Pagina 14 van: Paardenkrant 51-52 – 2021

door Esther Berendsen

Het onderwerp is dan wel oud,
maar zeker nog actueel. Afgelopen
week werd bijvoorbeeld bekend
gemaakt dat Turbo Z ( Thunder
van de Zuuthoeve x Renville) , het
paard waarmee Kevin Jochems in
oktober nog de Wereldbekerwed-
strijd in Oslo won, verkocht is. De
twaalfjarige hengst was nog van
zijn fokker, Wijnand van Stam.
Die hem ‘niet met veel plezier’
verkocht heeft. “Het ging natuur-
lijk erg lekker de laatste tijd. Als
ik één of meerdere compagnons
had gehad, zou ik hem met liefde
aangehouden hebben voor Kevin.
Maar die heb ik niet. En dus werd
het financiële risico me te groot.
Het kan morgen ook ineens voor-
bij zijn. Neem Ginus, waar Turbo
trouwens ook familie van is. Ginus
sprong 1,6 0 m., maar in Bremen
belandde hij op een paal en dat was
het einde van zijn sportcarriè re.
Dan heb je niks.”
Heel begrijpelijk, maar het is wel
zonde dat zo’n combinatie niet be-
houden blijft. En ergens ook onbe-
grijpelijk, meent Van Stam. “Kevin
Jochems is in mijn ogen één van de

meest getalenteerde jonge ruiters
van Nederland. Ik snap eigenlijk
niet dat er geen mensen zijn opge-
staan die hebben gezegd: ‘wij gaan
dat paard aanhouden voor Kevin.’
Ik weet niet of de KNHS hier nou
heel veel aan kan veranderen, want
we hebben het natuurlijk over veel
geld en dat heeft de bond ook niet
liggen. Maar ze hebben me ook
niet gebeld om te informeren naar
de plannen.”

Genivelleerd landje
Volgens Floris Deckers, directie-
voorzitter van SpringpaardenFonds
Nederland en in het verleden onder
andere C EO van Van L anschot
Bankiers, kunnen we niet heel veel
veranderen aan deze situatie. “Het
is wat het is. Nederland is een-
voudigweg niet rijk genoeg om te
concurreren met bijvoorbeeld de
Amerikanen als zij komen shop-
pen voor hun kinderen. Dat drijft
de prijs van paarden enorm op. Wij
hebben goede fokkers en ruiters en
natuurlijk zijn er wel mensen met
geld in Nederland. Maar voor ie-
dere miljonair hier heeft Amerika
er tweehonderd. We zijn een geni-
velleerd landje waarin bovendien

iedere boer van oudsher ook han-
delaar is.”
Henk Rottinghuis, Deckers’ voor-
ganger als SFN-directievoorzitter,
en van 19 9 9 tot 2004 vicevoorzitter
van de KNHS, meent dat het juist
heel goed is dat er zoveel Neder-
landse toppaarden verkocht wor-
den. “Er is altijd veel kritiek op het
verkopen van toppaarden naar het
buitenland, maar juist daardoor is er
een waanzinnig sterke markt gecre-
eerd die heel breed is: van fokkerij
tot opfok en opleiden. Daarin ver-
dienen heel veel mensen hun boter-
ham. En dat kan alleen als de kop
van zo’n markt levendig en sterk
is, want dat zorgt voor de zuigende
werking. Ik zou zelfs durven bewe-
ren dat we nu niet één toppaard in
Nederland zouden hebben als er niet
zoveel toppaarden verkocht zouden
worden. Dan moesten we ze na-
melijk gaan kopen in Duitsland of
Frankrijk… En daar zijn onze zak-
ken zeker niet diep genoeg voor.”

Net mensen
Tegelijkertijd is Rottinghuis wel
van mening dat de KNHS, of
meer specifiek de bondscoaches,
meer kunnen doen voor eigenaren.
“Het is belangrijk dat eigenaren
het respect krijgen dat hen toe-
komt, op een manier die hen past.
Bijvoorbeeld door de eigenaar te
vermelden op de startlijst of in het
uitslagenbericht, door hen uit te
nodigen op bepaalde evenementen
en door hen mee te nemen in het
proces. Dat laatste is vooral aan de
bondscoach, die gewend is om met
de ruiter te praten, maar daarin de
eigenaar meestal vergeet.” Dat niet
iedere eigenaar graag de publiciteit
opzoekt, wil volgens Rottinghuis
niet zeggen dat ze enige vorm van
aandacht niet op prijs stellen. “Ei-
genaren zijn net mensen. En ieder
mens heeft soms een aai over zijn
bol nodig. Je zult op zoek moeten

