Pagina 23 van: Paardenkrant 23 – 2021

Beste Gilbert,
Wij hebben elkaar leren kennen in
mijn begintijd bij Dressuur- en
Springstal De IJzeren Man. Ik was
twintig jaar. Jij werkte toen als
springruiter voor Stephex Stables.
Dat is ondertussen 27 jaar geleden.
We waren nog jonge broekies. In
die periode zijn we samen de grote
sport ingegaan. We reden vaak op
dezelfde concoursen waardoor we
altijd veel contact met elkaar heb-
ben gehad. Zodoende werden we
goede vrienden. Jij werkte een
twintigtal jaren voor Stephex Sta-
bles en ik werkte zeventien jaar bij
De IJzeren Man. Daarna zijn we
ieder zelfstandig onze eigen weg
ingeslagen. Jij vooral in de handel
en de sport. Ik in de sport, de trai-
ning en het management.
Verschillende springpaarden
In jouw brief haal jij de recente
groei van de Belgische fokkerij
van topspringpaarden aan. Ik vind
dat die ontwikkeling ook een kant-
tekening heeft. We moeten niet al-
leen maar fokken voor het hoogst
haalbare. Dat wil zeggen: het
Olympiade- en kampioenschaps-
paard. Wat ik zelf zie in mijn be-
drijf is dat ik verschillende leerlin-
gen train op verschillende niveaus
(van amateurs tot aan ruiters die op
het hoogste niveau rijden). Daar
blijf je altijd verschillende spring-
paarden voor nodig hebben. Na-
tuurlijk zoekt iedereen naar het ul-
tieme springpaard. Maar de aller-
belangrijkste eigenschappen zijn:
het vermogen, de instelling en de
rijkwaliteiten. Zeker voor ama-
teurs.
Ik wil ook inhaken op datgene wat
jij zegt over ruiters die begeleid
worden, want dat is inderdaad iets
wat zich de laatste jaren enorm
heeft ontwikkeld. Ruiters gaan niet
meer één keer in de week naar een
trainer voor een lesje. Ze kiezen
steeds meer voor een totaalpakket.
Dat wil zeggen dat ruiters met hun
paarden bij een trainer op stal gaan
staan omdat hij hen dan dagelijks
ziet.
De trainer kan veel beter zeggen
welk paard bij welke ruiter past.
Juist omdat ze samen naar bepaalde
doelen werken. Voor iedere ruiter is
dat doel verschillend. Sommige rui-
ters willen landenwedstrijden en
grote kampioenschappen rijden en
sommige ruiters zijn ook tevreden
als ze op lager niveau rijden. We
hebben de fokkerij hierbij nodig
omdat er zoveel verschillende paar-
den nodig zijn.
Niet alleen de topruiters hebben
toppaarden nodig. Er is een enorm
grote afzetmarkt. Jij schrijft zelf dat
tachtig procent van het deelnemers-
veld uit amateurs bestaat en die rui-
ters moeten ook goed bediend wor-
den met paarden. Iedere ruiter heeft
een andere definitie voor een top-
paard. Een toppaard kan ook iets
betekenen voor iemand die 1,30 m.
of 1,40 m. rijdt en iedere week fout-
loos is. Het wil niet zeggen dat een
paard dat heel goed springt en ver-
mogen en rijkwaliteiten heeft, per
se 1,60 m. moet springen. Het
hangt dus ook af van de klant.
Met meer kwaliteit werken
Doordat in ieder geval steeds meer
mensen inzien hoezeer ze dat hele
pakket van begeleiding nodig heb-
ben, kun je als trainer inderdaad
met meer kwaliteit gaan werken.
Geduld is natuurlijk heel belangrijk
in dat traject, zeker met toppaarden.
Ruiters worden steeds meer in alles
begeleid. Je gaat samen naar con-
coursen, maakt samen de planning
en ondersteunt ook bij de veteri-
naire kant.
Wat dat betreft zijn amateurs, en dat
is ook wat jij zegt, niet meer ama-
teurruiters die een paardje hebben
en één keer in de twee weken op
concours gaan. In principe zijn het
toch allemaal semi-professionals.
Daarnaast heb ik ook leerlingen die
hobbymatig rijden en een bedrijf
hebben in iets heel anders. Ze zijn
hier drie weken op stal aanwezig en
dan weer vier weken niet. In de tijd
dat deze ruiters hier niet zijn, wor-
den hun paarden gewoon doorge-
traind. Ik heb een ruiter op stal die
de paarden mee kan nemen op wed-
strijd, zodoende blijven ze zich ge-
woon ontwikkelen en behouden ze
ook hun vorm. Door dit systeem
kan ik ook veel meer met betere
paarden werken met meer kwaliteit.
Ik praat dan niet alleen over het
Belgische topspringpaard, maar
ook over het Nederlandse top-
springpaard.
De sport heeft zich enorm ontwik-
keld. Het is veel sneller geworden
omdat de parcoursbouwers niet al-
leen maar hoger en hoger kunnen
bouwen. De parcoursen op de grote
concoursen worden steeds techni-
scher. Het materiaal is lichter ge-
worden en de toegestane tijd is kor-
ter omdat er steeds meer moderne,
hoog in het bloed staande kwali-
teitspaarden bijkomen.
