Pagina 2 van: Paardenkrant 42 – 2021

Van: Scarlett
Een paard veroordelen is vele malen
makkelijker dan een paard beoorde-
len. De belangrijkste vraag lijkt mij
wat de verwachtingen/verhoudingen
zijn van een vierjarige ten opzichte
van een driejarige. Dat een driejarige
sterker moet worden lijkt mij niet
meer dan logisch. Een vierjarige zou
dus sterker/volwassener en op ni-
veau moeten lopen. Is dat realistisch?
De ontwikkeling van ieder paard is
weer anders, het is dus ook geen wet
van dat een vierjarige er meer klaar
voor is dan een driejarige. In mijn
ogen hoeft een jong paard zich ook
niet elke dag te bewijzen, de heng-
sten zijn al een strenge selectie door-
gekomen dus we kunnen spreken
van kwaliteit. Als dat bevestigd
wordt onder het zadel moet daar ook
op vertrouwd kunnen worden en
hoeft dat niet elke dag bewezen te
worden. Ongeacht de leeftijd is de
kwaliteit van een goed paard altijd te
herkennen. Ik vind het lastig om hier
een vaste conclusie uit te trekken; het
is geheel afhankelijk van de ontwik-
keling van het paard.
Van: Jasper
Nee, dat hoeft niet. Het hele gebeu-
ren moet een beetje spelenderwijs
verlopen, maar je moet wel wat met
die paarden doen. Ze moeten wat
leren. Je moet alleen niet te zwaar
trainen, waardoor ze overwerkt
raken. Het is je eigen keuze of je je
hengst wel of niet voorstelt. Je weet
zelf ook wel of hij het aankan. Het
gaat erom of zo’n paard de (bewe-
gings)aanleg heeft. Wij hebben wel
een keer een hengst gehad van 1,70
m. die we een jaartje hebben opge-
schoven omdat hij zo hard was ge-
groeid. Voor een paard dat wel de
kracht heeft, moet de mogelijkheid
blijven bestaan. Op een gegeven mo-
ment zul je een hengst ook moeten
voorstellen aan de jury. Als het paard
wordt aangewezen zal de eigenaar in
overleg met de hengstenkeurings-
commissie moeten inschatten of hij
het verrichtingsonderzoek aankan.
Als de jury twijfelt, kun je alsnog een
jaar wachten.
Bij de Friese paarden komt het vaker
voor dat het laatbloeiers zijn. En dat
ze nog volop in de groei zijn. Met de
hengstenkeuring zijn ze bijvoorbeeld
1,62 m. en een jaar later 1,67 m. Bij
het KFPS hebben we maar één keer
per jaar de mogelijkheid om een
hengst mee te laten doen aan het on-
derzoek van zeven dagen. Je kunt
dan niet zeggen: we doen hem in het
voorjaar nog een keer. Want daar-
voor zijn er te weinig hengsten. Bij
het KWPN hebben we wel een voor-
en een najaarsonderzoek.
Het belangrijkste van het hele gebeu-
ren is de natuurlijke aanleg van een
paard. Degene die het aankan, kan
het aan.
Van: Frenk
Ik ben geen voorstander. Verbetering
en vernieuwing zijn het gevolg van
nieuwe bloedlijnen (het moderner
maken). Hoe eerder je daar gebruik
van kan maken, hoe beter. Daarom
is het belangrijk dat een verrich-
tingsonderzoek op een manier ge-
beurt dat de paarden die daar lopen
wel sterk genoeg zijn en het werk
aankunnen. Als je een kwaliteitsvol
jong paard hebt, met de kwaliteiten
van souplesse en kracht aan elkaar
gekoppeld, dat voldoende is uitge-
groeid, kan dat een verbetering zijn
voor de fokkerij. Je hebt er niks aan
als je gebruikmaakt van paarden die
zwakker zijn. In die zin dat zwak-
kere paarden toch een kans krijgen
om zich in de fokkerij aan te bieden
door ze een jaar rust te geven. Op
zich is dat voor het paard eerlijk,
maar voor de fokkerij een risico. In
het jaar dat hij extra getraind wordt,
zijn er veel mogelijkheden om een
paard sterker te maken. Ook op ve-
terinair gebied. Als een jong paard al
die positieve dingen van nature
heeft, kan hij de fokkerij vooruit hel-
pen. Ik weet dat er stallen zijn die al
heel vroeg beginnen te werken met
jonge paarden. Er komen toch altijd
een aantal paarden bovendrijven
door een goed management (supple-
menten of spierversterkers) en de rij-
erij. Ze kunnen een paard echt beter
maken omdat ze over een goede rui-
ter beschikken zonder dat het direct
de kwaliteit van het paard is. De in-
vloed van de ruiter bij een dressuur-
paard is zo groot. Je kunt best veel
sleutelen aan een mindere draf.
