Pagina 6 van: Paardenkrant 32 – 2021

door Arnout Coppieters
De Olympische Spelen zijn nog
maar net afgelopen of het volgende
hoogtepunt voor de paardensport-
liefhebber staat voor de deur: de na-
tionale kampioenschappen voor
jonge springpaarden. De Blom Cup
vindt deze week plaats en in België
is het Belgisch Kampioenschap in
Gesves al jaren prominent aanwe-
zig op de kalender midden augus-
tus. Het wordt gevolgd door het
WK in Lanaken, gewoontegetrouw
ergens eind september.
Te moeilijk?
Het voorbereidingstraject en de se-
lecties voor de kampioenschappen
zijn natuurlijk al enkele weken,
maanden of zelfs jaren aan de gang.
Het is dan ook de bedoeling om al-
leen de meest beloftevolle jonge
paarden aan de start te krijgen. Die
selectie mag evenwel niet ten koste
gaan van de ontwikkeling van de
jonge paarden. Het is in dat ver-
band dat er begin juli de nodige
ophef opstond. De STX Cyclus,
een regelmatigheidscriterium voor
jonge paarden dat veelal dienst doet
als de klassieke manier om jonge
paarden voor te bereiden op het
Belgisch Kampioenschap, kwam in
het oog van een kleine storm te-
recht door de moeilijkheidsgraad
van een van de manches voor vijf-
jarigen. In Wuustwezel hadden im-
mers slechts 75 vijfjarigen een
foutloze omloop kunnen realiseren
in een veld van 432 starters.
Persbericht
Het voorval veroorzaakte heel wat
ophef, bij de aanwezigen en uiter-
aard ook achteraf op sociale media.
“Te zwaar en nadelig voor de ont-
wikkeling van het jonge spring-
paard”, oordeelden velen. Het
noopte Paardensport Vlaanderen
als inrichtende federatie om snel
met een reactie te komen. “Het
voorbije weekend werd de vierde
manche georganiseerd van de STX
Cyclus. JV Horses zorgde voor een
mooie organisatie met een grote
uitnodigende piste voor de jonge
paarden. Het was snel duidelijk dat
de proef voor de vijfjarigen (te)
moeilijk was. “Het is onmogelijk
om tijdens een aan de gang zijnde
proef de moeilijkheidsgraad te gaan
bijsturen. Ook wij als springcom-
missie zijn uiteraard niet blind voor
de problematiek en de impact van
deze situatie. We zijn er ons terdege
van bewust, maar kunnen de klok
niet terugdraaien”, klonk het in een
persbericht.
Opleidingstraject
In het bericht werd ook dieper in-
gegaan op de impact van dergelijke
parcoursen op de jonge paarden.
“Ook al wordt de STX Cyclus ge-
bruikt als middel om een selectie te
maken voor het BK, het blijft de
prioriteit van de STX Cyclus om
jonge paarden voor te bereiden
voor het grotere werk. Het is en
blijft de bedoeling om paarden te
maken, niet om ze te kraken. De
springcommissie is zich bewust
van de uitdagingen gezien de coro-
naperikelen en de eraan gekoppelde
beperkingen in het leertraject van
de jonge paarden. We blijven dit
niet alleen van dichtbij opvolgen de
komende weken, maar zullen ook
in dialoog gaan met verschillende
actoren om naar de toekomst toe de
STX Cyclus als ideaal opleidings-
traject te behouden.”
Niet buitenproportioneel
Heel wat stof om over na te kaarten
dus, al moeten we er volgens Wal-
ter Lelie, specialist jonge paarden
en frequent deelnemer aan de Cy-
clus, en Frederik Dekens, hengsten-
houder, fokker en opleider van
jonge paarden, ook niet meer van
maken dan nodig. “Het is mis-
schien niet het meest populaire
standpunt, maar ik denk dat mensen
soms zelf hun eigen capaciteiten en
die van hun paard een beetje over-
schatten. Vroeger was het eenvou-
dig op de (regionale) wedstrijden.
Je moest voldoende punten halen
op een bepaald niveau voor je naar
hoger niveau kon. Nu is dat niet
meer het geval en kunnen mensen
gewoon inschrijven voor de proef
waarin ze willen starten. In Wuust-
wezel stond een stevige manche,
maar ik vond het eigenlijk zeker
niet buitenproportioneel. Ik heb
ook niet het gevoel dat er steeds
meer wordt gevraagd van de jonge
paarden”, aldus Walter Lelie.
Opbouwen richting
kampioenschappen
Het is een visie waar Frederik De-
kens zich bij aansluit. “Het was
zeker een van de zwaardere man-
ches, maar er waren meer parcour-
sen waar ik vond dat het best pittig
stond. In Basècles en Waregem
vond ik dat het zeker niet minder
lastig was. Je moet ook rekenen dat
wie richting het BK of zelfs het WK
aan het werken is, af en toe wel eens
een wat zwaarder parcours mag
hebben om je paarden grondig te
kunnen voorbereiden. Het was een
grote, nieuwe piste in Wuustwezel,
dus misschien dat de parcoursbou-
wers wat last hadden om in te schat-
ten hoe het zou verlopen, maar ik
had er eerlijk gezegd weinig last.”
