Pagina 19 van: Paardenkrant 35 – 2021

Beste Geir,
Ik ken je al zolang ik in de sport
rijd. Je bent een dierbare en oude
vriend van mij. Je bent erg sympa-
thiek. Zowel als vriend, sportman
en businessman ben je erg motive-
rend. Je probeert altijd goed je best
te doen. Je bent een harde vechter.
Mijn roots liggen in een klein
dorpje in Zweden. Ik heb twee ou-
dere zussen en zij reden daar al
paard bij een rijschool nog voordat
ik zelf paardreed. Dus ik ben ze
daarin gevolgd. Ik was toen zes jaar
oud. Ik ging één keer in de week
paardrijden bij de rijschool. Zo ben
ik begonnen. Ik heb aan alles mee-
gedaan, zoals dressuur en springen.
Vanaf het begin af aan was ik gek
van paarden. Maar toen ik begon,
was ik erg bang. Met rijden heeft
het misschien één tot twee jaar ge-
duurd voordat ik over mijn angst
heen was. Daarna vond ik het heel
leuk. Ik ben daarna nooit meer bang
geweest. Ik ben heel snel begonnen
met springen. Het is nooit een
vraag geweest of ik voor dressuur
of springen zou kiezen. Ik vond
springen veel leuker.
Al heel jong succesvol
Natuurlijk herinner ik me het suc-
ces uit mijn jeugd. Vanaf het begin
af aan is het geweldig geweest. Ik
was twaalf jaar oud toen ik al mee-
deed aan de Scandinavische kampi-
oenschappen tegen Denemarken,
Finland en Noorwegen. Op mijn
vijftiende won ik in 1990 de Euro-
pese kampioenschappen bij de po-
ny’s. Dat was fantastisch. Ik heb
later ook veel succes gehad bij de
junioren en de young riders. Al heel
jong was ik succesvol.
Alles heeft daaraan bijgedragen. Ik
heb het geluk gehad ouders te heb-
ben die me ondersteunden. Zij
reden me overal naartoe om me de
kans te geven naar wedstrijden te
gaan. Ik reed toen op pony’s en de
meeste pony’s begon ik te rijden
toen ze jong waren. Ik heb ze dus
zelf opgeleid. En we werden samen
heel goed.
Mijn vader heeft altijd vanaf de be-
gintijd bij de pony’s ervoor gezorgd
dat ik elke dag naar stal kon gaan
en paard kon rijden. Ik ben heel erg
gesteund met rijden. Maar ik ben
ook heel erg competitief. Ik ben de
jongste van drie zussen. Ik heb al-
tijd overal voor moeten vechten. Ik
denk dat ik daarom van competitie
houd. En altijd probeer beter te zijn.
Op jonge leeftijd was dat al het
geval.
Ik was (en ben nog) een echt ty-
pisch paardenmeisje. Ik hield er
ook erg van om op stal samen met
de pony’s te werken. Als je succes-
vol wilt zijn is het heel belangrijk
om zoveel mogelijk tijd te spende-
ren met je pony’s of paarden. Ook
omdat je je paarden moet leren ken-
nen. Elk paard heeft een andere
persoonlijkheid. Je moet met ze sa-
menwerken en weten wat ze nodig
hebben in het leven. Er zitten heel
veel uren in een goed partnership
met je paard.
John Whitaker
John Whitaker is altijd één van
mijn favoriete ruiters geweest. Ge-
lukkig kreeg ik de mogelijkheid om
naar hem toe te gaan na de middel-
bare school. Ik ben 2,5 jaar bij hem
geweest. Door daar op stal te wer-
ken heb ik echt veel geleerd. Ik heb
gezien hoe John Whitaker werkt en
hoe de mensen daar op stal werken.
Het was een heel goede tijd.
Ik heb veel geluk gehad dat ik ook
wedstrijd kon rijden in Engeland.
John Whitaker vond dat ik goed ge-
noeg was om naar de grote wed-
strijden te gaan, dus hij nam mij
mee. John heeft me echt geholpen
om daar binnen te komen. Zo is het
allemaal gestart. Ik kon dus heel
vroeg naar internationale grote
wedstrijden toe. John geloofde echt
in mij. Hij heeft me veel zelfver-
trouwen gegeven. Op elke moge-
lijke manier heb ik veel hulp gehad.
Vanaf het begin af aan dat ik begon
met paardrijden had mijn vader
geen ervaring in de springsport.
Voor die tijd had hij nooit iets met
paarden te doen gehad. Toch heeft
hij mijn zusters en mij gesteund
met het rijden. Hij was er altijd om
ons te helpen.
Ik heb ook de mazzel gehad dat ik
vanaf het begin altijd een goede
trainer heb gehad op het niveau
waarop ik reed. Al vanaf de eerste
stappen dat ik leerde paardrijden.
Elke week werd ik geholpen door
een trainer. Over de jaren heen zijn
dat verschillende trainers geweest.
Maar elke trainer heeft een rol ge-
speeld in mijn carrière.
Gedurende mijn hele carrière staat
mijn vader al aan mijn zijde. Hij
runt de boerderij, rijdt nog steeds
op de tractor en doet de omheining.
Mijn vader support me dus nog
steeds. Voor mijn gevoel heb ik
voor het hele team om me heen
goud gewonnen op de Olympische
Spelen in Tokio.
