over wanneer dat zal
zijn.”
Oplossingsrichtingen
Inmiddels wordt er ook volop na-
gedacht en gediscussieerd over de
mogelijke oplossingen om inteelt-
toename te beperken en zo gezond-
heidsproblemen in te dammen.
Hoe voorkom je in een gesloten
populatie dat de inteelt te veel en te
snel toeneemt? In de loop der jaren
zijn al vele instrumenten voorge-
steld door de wetenschap, maar
die zijn lang niet allemaal ter hand
genomen door het stamboek. Deels
doordat men een ‘andere visie’ had
en deels omdat de geesten nog niet
rijp waren. In het Friese stamboek
is het gebruikelijk dat de jongste
generatie dekhengsten en de keu-
ringskampioenen de beste merries
krijgen en het balboekje helemaal
vol hebben. Er wordt door veel
fokkers goed gekeken naar fok-
waarden voor ras en beweging.
Dat betekent dat minder verwante
hengsten met wat lagere fokwaar-
den en oudere hengsten die via de
sportroute worden goedgekeurd,
vaak veel minder nakomelingen
krijgen. Laagverwante hengsten
gebruiken is natuurlijk één manier
om de inteelttoename te beperken.
Bij hoogverwante merries is dat
zeker een oplossing. Maar weten-
schappers waarschuwen ook dat
laagverwant fokken alléén, niet
genoeg is.
Breder fokken
Genetici raden aan om de geneti-
sche diversiteit in een gesloten po-
pulatie zoals het Friese stamboek
zo hoog mogelijk houden. Meer en
breder fokken is één van de belang-
rijkste manieren om de genetische
diversiteit te bewaren. Dat is een
uitdaging binnen het KFPS. Er zijn
momenteel wereldwijd zo’n tach-
tig actieve stamboekhengsten. De
invloed die deze dieren hebben op
de gehele populatie, verschilt enorm
per hengst. Ongeveer de helft van
de stamboekhengsten dekt meer dan
vijftig merries per jaar, daartegen-
over dekt een kwart minder dan tien
merries per jaar. Een ruwe schatting
leert dat zo’n 23 stamboekhengsten,
uit slechts vier ‘hengstenfamilies’
(vader- zoons- kleinzoons), op dit
moment de helft van alle Friese
veulens voortbrengen. Strakkere
dekbeperkingen, bijvoorbeeld in
procenten of als levenstotaal, en
het breder aanwijzen van hengsten
lijken daarom op het lijstje met mo-
gelijke oplossingen te komen. Maar
dan moeten merriehouders deze
hengsten wel willen gebruiken.
Verboden woord
Lang was ‘outcross’, oftewel krui-
sen met andere rassen, een verbo-
den woord binnen het KFPS. En
hoewel er nu voorzichtig over ge-
discussieerd wordt, is nog steeds
lang niet iedereen overtuigd van
de noodzaak of voordelen. Een
goed beeld krijgen van de stand
van zaken binnen het ras lijkt velen
de eerste belangrijke stap. Daarna
kan je pas goed zien of drastische
ingrepen nodig zijn. Bart Ducro
van WUR vindt outcross nu nog
voorbarig: “Dat is wat mij betreft
een allerlaatste redmiddel. Het is
niet evident hoe je op succesvolle
wijze vreemd bloed in de populatie
zou moeten brengen. Je kan het al-
leen stelselmatig doen, wanneer je
controle hebt over alle stappen in
het proces. Het moet dan begeleid
worden over meerdere generaties.
En zelfs als het stamboek dit zou
kunnen begeleiden, heb ik mijn
vraagtekens. Je weet niet wat je
meekrijgt aan vervuiling en andere
aandoeningen.” Fokker Bauke de
Boer vreest dat het zonder bloed
van buiten niet lukt: “Uiteindelijk
denk ik dat je niet aan outcross
ontkomt. Maar, dat moet heel voor-
zichtig, dat kan niet iedereen doen
en het dient met beleid vanuit het
stamboek gecoördineerd te wor-
den. Je moet dan de beste merries
daarvoor uitzoeken, die vrij zijn
van genetische aandoeningen. En
niet zomaar lukraak andere hengs-
ten gaan gebruiken, maar met ver-
stand selecteren.” Zicht houden op
de kruisingsproducten is vervol-
gens ook belangrijk. Dat betekent
ook: registreren en testen voordat
je gaat terugkruisen met volle Frie-
zen. Alleen dan kun je met outcross
een kwaliteitsimpuls bereiken.
Longread op Horses.nl
In de KFPS-regiovergaderingen
dit voorjaar zal de discussie over
oplossingsrichtingen los gaan. Op
Horses.nl staat een gratis te lezen
‘longread’ waarin de stand van
zaken binnen het ras uitgebreid
wordt toegelicht door onder meer
genetici, dierenartsen, experts en
fokkers. Met achtergrondinforma-
tie over de belangrijkste begrippen
en genetische aandoeningen. En
een overzicht van de mogelijke op-
lossingsrichtingen.
Dit artikel en de bijbehorende
longread op Horses.nl zijn mede
mogelijk gemaakt door het Steun-
fonds Freelance Journalisten.
FRIEZEN donderdag 21 april 2022 | 21
KFPS aan de slag met gezondheid, inteelt en duurzaamheid
DRACHTEN – Het Friese paard heeft nog wel wat uitdagingen
op het gebied van gezondheid, vruchtbaarheid en duurzaamheid.
Dat hangt samen met de hoge onderlinge verwantschap binnen
het stamboek. Inteelt en genetische aandoeningen blijven een
punt van zorg. In de komende regiovergaderingen zal de fokke-
rijraad van het KFPS daarom nieuwe voorstellen presenteren om
deze problemen aan te pakken. Ook leden kunnen ideeën inbren-
gen. De Paardenkrant/Horses.nl deed een onderzoek.
Laagverwante hengsten gebruiken is natuurlijk één manier om de inteelttoename te beperken. Bij hoogverwante merries is dat
zeker een oplossing. Maar wetenschappers waarschuwen ook dat laagverwant fokken alléén, niet genoeg is. FOTO’S WWW.ARND.NL
In de KFPS-regiovergaderingen dit voorjaar zal de discussie over oplossingsrich-
tingen betreft gezondheid, verwantschap en duurzaamheid los gaan.
De Boer: ‘Wij moeten er met zijn allen voor
zorgen dat je een gezond paard gaat fokken,
dat is een plicht.’