Pagina 19 van: Paardenkrant 41 – 2021

Beste Michel,
Laat ik beginnen met te vertellen
waarom ik naar Ludger Beerbaum
ben gegaan. Ik ben opgegroeid in
het Zuid-Duitse Jettingen. En als
junior en young rider ben ik daar
echt wel heel succesvol geweest.
Het is ondertussen achttien jaar ge-
leden dat ik naar de stal van Ludger
Beerbaum ben verhuisd. Eigenlijk
was het plan om zes maanden naar
hem toe te gaan om te leren. Maar
die zes maanden leren zijn onder-
tussen achttien jaar geworden. Ik
ben nog steeds niet uitgeleerd.
Natuurlijk kwam ik daar vanaf het
begin af aan omdat ik zoveel van de
sport hield waar ik mee bezig was.
Ik was echt competitief, met elke
cel van mijn lichaam. Ik wilde na-
tuurlijk succes hebben in de sport.
Dat was ook de eerste reden
waarom ik daar kwam. Ik wilde
beter worden en zien waar mijn li-
miet lag. Ik had in mijn hoofd dat
ik één van de beste van de wereld
wilde worden.
Dit is dé beste plek van de wereld
om te zijn. Het aantal heel goede
springruiters dat bij Ludger Beer-
baum vandaan komt is eindeloos.
De meesten zijn onder zijn hoede
geweest. Ze hebben er allemaal
een grote carrière meegemaakt.
Daarom was het voor mij een ge-
weldige kans om hier te komen.
Blik verandert
De eerste twaalf tot veertien jaar
heb ik me alleen gefocust op mijn
carrière. Tot ongeveer mijn dertig-
ste wilde ik me ook alleen maar be-
zighouden met rijden en zien hoe-
ver ik kon komen. Zodat ik voor de
honderd procent gefocust was op
wat ik deed.
Ik denk niet dat het gezond is om te
vroeg te starten met te veel dingen
tegelijk. Als je echt de top wilt be-
reiken, moet je je op jezelf focus-
sen, op het rijden en je groep paar-
den. Je moet geen andere dingen
aan je hoofd hebben, zoals de han-
del of training.
Achttien jaar later is er voor mij nu
wel een klein beetje wat veranderd.
Het gaat nog steeds goed met mij.
Maar als je een beetje ouder wordt,
dan verandert je blik ook een
beetje. Je ontdekt wat je leuk en
niet leuk vindt. Ik vind het niet
meer leuk om de hele dag (acht uur
lang) op een paard te zitten.
Het is ook leuk om verschillende
kanten van de sport te zien en ver-
schillende dingen te doen. Natuur-
lijk houd ik nog ontzettend van het
paardrijden. Daar zal ik mee door
blijven gaan, want dat is mijn pas-
sie. Daarnaast vind ik het ook leuk
om paarden te vinden, ze te verko-
pen en de klant te begeleiden. Het
is niet alleen maar het aan- en ver-
kopen van springpaarden. Het is
meer het managinggedeelte waarop
ik me elk jaar meer op probeer te
focussen naast mijn springsportcar-
rière.
De andere reden is dat ik veel ups
en downs heb gehad in mijn car-
rière. Ik kon toen alleen maar te-
rugvallen op het paard dat ik had.
En dat was frustrerend. In mijn
carrière heb ik een aantal heel spe-
ciale paarden gereden, zoals
Monte Bellini en Convall. Ik heb
grote Grand Prix’s gereden en nam
deel aan belangrijke kampioen-
schappen. Ik was zo afhankelijk
van mijn paard en zijn gezondheid.
Als je paard geblesseerd raakt –
ook als je denkt dat je het beste ge-
daan hebt – ben je niks. Je kunt al-
leen zo goed zijn als je paard is.
Daarom heb ik besloten om ook
iets anders te gaan doen in mijn
carrière. Ik wilde wat meer onaf-
hankelijk worden.
Global Equestrian Group
Tot zover mijn achtergrond en mijn
beweegredenen. Anderhalf jaar ge-
leden zijn we in contact gekomen
met Waterland Private Equity en
Andreas Helgstrand. Voor de toe-
komst van onze stal zagen we een
grote kans in de samenwerking met
de Global Equestrian Group. Het
ziet ernaar uit dat we de perfecte
partner hebben gevonden. Als wij
nog internationaler willen worden
en de volgende stap willen maken,
hebben we een sterke partner
nodig. Wat ons de kans geeft onze
dromen te verwezenlijken. Als we
succesvol willen zijn, en doelen
willen bereiken, kan dat alleen door
nog meer betere paarden te vinden.
Onze partner wil zien dat we een
grote speler worden in de spring-
sport en de hele industrie. Dit is een
totaal nieuw hoofdstuk voor ons,
maar erg interessant. We willen ook
ons hengstenstation, dat al erg suc-
cesvol is, tot een volgend niveau
brengen, net zoals de springstal,
onze trainingen, en de samenwer-
king met onze internationale klan-
ten.
Door deze samenwerking is mijn
functie veranderd. De helft van de
dag ben ik aan het rijden. En de rest
van de dag houd ik me bezig met
het management van Beerbaum
Stables. Ik ben overal, bijvoorbeeld
bij de training van onze klanten.
Maar het begint uiteraard met het
vinden van paarden. En dat wordt
voor iedereen steeds moeilijker.
