Antwoord Dierenkliniek Emmeloord
De eerste fase van het herstel na een peesbeschadiging bestaat onder andere uit een ontstekingsreactie, waarbij al het beschadigde peesweefsel wordt opgeruimd, waardoor de laesie in de pees als het ware ‘groter’ wordt. Deze fase duurt ongeveer 10 – 14 dagen, daarom wordt vaak de eerste scan pas na deze periode uitgevoerd.
Door de jaren heen zijn vele verschillende behandelingen ontwikkeld voor peesblessures, die toegepast worden afhankelijk van de betrokken pees, de ernst van de blessure en het stadium van de genezing en daarmee dus van het individuele paard. Uw dierenarts zal het best kunnen bepalen welke (combinatie van) therapie(ën) voor uw paard het meest geschikt is.
Bij een acute peesblessure, de eerste 14 dagen, is een combinatie van koelen, ontstekingsremmers en rust de belangrijkste therapie. Koelen zorgt ervoor dat de ontsteking en daarmee de weefselafbraak geremd wordt, de pijn afneemt en de zwelling van het been vermindert. Rust beperkt de belasting van de beschadigde structuur. Na de acute fase is gecontroleerde beweging een belangrijk onderdeel van de revalidatie van peesblessures. Gecontroleerde beweging helpt verkleving van de pees aan zijn omgeving te voorkomen, versnelt het oplossen van de resterende ontsteking, maar is met name belangrijk om collageen remodeling te optimaliseren. Collageen vezels zijn de belangrijkste bestanddelen die een pees zijn treksterkte geven. Hoewel een pees na een blessure nooit meer zijn oude flexibiliteit volledig terug krijgt, is het essentieel dat het vezelverloop zo veel mogelijk wordt zoals het was. Om dit te bewerkstelligen moet de pees belast worden, zodat de vezels zich kunnen richten parallel aan de krachten die er bij normale belasting op in werken. Het optimale belastingsschema is afhankelijk van de ernst van het peesletsel en wordt vaak opgebouwd onder begeleiding van echografische controles. Revalidatie is een langdurig proces, omdat peesweefsel maar langzaam hersteld door de beperkte bloedvoorziening en activiteit van de peescellen.
Om het herstel van peesweefsel te bevorderen zijn in de loop der tijd allerlei aanvullende therapieën ontwikkeld. Zo kunnen de letsels in de pees, vaak onder echobegeleiding, ingespoten worden met onder andere groeifactoren en stamcellen. Platelet-rich plasma (PRP) is een bekend product gemaakt van het eigen bloed van het paard, waarin door bewerking het gehalte aan bloedplaatjes wordt verhoogd. Dit bewerkte bloedproduct is hierdoor rijk aan groeifactoren, oftewel stofjes die de weefselaanmaak stimuleren. Door PRP in de beschadiging in te spuiten wordt geprobeerd lokaal de aanmaak van gezond peesweefsel te versnellen en de kwaliteit ervan te verbeteren. Ditzelfde doel heeft ook het injecteren van stamcellen, die meestal gewonnen worden uit vetweefsel of beenmerg. Deze stamcellen zouden zich in de pees moeten ontwikkelen tot peescellen, die de aanmaak van gezond peesweefsel bevorderen. Het bewijs voor het gebruik van stamcellen in peesletsels bij paarden is tot nog toe beperkt.
Een andere techniek die regelmatig ingezet wordt in de revalidatie van peesblessures is shockwave. Bij shockwave therapie wordt gebruik gemaakt van shock/druk golven die overgebracht worden op het weefsel door middel van een handstuk dat op de aangetaste structuur wordt gehouden. Het precieze werkingsmechanisme van shockwave is nog altijd onderwerp van discussie. In elk geval heeft deze therapie een pijnstillend effect doordat het de gevoelszenuwen beïnvloedt. Met name voor oorsprongsdesmopathieën van de tussenpees in het achterbeen is een gunstig effect op de prognose aangetoond.
Bij bepaalde peesproblemen biedt chirurgie aanvullende behandelopties. Zo kan met behulp van een kijkoperatie in de peesschede soms een peesprobleem worden vastgesteld dat echografisch niet bevestigd kon worden (m.n. lengtescheuren in bijv. de diepe buigpees). Debridement en het opheffen van verklevingen tijdens deze operatie zullen het peesherstel bevorderen en de revalidatieduur verkorten. In de kogelregio kan zich soms een tunnelsyndroom voordoen, waarbij de pezen in deze regio worden ingesnoerd door het annulair ligament, het bandje dat over de twee sesambeentjes loopt. Dit bandje kan eveneens chirurgisch doorgehaald worden als onderdeel van de therapie voor peesblessures in deze regio.
Het scala aan beschikbare therapieën voor pees- en ligamentblessures suggereert al dat er geen universeel effectieve behandeling is. Vaak zijn combinaties van boven beschreven behandelopties de beste benadering, hierin kan uw dierenarts u adviseren.
Heb een vraag over een stukje tekst het welke ik hier herhaal tussen haakjes.
(In elk geval heeft deze therapie een pijnstillend effect doordat het de gevoelszenuwen beïnvloedt. Met name voor oorsprongsdesmopathieën van de tussenpees in het ACHTERBEEN is een gunstig effect op de prognose aangetoond.)
Hier wordt alleen gesproken over het achterbeen.Wat met het voorbeen? Bij mijn weten komt desmopathie van de interosseus veruit zo niet bijna uitsluitend voor aan het voorbeen.Typisch blessure bij dressuurpaarden ?In dit geval zijn deze paarden meestal afgeschreven voor de sport.Wat doen jullie dan in Emmeloord als jullie een paard met een aanechtings probleem van de tussenpees(juist onder de knie) moet behandelen??? Met dank vr gr EC