Jonge paarden
Waar het allemaal om draait in de
sport is om aan het werk te blijven
met jonge paarden. Met die super-
star die door kan breken. Na het
succes met Flippa’n bleef ik in het
nationale team zitten, want ik be-
schikte die hele tijd gelukkig al
over fijne paarden. En ik kreeg nog
veel succes met die andere paarden.
Het is juist het leukste gedeelte van
alles om de ene week op de grote
wedstrijden 1,60 m te springen en
de andere week thuis te komen en
dan met de jonge vierjarige paarden
te werken. Het verschil is groot,
maar zo leuk in het leven. Denkend
aan de toekomst werk je vooruit. De
toekomst ligt bij de jonge paarden.
Ik heb ook veel geluk dat ik altijd
goede paardeneigenaren heb gehad.
In het speciaal met Charlotte Söder-
ström van H&M, die eigenaar is
van H&M Indiana. Zonder paar-
deneigenaren zou het heel moeilijk
voor me zijn. Ik ben niet rijk gebo-
ren. Ik zou geen nee kunnen zeggen
tegen het grote geld als dat zou
worden geboden voor mijn goede
paarden. Paardeneigenaren zijn na-
tuurlijk een heel belangrijk onder-
deel van mijn succes. Een ruiter is
niets zonder zijn paard. Je moet
daarom eerlijk zijn tegen paarden-
eigenaren. Het is een win-winsitu-
atie. Als een paard het goed doet
met zijn ruiter heeft iedereen daar
wat aan.
Het contact met H&M is 25 jaar ge-
leden ontstaan. Er werkte toen ie-
mand bij mij die H&M heeft ge-
vonden als sponsor. Ik was de eer-
ste grote ruiter die zij sponsorden.
Op dit moment zijn we met vier rui-
ters. H&M support me heel erg. We
zijn een fantastisch team samen.
Het heeft iets onverslaanbaars om
ze zoveel jaren naast me te hebben.
Het geeft een veilig gevoel. Het
helpt me voor de honderd procent.
H&M is een geweldige sponsor.
Sportcarrière veranderd
Het is nooit een probleem geweest
dat ik ook moeder ben naast de
sport. Mijn kinderen zijn dit ge-
wend sinds ze jong zijn. Toen ze
klein waren, nam ik ze met me mee
op wedstrijd. Maar nu doen ze hun
eigen sport en hebben ze hun eigen
leven. Natuurlijk zijn ze wel erg
trots op mij. Ze zijn blij met al mijn
succes.
Toen ik kinderen kreeg, heb ik mijn
sportcarrière erg veranderd. Ik rijd
niet zoveel wedstrijden meer zoals
mijn collega’s doen die elk weekend
rijden. Soms rijd ik één of twee keer
in de maand wedstrijd. Dat is een
groot verschil met vijftien jaar gele-
den, toen ik altijd wedstrijd reed.
Het grootste verschil is ook dat ik
niet meer zo hoog op de ranking sta.
Maar dat is nooit onderwerp van ge-
sprek geweest. Natuurlijk gaat fa-
milie altijd voor. Ik ben nu veel
thuis. Ik wil het opgroeien van mijn
kinderen niet missen. Ik probeer zo-
veel mogelijk tijd te spenderen met
mijn kinderen.
Naast paardrijden is mijn familie
natuurlijk mijn grootste interesse.
We spelen soms golf samen of een
sport dat vergelijkbaar is met tennis.
Mijn oudste zoon speelt handbal en
mijn jongste zoon voetbal. Als ik
niet op concours ben, ga ik in het
weekend vaak naar handbal- en
voetbalwedstrijden. Ik ben blij dat
ze voor een teamsport hebben geko-
zen en veel vrienden hebben. Ik
houd daarvan. Ze hebben een sport
gevonden die ze leuk vinden. Paard-
rijden is ook zo’n moeilijke sport.
Ik richt me tot mijn Zweedse team-
genoot Henrik von Eckermann.
Ik heb altijd overal voor moeten vechten
Beste Henrik,
Hoe is het leven de afgelopen maanden veranderd, met een
nieuwe boerderij, nadat je vader bent geworden en een Olym-
pische gouden medaille hebt gewonnen?
Met vriendelijke groet,
Malin Baryard Johnsson
De Zweedse springamazone Malin Baryard-Johnsson – de
kersverse winnares van Olympisch teamgoud – beantwoordt
in deze editie van de Kettingbrief de reeks vragen die zij voor-
geschoteld kreeg van de Noorse springruiter Geir Gulliksen
over haar carrière. Allereerst blikt zij terug op haar succesvolle
ponytijd en de leerschool bij de Britse springruiter John Whi-
taker. Ook brengt zij de rol van haar vader, het succes met
haar voormalig toppaard Flippa’n en de samenwerking met
paardeneigenaren en haar sponsor H&M ter sprake. Geir Gul-
liksen polste tevens bij de Zweedse springamazone of het moe-
derschap te combineren is met paardensport en andere inte-
resses of sporten. De Kettingbrief komt daarna in handen van
Henrik von Eckermann.
De Kettingbrief
Geir Gulliksen – Malin Baryard-Johnsson – Henrik von Eckermann
FO
TO
W
W
W
.A
RN
D
.N
L
woensdag 1 september 2021 | 19KETTINGBRIEF
John Whitaker nam me mee
naar de grote wedstrijden
Ik wil het opgroeien van mijn kinderen
niet missen