De hoeveelheid paarden is het-
zelfde gebleven als in de voor-
gaande jaren, maar er zijn meer
mensen bijgekomen die aan de
sport willen deelnemen en veel geld
willen uitgeven voor paarden. Het
is voor ons heel moeilijk om een
groot aantal goede springpaarden te
vinden. Of jonge interessante heng-
sten te vinden voor ons hengsten-
station.
Moeilijke vraag
Het is een heel interessante en
moeilijke vraag die je stelt – hoe we
aan paarden komen – want dat ant-
woord weten we nog niet. Gaan we
fokken, kopen we veulens of drie-
jarigen? Of op wedstrijden op zoek
naar een kant-en-klaar paard?
Het zal waarschijnlijk een mix zijn
van jonge paarden van 2,5 tot vier
jaar oud. We zullen er daar veel van
moeten kopen en hopen dat het
goede paarden worden. Maar het
kunnen ook fijne amateur- en juni-
orenpaarden zijn. De hoofdfocus
zal liggen op het kopen van vier- tot
zesjarige springpaarden, want dan
kun je al goed zien hoe ze springen.
In dezelfde tijd zullen we toppaar-
den moeten kopen die iets ouder
zijn, bijvoorbeeld van zeven en
acht jaar oud.
Global Equestrian Group wil een
toonaangevend merk zijn. Als ie-
mand een goed springpaard zoekt,
gaat hij naar ons. En als iemand een
goed dressuurpaard zoekt, gaat hij
naar Andreas Helgstrand. Het is ons
doel om zoveel mogelijk klanten te-
vreden te stellen op de best moge-
lijke manier. Voor alle klanten heb-
ben we in alle categorieën de beste
paarden. We richten ons niet alleen
op de top.
De meeste paarden staan op dit mo-
ment in Riesenbeck. En met onze
partners hebben we ook paarden
door heel Europa staan. Het aanko-
mende jaar gaan we in januari voor
de eerste keer met een groot aantal
paarden naar Wellington toe. Van-
wege het afgelopen Europees kam-
pioenschap zijn er in Riesenbeck
nog driehonderd permanente stallen
bij gebouwd en een extra spring-
ring. De locatie is heel anders ge-
worden, met de natuur en de ruimte
die er is. We hebben iets heel spe-
ciaals gemaakt.
Jonge paarden
Voor de aankomende twintig jaar
zijn we daar nog niet mee klaar,
want Riesenbeck International
moet een plek zijn waar iedereen
gebruik van kan maken. Waar we
topsport kunnen zien en in dezelfde
tijd jonge paarden kunnen opleiden.
Bijna elke week worden er bij ons
wedstrijden gehouden voor jonge
paarden.
Ik ben honderd procent zeker dat de
sleutel altijd ligt bij het opleiden
van de jonge paarden. We kunnen
zoveel paarden kopen als we wil-
len. We moeten ze wel een eerlijke
kans geven met een goede oplei-
ding met een goede ruiter en een
goed management. Daarom hebben
we ongeveer veertig mensen voor
ons werken.
We focussen ons met het heng-
stenstation alleen op het verkopen
van sperma. Op dit moment heb-
ben we geen ruimte of faciliteiten
voor een fokkerij. Als je dat in
onze omvang zou doen, wordt dat
iets heel groots, want anders slaat
het helemaal nergens op. Ik ken
Florian Meyer zu Hartum nu meer
dan twintig jaar. We hebben bei-
den in de internationale topsport
gereden. We zijn alleen een ver-
schillende kant opgegaan. Ik ging
naar Ludger Beerbaum en Florian
is nu tien jaar bij Paul Schocke-
möhle.
Dit is een totaal nieuw hoofdstuk voor ons
Beste Florian,
Het lijkt erop dat jij Paul Schockemöhles rechterhand bent.
Hoe voelt het om zo’n zware last op je schouders te hebben
door in de voetafdruk te stappen van zo’n grote paardenman?
Hoeveel druk geeft het om verantwoordelijk te zijn voor zo-
veel paarden en de mogelijkheid te hebben om de banen van
zoveel personeel veilig te stellen? Hoeveel paarden en perso-
neel zijn er? Je behoort tot een nieuwe generatie. Wil je iets
veranderen aan het fokkerij- en sportsysteem van Paul Schoc-
kemöhle? Hoe kan de kleinere (lokale) fokker in de toekomst
concurreren tegen de moderne fokker die gebruikmaakt van
ET en ICSI?
Met vriendelijke groet,
Philipp Weishaupt
Misschien was het wel jeugdsentiment dat springruiter Michel
Hendrix heeft doen besluiten om zich te richten tot zijn vriend,
de Duitse springruiter Philipp Weishaupt. Zij hebben elkaar,
net zoals de Zweedse springruiter Henrik von Eckermann, in
dezelfde tijd leren kennen bij Ludger Beerbaum. Philipp Weis-
haupt rijdt zelfs nog voor dezelfde stal. In deze aflevering ligt
de nadruk op de veranderingen die het met zich meebrengt
dat Ludger Beerbaum Stables en Helgstrand Dressage hun
handen ineen hebben geslagen binnen Global Equestrian
Group. Hoe breed zal Philipp Weishaupt zich hierdoor gaan
focussen op de handel? De volgende Kettingbriefschrijver is
Florian Meyer zu Hartum.
De Kettingbrief
Michel Hendrix – Philipp Weishaupt – Florian Meyer zu Hartum
woensdag 13 oktober 2021 | 19KETTINGBRIEF
Ik hield van de sport, ik was echt competitief,
met elke cel van mijn lichaam