Geluiden uit het veld gaven aan dat de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt niet optimaal is, dat er wildgroei is van paardenopleidingen en dat deze opleidingen niet voldoende kwaliteit bieden. Daar kwam bij dat in november 2013 bekend werd dat NHB Deurne gaat stoppen. Anderzijds was het de vraag of het bedrijfsleven in staat is om aan te geven wat het van medewerkers verwacht en deze toekomstige werknemers goede begeleiding te geven. In het onderzoek ging men vooral op zoek naar de gewenste vaardigheden en competenties van instructeurs en medewerkers in de paardenhouderij en -sport. Daarover is een adviesrapport opgesteld.
Specialisatie
Het belangrijkste advies voor het onderwijs is de integratie van praktijkonderwijs in de hippische opleidingen. Hierbij is specialisatie in onderwijs van belang. Het projectteam adviseert een specialisatie van het hippisch onderwijs in drie richtingen: Instructeur paardensport, Ruiter en Medewerker paardenhouderij. Dit is gebaseerd op de vijf meest gewenste hippische functies: instructeur, ruiter, stalmedewerker, groom en bedrijfsleider/manager. Hierbij wordt geadviseerd om na een algemeen basisjaar de studenten verschillende specialisaties te laten volgen, door middel van keuzevakken.
Geen ervaring
Het adviesrapport meldt dat het percentage scholieren dat zonder ervaring een opleiding begint sterk is gestegen. Anderzijds voelen de ‘paardenmensen’ zich vaak verloren binnen het mbo, omdat voor hen juist het praktijkniveau te laag insteekt. Deze twee groepen verdienen beide een andere insteek qua opleiding.
Ook komt in het onderzoek naar voren dat studenten volgens de ondernemers de motivatie missen en geen realistisch beeld van het werk in de sector hebben. Een mogelijke oplossing hiervoor is opleidingen strengere eisen aan aankomende studenten te laten stellen voor een positief studieadvies. Hiernaast kan met een intakegesprek de motivatie en verwachting worden ingeschat.
Samenwerking
De ondernemers missen voornamelijk de vertaling van de theorie naar de praktijk. Het advies is om het onderwijs op een meer praktische manier in te richten. Mogelijke verbeterrichtingen zijn: praktijkonderwijs op school en op praktijkbedrijven, excursies naar bedrijven in de praktijk en verbeterde begeleiding tijdens stages en samenwerking met bedrijven. Het advies luidt verder om de basisvaardigheden aan te leren op school tijdens praktijksituaties voordat de studenten op stage gaan. De hippische bedrijven en onderwijsinstellingen zouden intensiever kunnen samenwerken. Dat kan door hippische bedrijven en onderwijsinstellingen vaker bij elkaar te laten komen om informatie uit te wisselen en nieuwe ideeën/oplossingen voor eventuele problemen te bespreken.
In de aansluiting van het onderwijs op het bedrijfsleven is een belangrijke rol voor de hippische ondernemers zelf weggelegd. Het blijkt dat er behoefte is aan samenwerking van ondernemers met onderwijs en bijscholing van ondernemers zelf. De SRP zou het initiatief kunnen nemen en dit advies coördineren en aansturen. Daarnaast zou er voor de ondernemers een training moeten komen ter verbetering van de begeleiding van stagiairs/medewerkers.
Lees meer over het onderzoek en de adviezen in De Paardenkrant Extra van januari/februari 2015.
Dat de sectorraad (SRP) meer wil weten over de hippische opleidingen en de aansluiting bij de behoefte van de praktijk begrijp ik heel goed.. Het advies gaat richting meer bemoeienis van de ondernemers met onderwijs en bijscholing.
Ik wil hier de stelling poneren dat ook maneges een belangrijk aandeel kunnen bieden in deze ge-
constateerde leemte, door b.v. op ochtenden of zaterdagen cursussen aan te bieden.
Te denken valt aan de aspecten voeding, ziektepreventie en aandoeningen en bedrijfsmanagement enz.
Wie wil met mij deze discussie voeren?
Opleidingen in de paardenhouderij,hoefsmederij en paardensport hechten groot belang aan praktijkervaring. Praktijklessen zijn echter duur vanwege de kleine groepen. Stage is dus het beste middel om praktijkervaring op te doen. Het liefst blokstages, dus meerdere weken achter elkaar. Helaas vindt onze minister dit geen goed plan. Het staat het intensiveren (lees verkorten dus besparen) van de opleiding in de weg. Ziedaar de spagaat van de opleidingen!
Specialisatie kan zeker toegevoegde waarde hebben. Dit is alleen moeilijk te organiseren vanwege de kleine groepen en dus ook weer duur!