Pagina 4 van: Paardenkrant 25 – 2021

door Esther Berendsen
De pilot flexspringen is de meest
opvallende vernieuwing die op sta-
pel staat. Op flexwedstrijden, die
georganiseerd worden vanaf het
moment dat de overheid dat weer
toestaat, bepaalt een ruiter of ama-
zone zelf in welke klasse hij of zij
een paard start. Punten worden niet
geregistreerd, wel zijn er prijzen te
verdienen. Deelname is mogelijk
met een startpas flex waarbij alleen
voor de eerste Startpas Flex 75 euro
betaald wordt. Daarna kan een rui-
ter, gedurende de pilot, gratis en on-
beperkt Startpassen Flex aanvra-
gen. Daarbij komt een afdracht van
1,50 euro per start. Starten met een
gewone startpas kan ook, dan zijn
er geen bijkomende kosten per
start.
Een vraag die ongetwijfeld bij
veel mensen leeft als ze over deze
pilot lezen: is het wel eerlijk? Een
1,40 m.-combinatie kan nu star-
ten in de L en daar de eerste prijs
pakken.
“Dat zou inderdaad kunnen. De
pilot flexwedstrijden moet gezien
worden als een extra wedstrijdvorm
onder de vlag van de KNHS. Als je
inschrijft voor een flexwedstrijd
dan weet je dat je in een rubriek
combinaties tegen kunt komen die
wellicht regulier hoger starten. Wil
je dit niet, dan kies je niet voor dit
type wedstrijd. De intentie is vooral
om (semi)professionals de moge-
lijkheid te bieden om paarden te
starten zoals zij dat graag willen.
Dus een paard dat maar kort op stal
staat, iemand die een paard een
keer uit wil proberen, of een ruiter
die een concoursfilmpje van een
paard nodig heeft voor de handel
kan zo heel laagdrempelig meerij-
den. Op de Peelbergen en in Asten
gebeurt dit nu ook al; daar mogen
ruiters ook zelf kiezen op welke
hoogte zij inschrijven en daar be-
valt dat heel goed. Op de reguliere
KNHS-wedstrijden starten deze
ruiters nu vaak hors concours, bij-
voorbeeld omdat ze geen B meer
mogen rijden of een keer lager of
hoger willen starten zonder gevol-
gen voor hun startgerechtigdheid.
Nu verlagen we de drempel voor
registratie, waardoor we beter in
beeld krijgen wie wanneer start.
Maar het is een pilot en die organi-
seren we omdat we in de praktijk
willen ontdekken hoe dit verloopt.
Als blijkt dat het niet goed werkt
kunnen we aanpassingen doorvoe-
ren of besluiten om er helemaal niet
mee door te gaan.”
De KNHS wil deze ruiters graag
binnenhalen en -houden. Is dat
alleen vanwege het geld dat zij
opleveren?
“Zeker niet. Door corona hebben
we weer gemerkt hoe belangrijk het
is dat we als sportbond kunnen aan-
tonen hoe groot het maatschappe-
lijk belang van onze sport is. Door
dat aan te tonen kregen we corona-
steun en werd het mogelijk om be-
paalde onderdelen – verzorging,
lessen, stamboekbijeenkomsten en
internationale wedstrijden – wel
door te laten gaan toen verder bijna
alles stillag. Daarvoor is het wel
van belang om een bepaalde om-
vang te hebben; hoe kleiner het
cluppie, hoe minder maatschappe-
lijk en economisch belang. Daarom
is het belangrijk om te weten hoe-
veel actieve wedstrijdruiters en
-paarden we hebben en zo veel mo-
gelijk ruiters aangehaakt te hou-
den.”
Jullie onderzoeken ook of de
startpas goedkoper kan worden?
“Dat nemen we inderdaad mee in
deze pilot. Leden ervaren de start-
pas al als duur, maar zeker nu ze er
minder mee konden vanwege de
coronamaatregelen was er veel
commentaar op. De pilot flexsprin-
gen biedt een goede gelegenheid
om te onderzoeken of het mogelijk
is om de basisprijs van de startpas
te verlagen en een betaling per start
te hanteren. Dan werken we meer
volgens het principe ‘de gebruiker
betaalt’ en dat voelt eerlijker. Wie
meer start, maakt namelijk ook
meer gebruik van de infrastructuur,
de officials, et cetera.”
Resultaten worden niet bijgehou-
den en opvragen is dus ook niet
mogelijk. Waarom niet? Jullie
houden wel alles bij in verband
met de afdracht, dus dan is het
bijhouden van de resultaten toch
ook mogelijk?
“Dat is zeker mogelijk. We doen
dat niet omdat dit de wens vanuit
het veld is; er is behoefte om vrij-
blijvend in een hogere of lagere
klasse te starten zonder dat dit
wordt bijgehouden. De start/deel-
name wordt overigens niet alleen
geregistreerd voor de afdracht,
maar ook om veiligheid en dieren-
welzijn te kunnen waarborgen. We
controleren namelijk wel op mini-
mumleeftijd van paard/ruiter, het
maximum aantal starts per dag van
een paard, de benodigde dressuur-
klassering en de bepalingen voor
het starten met een hengst.”
Maar toch: hoe zit het met wel-
zijn? Een professional weet wel-
licht wel wat verantwoord is,
maar ook amateurs mogen hier-
aan meedoen en voor hen geldt
dat misschien niet. En dan kan ie-
mand uit het niks M starten en
daarmee zijn of haar paard in de
problemen brengen.”