Snelle opeenvolging
Als er al sprake kan zijn van min-
dere resultaten, dan wijt Dekens dat
voornamelijk aan corona. “Eventu-
ele mindere resultaten zijn mis-
schien veroorzaakt door corona.
Vroeger had je om de twee weken
een manche. Dat liet je toe om, tus-
sen de cyclusmanches in, een lager
parcours te springen op een klei-
nere wedstrijd om het vertrouwen
terug te winnen als het even wat
minder ging. Nu is er elke week een
manche, waardoor je geen kans
krijgt om even te resetten.”
Trage opstart
Niet alleen de opeenvolging van
wedstrijden speelt een rol, aldus
Dekens, er zijn ook nog de strikte
voorwaarden voor amateursporters,
opgelegd door corona. “Wij, als
professionals, hebben eigenlijk heel
snel weer kunnen opstarten en wed-
strijden kunnen rijden. Dat wil zeg-
gen dat we de jonge paarden
ondanks de omstandigheden goed
hebben kunnen voorbereiden door
regionale wedstrijden te rijden.
Voor amateurs ligt dat natuurlijk
een beetje anders. Zij hebben pas
sinds kort hun werkzaamheden op-
nieuw kunnen opstarten. Misschien
dat daar ook wel een deel van de
oorzaak ligt van het feit dat sommi-
gen het niveau als te hoog ervaren.”
Verantwoordelijkheid nemen
Lelie bevestigt dat corona inder-
daad wel een impact heeft. “Door-
dat alle wedstrijden zo kort op
elkaar volgen, is het zeer moeilijk
om tijdens het seizoen nog bij te
benen. Je moet vanaf het begin mee
zijn, anders wordt het moeilijk. Ik
denk wel dat het aan alle betrokke-
nen is om de hand in eigen boezem
te steken. De parcoursbouwers zijn
door de band genomen uitstekend.
Het zijn ook mensen met jaren er-
varing. Zij zetten een basislijn uit.
Zij moeten ervoor zorgen dat er een
selectie gemaakt kan worden voor
het BK. Het is dan aan ruiters en ei-
genaren om hun verantwoordelijk-
heid te nemen en te kijken of hun
paard het niveau aankan. Je gaat,
bij wijze van vergelijking, een ama-
teursporter toch ook niet inschrij-
ven voor de Olympische Spelen om
dan te zeggen dat het niveau te
hoog ligt? Als je het gevoel hebt dat
je paard er nog niet klaar voor is,
dan moet je je tijd nemen. Dan is
het de verantwoordelijkheid van
ruiters en eigenaren om het even
anders te doen tot het paard er wel
klaar voor is. Je kan de ophef eigen-
lijk op twee manieren bekijken. Je
kan zeggen dat het parcours te
zwaar stond of je kan zeggen dat je
eigen niveau nog niet hoog genoeg
is om goed mee te kunnen doen”,
besluit Walter Lelie.
Ophef om (te) zware cyclusmanche in België
Jongepaardenspecialisten: ‘Storm in een glas water’
DOETINCHEM – Nu de meeste paarden genetisch zeer sterk in
elkaar zitten en daar dus nog weinig onderscheid gemaakt kan
worden, wordt het verschil tussen paarden steeds meer bepaald
door de kwaliteit van hun opleiding. In dat verband ontstond on-
langs de nodige ophef in België, waar de STX Cyclusmanche in
Wuustwezel te zwaar was voor jonge paarden volgens een aantal
betrokkenen. Het noopte de federatie om met een persbericht
naar buiten te komen. Toch stond er geen parcours om je zorgen
over te maken, aldus Walter Lelie en Frederik Dekens, twee er-
varingsdeskundigen.
Een voorbeeld van een Belgisch ‘jongepaardensucces’: Uricas van de Katteven-
nen (Uriko x Cassini I), tegenwoordig onder de hoede van Harrie Smolders,
schopte het onder Alexander Housen tot de vijfde plek op het WK in Lanaken in
2019. FOTO PAARDENKRANT/JACQUELIEN VAN TARTWIJK
In Nederland zijn er geen selectiewedstrijden om deel te mogen nemen aan de Blom Cup, de plek waar bepaald wordt
wie er naar het WK Jonge Paarden in Lanaken mogen. Op de foto Kiekeboe VM onder Kristian Houwen, vorige jaar derde
bij de vijfjarigen. FOTO PAARDENKRANT/MELANIE BREVINK VAN DIJK
Meerdere wegen
De STX Cyclus is niet de enige wijze waarop jonge paarden in België zich kunnen
kwalificeren voor het Belgisch Kampioenschap. Zo is het onder meer ook mogelijk
om via de SBB-competitie voor jonge paarden (georganiseerd door de Landelijke
Rijverenigingen) of via specifieke selectiewedstrijden een startplaats te bemach-
tigen.
woensdag 11 augustus 2021 | 6SPRINGEN