Maar het gaat erom dat we de na-
tuurlijke aanleg zoveel mogelijk
kunnen bekijken.
Ik ben niet tegen het doorverwijzen
van jonge paarden, maar er moet wel
een natuurlijke aanleg aanwezig zijn.
Er moet een specifieke reden zijn
waarom ze hem doorverwijzen naar
vierjarige leeftijd, bijvoorbeeld dat
hij erg laat geboren is.
woensdag 20 oktober 2021 | 2OPINIE
Wetenschap en praktijk nog meer
bij elkaar brengen in training
jonge paarden
Info@
Jasper van Manen, hengstenhouder Frenk Jespers, voormalig HK-commissie
KFPS en KWPN
Van: Paardenkrant-Horses.nl
Aan: Scarlett Wieberdink, Jasper van
Manen, Frenk Jespers
Van de zeventien aangeleverde Friese hengsten waren er nog zeven over
voor het zadelexamen afgelopen zaterdag. Waaronder slechts drie drie-
jarigen. Volgend jaar is er voor de meeste afvallers weer een kans. “Ze
krijgen de kans sterker te worden, met driejarige leeftijd zijn de heng-
sten over het algemeen nog jong”, aldus de hengstenkeuringscommissie
op de KFPS-site. Ook in het KWPN-verrichtingsonderzoek zien we
steeds meer vierjarigen. Onze stelling: hak die knoop door en onder-
zoek alleen nog vierjarige en oudere hengsten.
Zwalken
In Tokio stond Isabell Werth me in de
mixed zone met grote ogen aan te kij-
ken. De punten voor haar proef waren
net bekend gemaakt. Dus ik zeg tegen
haar: “Da’s twee procent minder, voor
dezelfde proef. Hoe verklaar je dat?”
“Ja, dat moet je aan de juryleden vra-
gen!”, luidde het voorspelbare ant-
woord.
Werth maakte er op dat moment verder
geen punt van. In de persconferentie
herinnerde ze er even later aan dat ze
echt niet haar hele leven al aan het
winnen is. En dat er in de sport nu een-
maal niet meer dan één winnaar kan
zijn. Te midden van een wereldwijde
uitbarsting van sympathie voor de har-
moniespecialisten Sabine Schut-Kery
en Jessica von Bredow zou een op-
standig verhaal ook niet goed hebben
uitgepakt, dat moet Isabell hebben
aangevoeld.
De succesvolste amazone uit de ge-
schiedenis van de dressuursport had
op dat moment te kampen met iets
waar ze geen controle over had. Fout-
loos die vijftien eners eruit gooien, dat
heb je tot op zekere hoogte nog wel in
eigen hand. Maar wat te beginnen
tegen concurrenten die gewoon beter
zijn?
Met dat probleem zaten de juryleden
in Tokio ook. Wat moet je doen als je
steeds 9’s en 10-en hebt gegeven aan
de gedoodverfde kampioen en er komt
iemand voorbij die nóg beter is? Die
kan je geen 10-en en 11-en geven. Dus
moest de oude kampioene het maar
met wat minder doen.
In Hagen kon Isabell Werth haar frus-
tratie niet langer verbergen. Halleluja,
zou ik zeggen. Werth is zó’n grote kam-
pioene, dat ze niet alleen maar lacht of
haar mond houdt. Wat in de dressuur
doorgaans toch de leefregel is. Na een
– niet foutloze – Grand Prix luchtte ze
haar hart over de punten. En in een in-
terview met mijn St. Georg-collega
Gaby Pochhammer deed ze er vorige
week nog een schepje bovenop.
“Als ik een proef rijd, stel ik me ook
bloot aan kritiek”, aldus Werth. “Dat
moeten juryleden ook kunnen verdra-
gen. We moeten kunnen praten over
het corrigeren van fouten.” Als voor-
beelden noemt ze de uiteenlopende
cijfers die juryleden geven bij een fout
in een wisselserie en de zeer verschil-
lende cijfers die de stap vaak oplevert.
“Ik verwacht dat juryleden zoiets ade-
quaat kunnen beoordelen.”
Zeer terecht windt Werth zich op over
het feit dat er nooit een video-hand-
boek is opgesteld. Prima, die code of
points, maar papier is geduldig. Tot op
de dag van vandaag laten juryleden
zich niet vastpinnen op concreet verge-
lijkingsmateriaal. Daarmee diskwalifice-
ren ze zichzelf. En laten ze de sport
zwalken.
