Pagina 13 van: Paardenkrant 41 – 2021

door Rick Helmink
Op Beauville Z na is hij de afgelopen twee seizoenen – op
zestien- en zeventienjarige leeftijd – het vaakst nul geweest
op vijfsterrenniveau van alle Oranje-paarden. Daarnaast le-
verde hij op het moment dat er het meest verlangd werd naar
een prijs voor Team NL, een cruciale bijdrage. In de Nations
Cup finale in Barcelona. Greve zegt dat Carambole (v. Cassini
I) hem niet alleen een betere ruiter heeft gemaakt, maar mis-
schien nog wel meer een betere paardenman. “Hij heeft me
geleerd hoeveel paarden je vertellen en hoe belangrijk het is
om daarnaar te luisteren.”
Eigenlijk wilde Willem Greve Carambole in 2020 al met pen-
sioen sturen. Toen hij zijn vorm toonde in Wierden (winst
Grote Prijs) en vervolgens de sterren van de hemel sprong in
de Global Champions Tour-etappe in Valkenswaard (vierde
plaats Grote Prijs). Stoppen op het hoogtepunt. Maar corona
kwam ertussen. Aan het begin van bonusjaar 2021 nam Greve
Carambole in februari mee naar de Sunshine Tour en daar liet
hij zien dat hij ook op zeventienjarige leeftijd nog prima mee
kan doen. In april 2021 werd Carambole vijfde in de Rolex
Grote Prijs op The Dutch Masters.
Geen Spelen
Carambole in deze vorm, dat houdt in dat hij zich kan meten
met de beste springpaarden van de wereld. En dus ook met
de paarden op de Spelen. Maar bondscoach Rob Ehrens liet
Willem Greve al vrij vroeg in het seizoen weten dat hij het ri-
sico te groot vond om Carambole daarheen te sturen. “Rob
heeft me in een vrij vroeg stadium laten weten dat hij mij en
Carambole niet op de lijst had staan voor Tokio. Carambole
kan wat eenkennig zijn en dat was een risico voor de lange
reis naar Tokio. We hebben vervolgens samen besloten dat
het de Nations Cup finale in Barcelona moest worden.”
Cruciale bijdrage
Daar leverde Carambole twee weken geleden een cruciale bij-
drage aan de winst voor TeamNL. Een belangrijke winst en
mooie opsteker na een vrij roemloos seizoen voor het Oranje
springteam. Het is weer een nieuw hoogtepunt in de lange
carrière van Carambole en dus nu dan het einde in het kader
van stoppen op het hoogtepunt? “Ik weet nog niet of dit het
einde is”, zegt Willem Greve. “Als hij goed te pas blijft, sluit
ik niet uit dat we nog concoursen rijden. Wel de mooie con-
coursen, ik ga hem niet aan de gang houden om hem aan de
gang te houden. Het mooiste zou natuurlijk een slot zijn als
Casall of Taloubet Z, maar zoiets kun je niet voorspellen.”
Carambole ‘praat’
Winst is misschien niet te voorspellen, maar voor Willem
Greve is het wel te voorspellen hoe Carambole het gaan doen
in de ring. “Paarden kunnen natuurlijk niet praten, maar Ca-
rambole vertelt me wel hoe hij te pas is. En ik weet: als hij
goed in z’n vel zit, is hij in principe nul.”
En luisteren naar wat een paard vertelt, daarvoor zal Greve
Carambole altijd dankbaar blijven. “Hij heeft van mij niet al-
leen een betere ruiter gemaakt, maar misschien nog wel meer
een betere paardenman. Alle paarden vertellen wat en Caram-
bole heeft me geleerd om daar heel goed naar te luisteren en
daar ook voorzichtig en zorgvuldig mee om te gaan. Als een
paard aangeeft dat hij niet in goeden doen is, moet je daar als
ruiter naar luisteren.”
Meer dan alleen de sport
Voor Greve betekent Carambole veel meer dan alleen een
sportpaard. “Ik heb door Carambole Gerard en Gerda Korbeld
nog beter leren kennen en dat zijn geweldige eigenaren (sinds
2012 eigenaren van Carambole, red.). En niet alleen eigena-
ren, ik kan ze tegenwoordig ook vrienden noemen en daar
prijs ik me gelukkig mee. Carambole heeft mensen dichter bij
elkaar gebracht.”
Eerste ontmoeting
Greves eerste ontmoeting met Carambole was bij vader Jan
Greve, die hem samen met Gerardus Post naar Nederland had
gehaald. “Ik weet nog goed dat ik hem voor het eerst op de
wasplaats zag staan bij mijn vader als vierjarige en ik was er
meteen weg van. En toen ik hem voor het eerst gesprongen
had, nog meer. De liefhebbers moeten maar even op YouTube
zoeken naar een video van hem in Saasveld. Dat was mijn
eerste concours met hem en zoals hij daar rondsprong, zo
springt ‘ie nu ook nog in de Super League.”