“Ook dat zou in theorie kunnen.
Om dan in te kunnen grijpen heb-
ben we een nieuwe regel ingevoerd:
bij het behalen van zestien straf-
punten in de wedstrijdring volgt
uitsluiting. Daarnaast zijn er, net als
op ‘normale’ wedstrijden, officials
van de KNHS aanwezig. Hun rol
wordt bij deze wedstrijden nog be-
langrijker; als ze misstanden signa-
leren moeten en mogen zij ingrij-
pen.”
Is de startpas straks overbodig,
als iedereen enthousiast is over
flexspringen?
“Dat denk ik niet. Want een flex-
wedstrijd is enkel een extra
wedstrijdvorm naast de reguliere
wedstrijdvormen. Reguliere wed-
strijden blijven van belang voor de
opleiding van paard en ruiter. Flex-
wedstrijden tellen niet mee voor
sportstanden, competities, selecties,
kampioenschappen en uitzending
naar internationale wedstrijden.”
Deze pilot is met name gericht op
professionals. Doen jullie ook iets
voor de amateurs?
“Voor de duidelijkheid: iedereen
mag meedoen aan flexwedstrijden.
We hebben geen officieel onder-
scheid tussen professionals en ama-
teurs en dat is ook heel lastig te
maken. Maar in de praktijk merken
we wel dat er verschillende doel-
groepen zijn met verschillende be-
hoeften, en die proberen we op
deze manier beter te bedienen. Voor
de meer hobbymatige ruiters den-
ken we na over een lagere instap-
mogelijkheid bij het springen. Voor
een deel van de ruiters is de klasse
B al best veel gevraagd. We zien
dat het aantal springruiters af-
neemt.”
Wat doen jullie voor dressuurrui-
ters?
“Voor de groep dressuurruiters die
niet direct rijdt voor de prijzen
maar wel wil weten waar hij of zij
staat, gaan we door met de pilot
meetmomenten. Die is er trouwens
ook in het springen. De meetmo-
menten hebben we door corona na-
tuurlijk uitgebreid ontdekt omdat
wedstrijden niet toegestaan waren,
maar we willen onderzoeken of
deze vorm ook bestaansrecht heeft
naast de wedstrijden. Echt voor de
ruiter die voor zichzelf rijdt, die wil
weten wat de jury ervan vindt en
benieuwd is of zijn of haar prestatie
een winstpunt waard is. En geen zin
heeft om een paar uur te wachten
op de prijsuitreiking. Daarnaast zijn
er absoluut competitieve dressuur-
ruiters, die zichzelf willen meten
met anderen en gaan voor de winst.
Daarvoor zijn de reguliere wedstrij-
den onmisbaar.”
Uiteindelijk worden we hier dus
allemaal beter van?
“Dat is wel de bedoeling. In ieder
geval is doelgroepgericht aanbod
de rode draad in de veranderingen
die we doorvoeren. Er zijn best
grote verschillen tussen verschil-
lende groepen wedstrijdruiters en
die hopen we met deze wijzigingen
beter te bedienen.”
Flexibel springen bij de KNHS: (hoe) werkt dat?
Ook onderzoek naar ‘gebruiker betaalt’ bij reguliere startpas
ERMELO – Nog een paar dagen geduld en dan zijn sportwed-
strijden weer toegestaan. Een goed moment om de vernieuwingen
in de wedstrijdsport die de KNHS de afgelopen periode heeft
voorbereid eens nader te bekijken. Gerard Arkema, manager
Wedstrijdsport KNHS, beantwoordt onze vragen.
Om in aanmerking
te komen voor
kampioenschappen
zoals de Hippiade
of internationale
wedstrijden zijn
‘normale’ wedstrij-
den nog steeds on-
misbaar. Op de foto
Beau Schuttelaar
met Caretino, Hippi-
ade-winnaars in de
klasse ZZ in 2017.
FOTO PAARDENKRANT / MELA-
NIE BREVINK-VAN DIJK
Kernwoord van de vernieuwingen in de wedstrijdsport is doelgroepgericht, aldus
Gerard Arkema, manager Wedstrijdsport bij de KNHS. “Verschillende groepen
wedstrijdruiters hebben uiteenlopende behoeften en die proberen we beter te
bedienen.”
Pilot flexspringen
Dertien organisaties zijn benaderd om deel te nemen aan de pilot flexwedstrijden,
die loopt van het moment dat wedstrijden weer zijn toegestaan tot en met ten-
minste 31 oktober. Dat zijn: Tolbert, Exloo, Dalerveen, Wierden, Haaksbergen, Bun-
schoten, Nijkerk, Soest, Lichtenvoorde, Asten, Merselo, Kronenberg en Montfort.
Het merendeel van de organisatoren heeft toegezegd deel te willen nemen aan
de pilot, twee organisatoren hebben inmiddels het aanvraagformulier voor de
pilot ingediend. Met deze organisatoren is de KNHS al langer in gesprek, zodat
zij input hebben kunnen geven voor de start van de pilot. Het is de bedoeling
dat op deze plekken meerdere flexwedstrijden georganiseerd worden. Een flex-
wedstrijd mag gecombineerd worden met een cat. 1, 2 of 3 wedstrijd, maar wordt
wel in een afzonderlijk vraagprogramma aangevraagd bij de KNHS.
woensdag 23 juni 2021 | 4SPORT