Dirk Willem Rosie, hoofdredacteur
[email protected]
COLUMN
Het KFPS maakt in het Centraal
Onderzoek veelvuldig gebruik van
hartslag- en lactaatmetingen en
heeft de trainingen aangepast op
advies van de onderzoekers. Zou
het KWPN er, ook in het kader van de welzijnsdiscussie, goed aan
doen om meer te meten? Oftewel: ‘meten is weten’ of is het oog
van de meester (trainingsleider) afdoende? Een kleine meerderheid
van de respondenten op Horses.nl vindt het een goed idee om we-
tenschap en praktijk nog meer bij elkaar te brengen bij de training
van jonge paarden.
Scarlett Wieberdink, fokker en trainer
Deze week het meest bekeken op Horses.nl
• Reddingspogingen mogen niet baten: paard overlijdt in kanaal
Steenwijk
• LTO: I&R kosten en handhaving verwacht in 2022
• Jongen redt vastzittend paard: held op social media
• Andreas Helgstrand trekt Jovian terug uit Deens
kampioenschap
• Heftig kampioenschap damesklasse in Beilen, Janneke Hoekstra
uit wagen gelanceerd
EENS ONEENS
61% 39%
POLL
REAGEER VIA HORSES.NL
Informaticaweg 3
7007 CP Doetinchem
Telefoon redactie: (088) 29 44 900
E-mail redactie: [email protected]
Website: www.horses.nl/paardenkrant
ISSN: 2543-134X
Redactie
Dirk Willem Rosie (hoofdredacteur), Melanie
Brevink-van Dijk (bladcoördinator), Esther
Berendsen, Tamara van de Krol, Jacquelien van
Tartwijk, Wendy Krijgsman (stagiaire)
Secretariaat
Willy Prange
Vaste medewerkers
Eva van den Adel, Geert Bouius, Arnout
Coppieters, Koen Cromheecke, Martina Berk,
Johanna Faber, Bettine van Harselaar, Chris de
Heer, Ria Hekkert, Rick Helmink, Ferry Hollander,
Ellen Liem, Dinette Neuteboom, Sandra
Nieuwendijk, Savannah Pieters, Peter Poppelaars,
Leontien Ruissen, Wendy Scholten, Corine
Schreuder, Jeroen Slot, Marlien Smit, Nancy
Versluis-Borsboom, Rosan Wilts
Abonnementen
Abonnementsovereenkomsten worden
uitsluitend aangegaan door Eisma Media B.V.,
namens wie de uitgever de abonnementen
verzorgt.
De Paardenkrant verschijnt zondag (nieuwsbrief)
en woensdag. Daarnaast verschijnen per jaar
een aantal themanummers en specials.
Eisma Media Groep Abonneeservice,
Daalakkersweg 2-72, 5641 JA Eindhoven,
telefoon (088) 22 66 647,
telefax (088) 22 66 675,
e-mail [email protected].
Abonnementen kunnen op elk gewenst tijdstip
ingaan. Opgave via www.horses.nl/paardenkrant
of via Abonneeservice. Abonnementen lopen
automatisch door, tenzij 30 dagen voor de
vervaldatum wordt opgezegd.
Ook voor informatie over uw lopende abonne –
ment kunt u contact opnemen met
Abonneeservice. Een proefabonnement stopt
automatisch.
Abonnementsprijs (excl. 9% btw)
Per kwartaal € 96,05
Per halfjaar € 187,31
Per jaar € 365,01
Jaarabonnementen België en overige landen op
aanvraag.
Commercieel manager:
Jeroen van der Molen
Advertentieverkoop
Telefoon Springertjes (088) 29 44 980
Cindy Haentjens (088) 29 44 980
Lotte Wijnands (088) 29 44 981
E-mail [email protected]
Afsluittijdstip advertenties: twee dagen voor
verschijnen om 11.00 uur
Marketing
Lotte Wijnands (088) 29 44 981
Kelly Brands (088) 29 44 973
E-mail [email protected]
Uitgever: Jeroen van der Molen
Directie: Egbert van Hes (alg. directeur)
Vormgeving en prepress: ZeeDesign, Witmarsum
Drukker: Persgroep Amsterdam
Bezorging: PostNL
Bij klachten over bezorging: bel (088) 22 66 647
© Niets uit deze uitgave mag zonder schrifte lijke toestemming van
de uitgever worden overgenomen op welke manier dan ook.
Eisma Media Groep, waarvan dit
vakblad onderdeel is, legt uw
klantgegevens vast voor de uit-
voering van de (abonnements)-
overeenkomst, of wanneer u in het kader van dienstverlening contact
heeft met Eisma Media Groep. Ook als u dat niet expliciet heeft aan-
gegeven kunt u per e-mail over gelijksoortige producten en diensten
van Eisma Media Groep worden geïnformeerd, tenzij u daartegen
bezwaar maakt. Als u geen prijs stelt op informatie of aanbiedingen
per e-mail dan kunt u dit aangeven op [email protected].
Voor meer informatie verwijzen wij u naar het privacystatement op
www.eismabusinessmedia/privacy-statement.