Systeem
We kunnen het allemaal mooier
maken dan het is, maar niet ieder
paard past bij iedere ruiter. Dat
geldt voor ieder niveau, op ama-
teurniveau en ook topniveau. Iedere
ruiter heeft toch een beetje de voor-
keur voor een bepaald paard.
Daarom is het zo belangrijk dat
men de juiste paarden bij de juiste
ruiters krijgt. Het is niet zozeer dat
een toppaard een toppaard is waar
iedere topruiter op kan rijden. Het
moet gewoon een heel goede match
zijn. We moeten niet alleen maar
aandacht hebben voor de topkwali-
teiten op de sprong. De rijkwaliteit,
het comfortabel kunnen rijden,
maakt een paard ook goed.
De sport is veel breder geworden.
Als je ziet hoeveel ruiters en hoeveel
concoursen er normaal gesproken
iedere week zijn en hoeveel semi-
professionals die parcoursen eigen-
lijk al foutloos kunnen afleggen. Dat
komt door het hele systeem met
goede trainers en goede paarden.
In mijn geval zie ik dat positief
want ik rij elke dag nog. Als ruiters
zeggen dat het anders aanvoelt dan
het eruitziet, kan ik zelf op het
paard gaan zitten. Problemen die
ontstaan kunnen sneller worden ge-
analyseerd en worden opgelost. Je
kunt veel korter op de bal spelen.
Ook voor topruiters is het fijn om
iemand op de grond te hebben staan
die input kan geven. Je hoeft ie-
mand die al op vijfsterrenniveau
rijdt echt niet te leren paardrijden,
maar juist de kleine details nog een
keer aanwijzen.
CHIO Rotterdam
We hebben allemaal een extreem
anderhalf jaar achter de rug. Ik
hoop dat alles een beetje de goede
kant opgaat. We moeten niet alleen
maar negatief kijken naar het hele
COVID-verhaal, we moeten ook de
positieve kant bekijken. Omdat er
niet veel concoursen waren, hebben
we thuis meer aan de basis kunnen
werken en konden we meer op de-
tails ingaan. Die lange concours-
pauze is zowel voor ruiter als paard
goed geweest.
Als sportdirecteur van CHIO Rot-
terdam zie ik hoe hard de ruiters
eraan moeten trekken. Het is een
moeilijke tijd geweest. Maar uit-
eindelijk is er heel grote, sterke
groep mensen die zich inzet voor
de sport. We moeten met z’n allen
verder en naar de toekomst kijken.
Vorig jaar ging CHIO Rotterdam
niet door. Gelukkig dit jaar wel, he-
laas door zonder publiek, want het
is een heel belangrijk meetmoment
voor de meeste bondscoaches. De
deadline voor de inschrijving voor
de Olympische Spelen is direct op
maandag na CHIO. Ik ben heel blij
en heel trots dat wij het als organi-
satie voor elkaar hebben weten te
krijgen om dit jaar toch een evene-
ment neer te zetten. Dat is super
voor de sport.
Ik geef de pen door aan springruiter
Timothy Hendrix. We kennen el-
kaar goed. Vroeger trainde hij bij
mij, waarna hij zich meer is gaan
toeleggen op stal Hendrix in
Baarlo, met name op het gebied van
handel en training. We doen ook
samen met de hele familie de vei-
ling Dutch Sport Horse Sales.
De definitie ‘toppaard’ is voor elke ruiter anders
Beste Timothy,
Je bent steeds meer het grote bedrijf van jouw vader en oom
aan het overnemen. Ik zou wel willen weten hoe jij die over-
gang ervaart. En hoe zie jij in de toekomst de combinatie van
handel en training?
Met vriendelijke groet,
Yves Houtackers
De Kettingbrief is terechtgekomen bij springruiter en trainer
Yves Houtackers uit Weert. Volgens de Belgische paardenhan-
delaar en springruiter Gilbert De Roock is hij de aangewezen
persoon om zijn betoog van afgelopen week te ondersteunen.
Als trainer kan Yves Houtackers toelichten of die scherpe Bel-
gische topspringpaarden ook in goede handen zullen zijn bij
de (amateur)ruiters waaraan hij lesgeeft. Is Houtackers, net
zoals De Roock, positief over het toekomstperspectief van de
Belgische toppaarden? In de volgende editie blijft de Ketting-
brief in de provincie Limburg. Dan neemt springruiter Timo-
thy Hendrix uit Baarlo de pen ter hand.
De Kettingbrief
Gilbert De Roock – Yves Houtackers – Timothy Hendrix
FO
TO
W
W
W
.D
IG
IS
H
OT
S.
N
L
woensdag 9 juni 2021 | 23KETTINGBRIEF
Ruiters gaan niet meer één keer in de week
naar een trainer voor een lesje
Ook voor topruiters is het fijn om iemand op de
grond te hebben staan die input kan geven