Niet altijd zo gesprongen
Zo sprong Carambole niet altijd. Carambole werd door de be-
kende Holsteiner fokker Jens Ritters gefokt uit de Verbands-
premiemerrie Normandie VI (Concerto II x Sir Shostakovich
xx x Lincoln x Cantares uit Holsteiner Stamm 1094). De Lin-
coln-merrie Dulcinea werd door Jens’ vader Hans Werner Rit-
ters (ook de fokker van onder andere Classic Touch)
aangekocht en uit haar fokte hij twee merries van Sir Shosta-
kovich xx, de grootmoeder van Carambole en het 1,60 m-
paard Shirly VIII (Alois Pollmann Schweckhorst). Ritters was
ook degene die Carambole voorstelde op de Holsteiner keu-
ring in 2006. Dat was een aanfluiting: de 1,64 m. metende
bruine ging dwars door het lijntje en keek nergens naar. Hij
werd niet goedgekeurd.
Verrot gescholden
In de aansluitende veiling werd hij voor 24.000 euro aange-
kocht door een vriend van de in Elmshorn woonachtige Tjeert
Rijkens, die des duivels was op die vriend. “Ik heb ‘m wer-
kelijk verrot gescholden, hoe hij toch zo’n slechte kon kopen
en mij niet even voorafgaand had geraadpleegd. Tot overmaat
van ramp kwam de hengst ook nog bij mij op stal omdat die
kennis zijn eigen stallen vol had.” Rijkens wilde er zo snel
mogelijk weer vanaf. Een keer was Carambole bijna verkocht
aan Australiërs, één keer helemaal aan Canadezen. Carambole
bleef na die verkoop nog even in Duitsland om daar de ver-
richtingstest in Schlieckau (juni-augustus 2007) te lopen
(waarvoor hij slaagde met een springindex van 119,39 en een
10 voor het vrijspringen). De verkoop naar Canada ging uit-
eindelijk niet door.
Wahler aan het springen
Daarna kwamen Gerardus Post en Jan Greve, die Carambole
naar Nederland haalden, ten tonele. De twee waren bij Rijkens
voor een andere hengst, maar dat was niet wat ze zochten. “Ik
vertelde dat ik ook nog een ander had, die op dat moment bij
Burkhard Wahler in Medingen stond omdat ik sperma van
hem wilde invriezen”, zegt Rijkens. Dus togen Post en Greve
naar Wahler. “Hij liet ons de hengst zien aan de hand en dat
leek goed, maar wij wilden hem ook wel graag even onder
het zadel zien. Dus zo hebben we Burkhard Wahler na zoveel
jaar weer eens aan het springen gekregen. Het duurde alle-
maal even tot er hindernismateriaal verzameld was en de beu-
gels van het dressuurzadel korter gemaakt waren, maar toen
we dat hadden gezien, wisten we het. Deze moest het worden.
Voor we de grens weer over waren hadden we tweederde van
Tjeert gekocht”, vertelde Gerardus Post in een eerder inter-
view.
Steil bergop
Daarna ging het in Nederland steil bergopwaarts. KWPN-ver-
richtingskampioen in het voorjaar van 2008 met 88,5 punten,
topper in de hengstencompetities en andere jonge paarden-
competities, als achtjarige zijn eerste 1,50 m. en als negenja-
rige de eerste rubrieken op het hoogste niveau. “Met Willem
is uiteindelijk toch alles goed gekomen”, vertelt Rijkens.
‘Carambole heeft van mij een betere
paardenman gemaakt’
DOETINCHEM – Willem Greve heeft Carambole al
meer dan eens zijn beste vriend genoemd en als hij
over de hengst vertelt hoor je dat ook in alles. Dertien
jaar is Carambole nu onderweg met Greve en in zijn
‘bonusjaren’ springt hij de sterren van de hemel.
In 2008 kwam Carambole, hier onder testamazone Angelique
Hoorn, als topper naar voren in het KWPN-verrichtingsonderzoek.
De hengst slaagde in het voorjaar met 88,5 punten. FOTO PAARDENKRANT
ARCHIEF
“Carambole heeft me als geen ander geleerd om te luisteren naar een paard”, vertelt Willem Greve die al vanaf het begin een combinatie
vormt met de Cassini I-zoon. FOTO WWW.ARND.NL
‘Hij verdient meer credits
van de fokkers’
Wat Willem Greve een beetje steekt is dat Carambole nooit hele-
maal in zwang is geraakt bij de fokkers. “Hij verdient wat mij betreft
meer credits. Niet alleen met zijn eigen prestaties, maar ook die
van z’n nafok. Ik heb dit weekend gesprongen in Oliva en daar
heb ik ook weer een aantal super springende Caramboles gezien.”
In het eerste jaar (2008) dekte Carambole als vierjarige direct 141
merries, maar daarna nam de belangstelling af. In 2020 en 2021
trok het iets aan, maar nog steeds geen volle dekboeken. In totaal
heeft Carambole zo’n 570 nakomelingen gebracht bij het KWPN,
daarvan 27 in 2021. Willem Greve snapt dat niet: “Ik vind het
enorm jammer dat er niet meer gebruik wordt gemaakt van zo’n
hengst. Hij kan goed galopperen, springt uit het boekje, heeft een
topinstelling, is super rijdbaar en geeft die eigenschappen ook
mee aan zijn nakomelingen. Ik heb er nu best wat gereden, zie
er op concours ook veel en het zijn gewoon écht fijne paarden in
het werk. Paarden waarvan je een stal vol wilt.”
woensdag 13 oktober 2021 | 13HET SPOOR TERUG
Carambole