Van ’t Oever verblijft zo’n drie maanden per jaar in Amerika bij de Amish en heeft dus nauw contact met leden uit de gemeenschap. “Het begon allemaal dertien jaar geleden. Ik verkocht mijn eerste tuigpaard daarnaar toe en in de jaren daarna volgden er nog meer. Inmiddels is het zo dat ik hen help met het trainen van de paarden ter voorbereiding op hengstenshows en keuringen”.
Roots
De Amish mogen niet vliegen en hebben er al een lange bootreis van 9 dagen vanuit New York opzitten. “Ze zijn hier in Europa omdat ze op zoek zijn naar de geschiedenis van hun gemeenschap. Daarbij wilden ze ook wel zien waar het eerste tuigpaard dat naar hen is geëxporteerd vandaan kwam. Ik had ook in de planning om meerdere locaties, zoals bijvoorbeeld het KWPN-centrum in Ermelo te gaan bezoeken, maar dat is niet toegestaan vanuit hun geloofsovertuiging. Vandaar dat we morgen in Waarland meer paarden laten zien, ook van andere eigenaren”.
“Het zal een divers programma worden waarbij ook kersvers KWPN-inspecteur Viggon van Beest een lezing geeft. Daarnaast verschijnen interessante paarden in de baan zoals de dekhengst Ditisem (v. Roy M) en de Gelderse hengst Edmundo. Ze komen morgen niet direct met het oog op de verkoop. Niet alle mensen die morgen komen hebben wat met paarden maar het zou toch leuk zijn om ook hun enthousiasme aan te wakkeren”.
Zelfvoorzienend
Jaren geleden kochten de Amish veel tuigpaarden in Nederland. Vanaf 2011 is de export een stuk minder geworden.”De Amish zijn inmiddels zelfvoorzienend geworden. Ze hebben in het verleden echt goede paarden gekocht, meerdere interessante dekhengsten en kampioensmerries maakten de oversteek. Nu worden daar elk jaar haast meer tuigpaardveulens geboren dan in Nederland. Kijk alleen al eens naar de keuring. De KWPN keuring in Norg telde 65 inschrijvingen, de keuring in september in Amerika mag op 115 paarden aanmeldingen rekenen”.
“De Amish zijn ook gek van kruisingen met bijvoorbeeld hackney’s en ander nieuw bloed. Je weet nooit waar zo’n ochtend goed voor is en het is ook mooi om op deze manier wat voor ze terug te kunnen doen”, besluit Van ’t Oever.
Bron: Paardenkrant-Horses.nl