Ga naar hoofdinhoud

Kun je ezels en paarden samen houden?

Ezels zijn met hun lange oren, wollige vacht en grijze meelsnuit een duidelijk geval van ‘cuteness overload’. Maar zijn ze ook geschikt als maatje voor je paard? Ja dat kan, hoewel je met een aantal zaken rekening moet houden.

Een ezel is niet hetzelfde als een klein paard, maar verschilt duidelijk in karakter en in voedsel- en waterbehoefte. Ezels zijn geëvolueerd in woestijngebieden en gewend aan voer met veel vezels en weinig nutriënten. Bovendien kunnen ze beter tegen warmte en een tijdelijk gebrek aan drinkwater dan paarden. Zelfs hun lange oren hebben ze niet voor niets, die helpen namelijk bij het kwijtraken van warmte.

Overgewicht en hyperlipaemie

Ezels zijn van nature 14 tot 16 uur per dag bezig met eten en kunnen in vergelijking met paarden en pony’s vezelrijk voer veel beter verteren. Door de goede vertering en een lage energiebehoefte is overgewicht bij niet-werkende ezels een serieus gevaar. Overgewicht vergroot de kans op insulineresistentie en hyperlipaemie. Hyperlipaemie (vetbolletjes in het bloed) is een gevaarlijke en mogelijk dodelijke complicatie bij ezels (en pony’s) die op dieet staan of door een andere oorzaak weinig eten. Afvallen is daardoor erg lastig, wat het extra belangrijk maakt om overgewicht te voorkomen. Houd daarom de conditiescore van ezels goed in de gaten. Ezels slaan vet op andere plekken op dan paarden, waardoor er voor ezels een ander systeem voor de conditiescore gebruikt moet worden. Je kunt de methode voor de body condition score voor ezels vinden op de website van The Donkey Sanctuary.

Hoeveel voer?

De voerbehoefte van ezels is nog niet veel onderzocht, maar er zijn wel algemene aanbevelingen. Voor niet-werkende ezels is een rantsoen van 25% hooi, aangevuld met 75% gerstestro meestal voldoende, hoewel het in de winter nodig kan zijn om het aandeel hooi te verhogen. Als er geen gerstestro voorhanden is kan je ook haverstro of tarwestro geven. Omgerekend naar kilo’s eet een ezel van 200 kg ongeveer 4,5 à 5 kg ruwvoer. Je zou 1 à 1,5 kg hooi van gemiddelde kwaliteit kunnen voeren en gerstestro geven zoveel als hij wil. Geef iets meer stro dan de ezel opeet, maar niet veel meer, omdat hij anders alleen de lekkerste hapjes selecteert. Blijf vooral de conditie van de ezel in de gaten houden en pas indien nodig het rantsoen aan. Afhankelijk van het aantal uren weidegang kan hooi beperkt worden, blijf echter wel stro bijgeven. Verstrek het voer in veel kleine porties verdeeld over de dag om aan de natuurlijk behoefte te voldoen.

Geef verder zout en een vitamine- en mineralensupplement voor sobere rassen. Voer geen zetmeel- en suikerrijke producten. Niet alleen wordt een ezel daar gauw te dik van, maar waarschijnlijk wordt zijn darmmicrobioom (darmflora) ook eerder verstoord dan die van paarden en pony’s.
Drachtige, melkgevende of groeiende ezels hebben meer voer nodig. Dit geldt helemaal voor werkende ezels die 4 tot 8 uur per dag aan het werk kunnen zijn. Zij hebben 1,5 tot 2,5 keer zoveel energie nodig. In ons land zijn echte werkezels echter een uitzondering.

10 tips voor het samen houden van ezels en paarden
• Pas op voor overgewicht en hyperlipaemie. Zorg dat zowel de ezels als de paarden niet te dik worden. De body condition score voor paarden is anders dan voor ezels.
• Ezels kunnen drager zijn van longwormen zonder dat ze ziek worden, maar paarden zijn hier veel gevoeliger voor. Wanneer ezels en paarden op dezelfde wei staan moet je de mest van (met name) de ezels goed op longwormen controleren en indien nodig zowel paarden als ezels tijdig ontwormen. Wil je ieder risico vermijden, reserveer dan een aparte weide voor de ezel.
• Ezels hechten sterk aan hun maatje en willen soms niet eten als ze gescheiden worden, al is het maar door een hek. Houd hier rekening mee.
• Paarden lusten graag gerstestro, maar hebben de neiging om er veel te veel van te eten met een verstoppingskoliek tot gevolg. Zorg er dus voor dat je paard geen onbeperkte toegang heeft tot het gerstestro van de ezel.
• Ezels drinken niet graag koud water. Verwarm in de winter eventueel het water om te voorkomen dat ze te weinig drinken en daardoor verstoppingskoliek krijgen.
• Bij ezels is gebitsverzorging, net als bij paarden, erg belangrijk.
• De vacht van een ezel is niet waterdicht, daarom hebben ezels buiten een schuilstal nodig.
• Ezels laten veel slechter zien dat ze ziek zijn dan paarden. Sloom en/of niet eten is al een (spoed)zaak voor de dierenarts. De ezel kan koliek hebben of hyperlipaemie.
• Ezels staan bekend om ‘nep-eten’. Het lijkt alsof ze eten terwijl ze in werkelijkheid niets binnen krijgen.
• Ezels kunnen 40 à 50 jaar oud worden en zijn dus een gezinslid voor het leven.