naar gepaste manieren om dat te
doen. Het achtervoegsel ‘N.O.P.’ is
daar ook een voorbeeld van. Stich-
ting N.O.P. kan de enorme bedra-
gen die nodig zijn voor de topsport
nooit goedmaken, maar uit het eti-
ket spreekt wel waardering.”
Overigens is ook de financiële te-
gemoetkoming prettig voor eigena-

ren, denkt Rottinghuis. Ook als zij
dit niet direct nodig hebben. “Nie-
mand heeft zin om veel te betalen,
ook mensen die veel geld hebben
niet. Je moet niet vergeten dat ver-
mogende mensen de hele dag te
horen krijgen dat ‘zij dat makke-
lijk kunnen betalen’. In combina-
tie met de aandacht en waardering
die er uit spreekt is het N.O.P. een
heel waardevol instrument. Dat
natuurlijk wel goed ingezet moet
worden.”
In het interview vorige week in

de Paardenkrant gaf Iris Boelhou-
wer, directeur topsport KNHS, al
aan dat het relatiebeheer met de
eigenaren beter kan en moet. “Er
lagen al plannen om daarmee aan
de slag te gaan, maar het is, mede
vanwege corona, in de verdrukking
gekomen. Op dit moment werk ik
aan een meerjarenplan richting Pa-

rijs. We gaan, waarschijnlijk per
discipline, stakeholders uitnodigen
voor wat ik maar even klankbord-
groepen noem. Eigenaren horen
daar absoluut bij, want die spelen
een cruciale rol.”
Ook N.O.P. wordt door de bond
geëvalueerd. “Ik vind dat een
mooi systeem, maar we houden
het, middels een enq uê te onder
recente N.O.P.-eigenaren, tegen
het licht: is dit nog steeds de beste
manier om topcombinaties te on-
dersteunen?”

ALGEMEEN woensdag 22 december 2021 | 14

‘We moeten paraat staan als een toppaard verkocht dreigt te worden’
Erik Berkhof en anderen over het behouden van toppaarden voor Nederland
DOETINCHEM – Nederland is niet rijk genoeg, concludeert
F loris Deckers, directievoorzitter van S F N II. “ Dit onderwerp
is al heel oud en heel taai” , voegt zijn voorganger Henk R otting-
huis toe. Is er dan echt niks te verzinnen om te voorkomen dat de
talentvolle paarden é é n voor é é n Nederland verlaten voordat ze
hun talent kunnen verzilveren in dienst van TeamNL ?

Eigenaren verdienen het respect dat hen toekomt, op een manier die bij hen past. Eén manier is om hen letterlijk op het
podium te zetten, zoals hier tijdens het NK springen in 2019. FOTO’S WWW.ARND.NL

De verkoop van Kevin Jochems’ toppaard Turbo Z, op de foto in actie tijdens
CHIO Aken eerder dit jaar, deed fokker en eigenaar Wijnand van Stam met pijn
in het hart.

Henk Rottinghuis: “Er
is altijd veel kritiek
op het verkopen van
toppaarden naar het
buitenland, maar juist
daardoor is er een
waanzinnig sterke
markt gecreëerd die
heel breed is: van
fokkerij tot opfok en
opleiden.”

SFN: zo werkt dat
SFN II heeft, net als voorganger SFN I, tot doel om jonge veelbelovende spring-
paarden te behouden voor Nederlandse ruiters. Paarden die deel kunnen nemen
aan de belangrijkste internationale wedstrijden en kampioenschappen. Het
fonds probeert haar doel te bereiken door jonge talentvolle springpaarden te se-
lecteren, aan te kopen en onder te brengen bij en te laten opleiden door goede
ruiters. Deze paarden worden begeleid en opgeleid voor de topsport.
De looptijd van SFN II is 2016 tot en met 2026. De certificaten van SFN II hebben
een uitgifteprijs van 25.000 en van 100.000 euro. De selecteurs (Teus van den
Brink, Willem Greve, Willy van der Ham, Emile Hendrix en Egbert Schep) vormen
‘het hart van het Springpaardenfonds’. Zij scouten de talentvolle, jonge paarden
en adviseren over aan- en verkoop. Op dit moment zijn er zeven paarden in het
bezit van SFN: Forever SFN, High Hopes SFN, Ileanne SFN, Juwel SFN, Kadorena
SFN, Mister SFN en Watermill Art SFN. Zij zijn ondergebracht bij Jeroen Dubbel-
dam, Niels Kersten, Dennis van den Brink, Kim Hoogenraat, Hessel Hoekstra en
Tom Martens.

Rottinghuis: ‘Ik zou zelfs durven beweren

dat we nu niet één toppaard in Nederland

zouden hebben als er niet zoveel toppaarden

verkocht zouden worden’